Uitspraak
uitspraak van de voorzieningenrechter van 23 mei 2023 in de zaak tussen
[naam vennootschap], uit [Plaats], verzoekster
de Minister van Economische Zaken en Klimaat, de Minister
Inleiding
Beoordeling door de voorzieningenrechter
- In stap 1 heeft verzoekster een kopie gemaakt van haar database ten behoeve van statistische doeleinden. Deze verwerking is volgens RDI niet toegestaan omdat dit doel niet wordt genoemd in artikel 11.5 van de Tw.
- In stap 2 zijn de gegevens verrijkt met locatiegegevens. Dat is volgens RDI opnieuw een bewerking zodat een nieuwe dataset met verkeersgegevens ontstond.
- In stap 3 is de thuislocatie van een apparaat vastgesteld. Over een periode van 30 dagen is gekeken met welk opstelpunt een randapparaat het meeste contact heeft. Dat betekent dus dat gedurende een periode van 30 dagen gegevens moesten worden vastgehouden om te kunnen bepalen met welke mast het meest contact is gelegd.
- In stap 4 is met een algoritmische statistische analyse een tabel gegenereerd met geaggregeerde tellingen van het geschatte aantal randapparaten dat per uur in een bepaald gebied aanwezig was. Tellingen van minder dan vijftien zijn uit de resultaten weggelaten om het risico van herleidbaarheid naar individuele aansluitingen te verkleinen. Zo ontstond de uiteindelijke dataset die naar het CBS is gezonden.
De datasets waren gepseudonimiseerd. De sleutels zijn dan op een andere plaats opgeslagen. Met behulp van de sleutels waren de gegevens volgens RDI nog steeds te herleiden naar de oorspronkelijke persoonsgegevens. Voor verzoekster, die toegang had tot de sleutels, bestond dus in beginsel de mogelijkheid om de pseudonimisering (versleuteling) terug te draaien. Of daar al dan niet gebruik van is gemaakt, is niet relevant. Voldoende is volgens RDI dat verzoekster die mogelijkheid had.