Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
[naam02],
[naam03],
[naam04],
1.De procedure
- de dagvaarding van 25 januari 2022, met producties 1 tot en met 67;
- de conclusie van antwoord in conventie en van eis in reconventie, met producties 1 tot en met 6;
- de brieven van de rechtbank van 13 mei 2022 waarin de rechtbank partijen heeft opgeroepen voor de mondelinge behandeling;
- de brieven van de rechtbank van 26 september 2022 met een zittingsagenda;
- de conclusie van antwoord in reconventie, met producties 68 tot en met 80;
- de akte overlegging producties zijdens RG c.s., met producties 7 en 8;
- de mondelinge behandeling op 27 oktober 2022 en de tijdens die mondelinge behandeling overlegde spreekaantekeningen van [naam01] en van RG c.s.
2.De feiten
de grieven 8 tot en met 11niet tot vernietiging van het bestreden vonnis leiden omdat de ontbinding van de ontwikkelingsovereenkomst wegens de tekortkoming van RG c.s. (het niet voldoen van de waarborgsom) is gerechtvaardigd. (…)
3.Het geschil
in conventie
4.De beoordeling
€ 100.000,00+
uitvoeringvan de ontwikkelingsovereenkomst gemaakt. Zij zijn dus niet het gevolg van de
ontbindingvan die overeenkomst. Dit deel van de vordering lijkt te rusten op de gedachte dat een vergelijking moet worden gemaakt tussen de situatie waarin de ontwikkelingsovereenkomst volledig wordt weggedacht en de vermogenssituatie waarin [naam01] in werkelijkheid verkeert. Uit de beslissingen van de rechtbank en het gerechtshof in de hoofdzaak volgt echter dat niet de ontwikkelingsovereenkomst zelf, maar de ontbinding van de ontwikkelingsovereenkomst moet worden weggedacht.
7.998,-(2 punten × tarief € 3.999,-)