Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.Samenvatting
2.De procedure
3.De feiten
4.Het geschil
In conventie
5.De beoordeling
6.De beslissing
woensdag 2 april 2025.
Rechtbank Rotterdam
In deze zaak tussen de besloten vennootschap Rotterdamse Grond B.V. (RG) en een gedaagde, die betrokken zijn bij meerdere procedures over een overeenkomst tot (her)ontwikkeling van een pand, heeft de rechtbank Rotterdam op 6 november 2024 besloten de onderhavige procedure aan te houden. Dit besluit is genomen omdat de lopende procedure in hoger beroep, waarin dezelfde partijen betrokken zijn, van invloed is op de uitkomst van de huidige zaak. De rechtbank heeft vastgesteld dat de overlap tussen de vorderingen in deze procedure en die in het hoger beroep significant is, en dat het in het belang van de goede procesorde is om tegenstrijdige beslissingen te voorkomen. De rechtbank heeft de zaak naar de parkeerrol verwezen en zal wachten op de uitkomst van het hoger beroep, dat momenteel aanhangig is bij het gerechtshof Den Haag. De vorderingen van RG in conventie en de vorderingen van de gedaagde in reconventie zijn beide aan de orde, maar de rechtbank heeft geoordeeld dat het beter is om de huidige procedure aan te houden totdat er een onherroepelijk eindarrest is gewezen in de schadestaatprocedure.