Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1..[persoon A] ,
[handelsnaam A] .,
1.De procedure
- het tussenvonnis van 16 februari 2022, alsmede de daaraan ten grondslag liggende processtukken,
- het deskundigenbericht,
- de conclusie na deskundigenbericht van Stedin,
- de conclusie na deskundigenbericht van gedaagden.
2.De verdere beoordeling
Wanneer iemand zich contractueel heeft gebonden, waardoor de contractsverhouding waarbij hij partij is in het rechtsverkeer een schakel is gaan vormen waarmee de belangen van derden, die aan dit verkeer deelnemen, in allerlei vormen kunnen worden verbonden, staat het hem niet onder alle omstandigheden vrij de belangen te verwaarlozen die derden bij de behoorlijke nakoming van het contract kunnen hebben. Indien de belangen van een derde zo nauw zijn betrokken bij de behoorlijke uitvoering van de overeenkomst dat hij schade of ander nadeel kan lijden als een contractant in die uitvoering tekortschiet, kunnen de normen van hetgeen volgens ongeschreven recht in het maatschappelijk verkeer betaamt, meebrengen dat die contractant deze belangen dient te ontzien door zijn gedrag mede door die belangen te laten bepalen. Bij de beantwoording van de vraag of deze normen dit meebrengen, zal de rechter de terzake dienende omstandigheden van het geval in zijn beoordeling dienen te betrekken, zoals de hoedanigheid van alle betrokken partijen, de aard en strekking van de desbetreffende overeenkomst, de wijze waarop de belangen van de derde daarbij zijn betrokken, de vraag of deze betrokkenheid voor de contractant kenbaar was, de vraag of de derde erop mocht vertrouwen dat zijn belangen zouden worden ontzien, de vraag in hoeverre het voor de contractant bezwaarlijk was met de belangen van de derde rekening te houden, de aard en omvang van het nadeel dat voor de derde dreigt en de vraag of van hem kon worden gevergd dat hij zich daartegen had ingedekt, alsmede de redelijkheid van een eventueel aan de derde aangeboden schadeloosstelling.”
Het niet naleven van verzoeken of instructies die Stedin eenzijdig heeft opgesteld
net met een gevaarlijke inhouddan wel een
net met een grote waarde.Dat wil echter niet zeggen dat de handelwijze van Stedin stééds (in beginsel) onrechtmatig zal zijn. Het gaat hier om de vraag of voor recht kan worden verklaard dat in de toekomst te verrichten handelingen onrechtmatig zullen zijn. Daarbij moet worden getoetst of die handelingen op zodanige wijze zijn gedefinieerd en geformuleerd dat in alle daardoor bestreken gevallen sprake is van onrechtmatigheid (vgl. HR 21-12-2001, ECLI:NL:PHR:2001:ZC3693). Aan die toets voldoet de vordering niet. Het zal steeds afhangen van de omstandigheden van het geval of en in hoeverre de voorwaarden die Stedin stelt aan de wijze waarop de grondroerder het werk moet gaan verrichten, (on)rechtmatig zijn. De omstandigheden van het geval zullen in andere zaken kunnen afwijken van de onderhavige. De vordering is dus te ruim geformuleerd. Daarbij komt dat het niet steeds onrechtmatig is om af te wijken van de CROW-normen. De tekst “
verzoeken of instructies die Stedin eenzijdig heeft opgesteld” is voorts te ruim en onvoldoende duidelijk.
net met gevaarlijke inhouddan wel een
net met een grote waarde.