Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.De procedure
- de dagvaarding van 25 juli 2022, met bijlagen;
- de akte (voorwaardelijke) vermeerdering eis / vermindering eis, met bijlage;
- het antwoord met eis in reconventie (tegeneis), met bijlagen;
- de akte overlegging producties, tevens houdende (voorwaardelijke) conclusie van eis in incident ex art. 843a Rv, tevens houdende antwoord in reconventie, met bijlagen;
- de bij brief van 16 januari 2023 door Fix toegestuurde nadere producties 1 tot en met 7;
- de bij brief van 17 januari 2023 door Frame toegestuurde nadere productie 30;
- de spreekaantekeningen van de gemachtigde van Frame van 26 januari 2023;
- de spreekaantekeningen van de gemachtigde van Fix van 26 januari 2023.
[naam01] alsmede de heren [naam02] en [naam03] , bijgestaan door de gemachtigde
mr. Z.H. van Dorth tot Medler. Aan de zijde van Fix is verschenen de heer [naam04] , bijgestaan door de gemachtigde mr. J.S. Bijsterbosch.
2.De feiten
3.Het geschil
- Fix te veroordelen aan haar te betalen € 32.292,99 met rente over de factuurbedragen vanaf de verschillende vervaldata (veertien dagen na factuurdatum);
- Fix te veroordelen aan haar te betalen € 1.085,33 aan buitengerechtelijke incassokosten;
- Fix te veroordelen aan haar te betalen € 1.765,86 aan beslagkosten;
- Fix te veroordelen in de proceskosten met rente;
- het vonnis uitvoerbaar bij voorraad te verklaren.
In verband met het aflopen van de huurovereenkomst heeft een voorinspectie plaatsgevonden, waarbij is vastgelegd welke werkzaamheden Fix nog moest uitvoeren. Fix heeft niet al die werkzaamheden uitgevoerd. De werkzaamheden die Fix op de einddatum van de huurovereenkomst (31 juli 2022) niet had uitgevoerd, heeft Frame laten uitvoeren. De kosten die Frame daarvoor gemaakt heeft, moet Fix betalen. Voor alle werkzaamheden heeft Frame facturen gestuurd, steeds met een betalingstermijn van veertien dagen. Door het verstrijken van de betalingstermijn is Fix in verzuim geraakt met haar betalingsverplichting. Frame heeft Fix – zonder resultaat – aangemaand om de openstaande bedragen te voldoen, daarom moet Fix ook de buitengerechtelijke incassokosten betalen. Ter zekerheidstelling van haar vordering heeft Frame conservatoir beslag laten leggen op de bankrekening van Fix. Fix moet ook de kosten die daarvoor zijn gemaakt betalen.
- de ten laste van Fix gelegde conservatoire beslagen onder de Rabobank onmiddellijk op te heffen;
- Frame te veroordelen aan haar schadevergoeding te betalen, nader op te maken bij staat, vanwege het ten onrechte gelegde conservatoir beslag op haar bankrekening;
- Frame te veroordelen in de proceskosten met rente;
- het vonnis uitvoerbaar bij voorraad te verklaren.
4.De beoordeling
- nieuwe sleutels en sloten € 5.492,19
- schoonmaak (verwijdering rookgeur en nicotine) € 2.999,11
- herstel schade
tussen huurder en verhuurderbij
de aanvaarding van het gehuurdegeen beschrijving daarvan is opgemaakt, de huurder – behoudens tegenbewijs – wordt verondersteld het gehuurde in de staat te hebben ontvangen zoals deze is bij het einde van de huurovereenkomst. In deze zaak is geen sprake van een beschrijving die tussen huurder en verhuurder is opgemaakt bij de aanvaarding van het gehuurde. Frame en Fix hebben immers per 1 augustus 2021 geen
eigenbeschrijving van het gehuurde gemaakt. Dit terwijl de huurovereenkomst die zij met ingang van 1 augustus 2021 hebben gesloten als een nieuwe huurovereenkomst heeft te gelden. Fix heeft niet de huurovereenkomst die Frame daarvoor met StayProjects Group Netherlands B.V. (in deze procedure aangeduid als ‘StaySolutions’) had afgesloten, overgenomen. Hetgeen in de huurovereenkomst tussen Frame en StaySolutions is overeengekomen, is dan ook niet van toepassing op de huurverhouding tussen Frame en Fix. Het betekent ook dat zelfs als Fix en StaySolutions de staat van het gehuurde per 1 augustus 2021 hebben vastgelegd, dit geen verandering brengt in de bewijslastverdeling die uit artikel 7:224 lid 2 BW volgt. Feit blijft dan immers dat er geen beschrijving van het gehuurde bij aanvang van de huur tussen Frame en Fix is opgemaakt.
5.De beslissing
woensdag 29 maart 2023om 14.30 uur bij akte dient uit te laten of, en zo ja op welke wijze, zij het bewijs als bedoeld onder 5.3wenst te leveren;