De toezichthouder schrijft in het rapport onder meer het volgende.
“
Datum en tijdstip van de bevinding: 11 februari 2022 omstreeks 08:49 uur.
Ik heb in het bedrijf aangesproken en ben met naam en functie bekend bij: [naam], functie: Productiemanager.
Tijdens mijn inspectie bevond ik mij in de uitbeenderij. Op dit punt in het slachtproces zijn alle slacht- en opknaphandelingen in het kader van de PM-keuring afgelopen. Het bedrijf heeft een CCP: CCP01 beheersing zichtbare fecale bezoedeling op karkassen. De norm is dat er geen zichtbare bezoedeling op de karkassen aanwezig mag zijn voordat deze de snelkoeltunnel ingaan (zie Bijlage CCP01 Beheersing zichtbare fecale bezoedeling op karkassen [code] VERSIE 12 en Bijlage instructie CCP01 zichtbare fecale bezoedeling [code] VERSIE 13 - 005 en zie bijlage HACCP-Plan Schematic Overview, [code] VERSIE 08 - 003).
Ik zag daar dat in het bekken van een deel van een karkas (pistola) mest bezoedeling aanwezig was. Aan de kleur en consistentie was duidelijk te zien dat het mest was.
Het karkas was de specifieke CCP01 controle plaats voor fecale bezoedeling, welke zich net vóór het stempelen bevindt, gepasseerd en was niet door de monitoring en/of bij de verificatie opgemerkt.
Naar aanleiding van mijn bevindingen heb ik [naam] geïnformeerd en hem de bezoedeling getoond. Hij heeft direct de bezoedeling verwijderd.
Uit deze controle na afloop van het slachtproces bleek dat niet werd voldaan aan de nulnorm voor verontreiniging, waaruit geconcludeerd kan worden dat de exploitant van het slachthuis niet of onvoldoende had zorggedragen voor de, uitvoering van permanente procedures die gebaseerd zijn op HACCP-beginselen.
[…]
Ik bracht [naam], als productiemanager van [eiseres]., van mijn bevindingen op de hoogte en zegde ter zake een rapport van bevindingen aan. Dit is bevestigd per e-mail (zie aanzegging per e-mail).”