In deze uitspraak van de Rechtbank Rotterdam op 27 november 2025, in de zaak tussen [eiseres] B.V. en de minister van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur, wordt een bestuurlijke boete van € 3.750,- besproken die aan eiseres is opgelegd wegens een overtreding van de Wet dieren. De rechtbank oordeelt dat de minister bevoegd was om deze boete op te leggen, omdat eiseres niet heeft voldaan aan de eisen inzake identificatie van dierlijke bijproducten, in dit geval een vracht onverwerkte drijfmest. De rechtbank stelt vast dat de overtreding als zwaar wordt aangemerkt volgens het Algemeen en Specifiek interventiebeleid van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA). Eiseres betwist de zwaarte van de overtreding en stelt dat er geen risico voor de volksgezondheid of het milieu was, maar de rechtbank volgt deze redenering niet. De rechtbank benadrukt dat het ontbreken van de juiste aanduiding op het vervoermiddel ernstige gevolgen kan hebben in geval van calamiteiten. De rechtbank concludeert dat de minister voldoende heeft gemotiveerd dat de overtreding aan eiseres kan worden verweten en dat de opgelegde boete evenredig is. Het beroep van eiseres wordt ongegrond verklaard, wat betekent dat de boete in stand blijft.