Uitspraak
RECHTBANK Rotterdam
1..De procedure
- de dagvaarding van 26 oktober 2021, met producties;
- de conclusie van antwoord en conclusie van eis in reconventie, met producties;
- de conclusie van antwoord in reconventie, met producties;
- de brief van de rechtbank van 27 december 2021 waarin een mondelinge behandeling is bepaald;
- de spreekaantekeningen van de advocaat van de vrouw, voor zover deze tijdens de zitting zijn uitgesproken.
2..De feiten
5 november 2020, 20:22:de man: “(…) Ik krijg de indruk dat je het niet wil oplossen en afhandelen. (…) De afspraak was al gemaakt en simpel. 285k. Jij 100k. Spulletjes verdelen. Wat is daar nou zo moeilijk aan?”
“Goedemorgen [naam persoon] ,Zoals het er nu uit ziet ga ik hier niet mee akkoord. Ik ga in overleg met mijn advocaat, en waarschijnlijk wordt dan de woning zoals het hoort getaxeerd.Mvg,[naam vrouw] ”
“Beste [voornaam man] en [voornaam vrouw] ,We gaan er niet uitkomen op deze manier. [voornaam vrouw] houdt vast aan € 295.000 en [voornaam man] aan € 285.000. Ik adviseer jullie dan ook contact op te nemen met jullie raadslieden en via hen tot overeenstemming te komen.Ik hoop dat jullie er uiteindelijk uit zullen komen. Ik ga er vanuit dat de raadslieden een convenant voor jullie op zullen stellen. Als dat er is, kan ik jullie zaak weer oppakken en verder in orde maken.Bedenk jullie wel dat het gat niet heel groot is en de kosten die jullie gaan maken fors kunnen oplopen zodat het resultaat per saldo misschien gelijk is.Succes en veel wijsheid.Met vriendelijke groet,[naam persoon]Erkend hypothecair planner”
“Hallo [naam persoon] ,Ik heb zojuist contact gehad met de vader van [voornaam vrouw] , hij heeft met [voornaam vrouw] gesproken en € 285.000,00 schijnt nu akkoord te zijn. Ik heb doorgegeven dat [voornaam vrouw] dit even bij jou bevestigen.Ik ga er vanuit dat [voornaam vrouw] dit vandaag doet en dat we het dan kunnen afronden.Groeten,[naam man] ”
AFSPRAKEN MET BETREKKING TOT DE GEZAMENLIJKE WONING’. Hierin is verder, voor zover van belang, het volgende opgenomen:
3..Het geschil
in conventie
a) bepaalt dat partijen dienen over te gaan tot verdeling van de woning, waarbij de woning aan de man wordt toebedeeld en de vrouw op eerste verzoek van de man, doch uiterlijk binnen 2 maanden na betekening van het in deze te wijzen vonnis, haar medewerking dient te verlenen aan de levering van haar onverdeelde helft aan de man, onder de voorwaarde dat de vrouw van haar hoofdelijke aansprakelijkheid wordt ontslagen, bij gebreke waarvan het in deze te wijzen vonnis in de plaats treedt van de voor de levering noodzakelijke handelingen en wilsovereenstemming van de vrouw;
viii. € 12.160,40, ter zake van de door de man voor de vrouw betaalde kosten van de auto’s;
althans bedragen in goede justitie te bepalen;
e) bepaalt dat de man de onder d. toegewezen bedragen mag verrekenen met het bedrag dat volgens c. aan de vrouw toekomt;
f) de vrouw veroordeelt in de kosten van deze procedure, te vermeerderen met de nakosten, te vermeerderen met de wettelijke rente.
I) de man beveelt binnen een maand na vonniswijzing een akte tot verdeling te laten passeren door een notaris waarbij de woning aan de man wordt toebedeeld onder gehoudenheid en met de verplichting de vrouw uit haar hoofdelijke aansprakelijkheid voor de hypothecaire schuld aan Nationale Nederlanden te ontslaan en de man te veroordelen de vrouw terzake overbedeling van de man een bedrag van € 100.000,- te betalen binnen een maand na vonniswijzing, voor zover de eerste twee onderdelen (het doen passeren van de akte tot verdeling en het ontslag van de vrouw uit haar hoofdelijke aansprakelijkheid voor de hypothecaire schuld) betreft op straffe van een dwangsom van € 250,- per dag voor iedere dag dat de man hiermee in gebreke blijft;
IIb) verklaart voor recht dat in het geval van verkoop en levering van de woning aan derde (n) de vrouw toekomt de helft van de overwaarde van de woning en de notaris die de overdracht van de woning ter hand neemt te machtigen de helft van de overwaarde aan de vrouw uit te keren.
IV) voor het geval de man zijn vorderingen handhaaft, de overeenkomst d.d. 30 december 2020 waarin afspraken zijn gemaakt met betrekking tot de verdeling van woning aan de [adres] te Dordrecht vernietigt op grond van bedrog en/of misbruik van omstandigheden en/of benadeling voor meer dan een kwart;
VI) de man veroordeelt tot betaling van € 5.262,88 terzake door de vrouw
4..De beoordeling
ii. € 19.184,98, ter zake van de beleggingspolis;
AFSPRAKEN MET BETREKKING TOT DE GEZAMENLIJKE WONING” mocht de vrouw er gerechtvaardigd op vertrouwen dat de man na het tekenen van de overeenkomst geen bedragen met betrekking tot de woning meer zou gaan verrekenen. Gesteld noch gebleken is dat de man dit gerechtvaardigd vertrouwen aan de zijde van de vrouw heeft weggenomen voorafgaand aan het tekenen van de overeenkomst. De tekst van de overeenkomst bevestigt het gerechtvaardigd vertrouwen van de vrouw. In de overeenkomst is immers opgenomen:
“- dat de vrouw als gevolg van deze toedeling wordt onderbedeeld en van de man een bedrag te vorderen heeft, gebaseerd op de na te noemen uitgangspunten.”En
“4. Het aan de vrouw toekomende deel van de overwaarde zal uiterlijk ten tijde van voornoemde levering aan haar worden voldaan via de kwaliteitsrekening van de notaris.”. Uit deze tekst had de vrouw niet hoeven opmaken dat de man nog van plan was om vorderingen te verrekenen. Daarbij neemt de rechtbank mede in aanmerking dat de overeenkomst is opgesteld door de advocaat van de man en dat de vrouw ten tijde van het tekenen van de overeenkomst geen juridische bijstand had.
Beoordeling van de vorderingen d onder ii tot en met vi
vii. € 12.015,49, ter zake van de door de man voor de vrouw betaalde ziektekosten in de periode van 1 januari 2016 tot en met 30 november 2020;
viii. € 12.160,40, ter zake van de door de man voor de vrouw betaalde kosten van de auto’s in de periode van 1 januari 2016 tot en met het einde van de relatie.
AFSPRAKEN MET BETREKKING TOT DE GEZAMENLIJKE WONING”, maar dat is niet gebeurd. De man mocht er daarom op vertrouwen dat de vrouw geen gebruiksvergoeding meer zou vorderen.