ECLI:NL:RBROT:2024:12675
Rechtbank Rotterdam
- Vereenvoudigde behandeling
- Rechtspraak.nl
Onbevoegdheid van de bestuursrechter in verzoek om openbaarmaking van gegevens door veelprocedeerder
In deze uitspraak van de Rechtbank Rotterdam op 18 december 2024, wordt de onbevoegdheid van de bestuursrechter behandeld in een zaak tussen [Naam], eiser, en de secretaris van de Raad van State. De eiser had beroep ingesteld tegen een brief van de secretaris van 10 juni 2024, waarin werd meegedeeld dat zijn bezwaar tegen een eerdere brief van 6 mei 2024 ongegrond was verklaard. In de brief van 6 mei 2024 werd gesteld dat de Wet open overheid (Woo) niet van toepassing was op het verzoek van de eiser om openbaarmaking van stukken van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.
De rechtbank oordeelt dat de Woo niet van toepassing is, omdat de Raad van State en zijn Afdelingen geen bestuursorgaan zijn in de zin van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Dit betekent dat de secretaris geen besluit kan nemen zoals bedoeld in de Awb, en dat er in deze zaak geen beslissing van een bestuursorgaan voorligt. Hierdoor is de bestuursrechter niet bevoegd om kennis te nemen van het beroep van de eiser. De rechtbank heeft besloten om zonder zitting uitspraak te doen, zoals toegestaan door artikel 8:54 van de Awb.
De rechtbank verklaart zich onbevoegd en heft geen griffierecht, aangezien er geen bevoegdheid is om het beroep te behandelen. De uitspraak is gedaan door mr. A. Dingemanse, rechter, en is openbaar uitgesproken. Partijen zijn geïnformeerd over de mogelijkheid om verzet aan te tekenen tegen deze uitspraak binnen zes weken na verzending.