In deze zaak, die diende voor de Rechtbank Rotterdam op 16 juli 2020, heeft de kantonrechter zich gebogen over een vordering van ANWB B.V. tegen een gedaagde die niet op de dagvaarding heeft gereageerd. De eiseres vorderde een bedrag van € 139,69, inclusief rente en kosten, en de kantonrechter verleende verstek tegen de niet verschenen gedaagde. In een eerder tussenvonnis werd de eiseres opgedragen om aanvullende informatie te verstrekken, omdat de oorspronkelijke dagvaarding niet voldeed aan de eisen van artikel 21 Rv en er een schending was van artikel 111 lid 2 sub d Rv. De eiseres heeft hierop gereageerd met een akte en producties, maar de kantonrechter oordeelde dat er nog steeds onvoldoende informatie was om de vordering te beoordelen.
De zaak betreft een verzekeringsovereenkomst voor Wegenwacht service, waarbij de kantonrechter moest vaststellen of de Wet op het financieel toezicht (Wft) van toepassing was. De kantonrechter merkte op dat de eiseres niet voldoende had aangetoond dat de Wft niet van toepassing was en dat er onduidelijkheid bestond over de (pre)contractuele informatieverplichtingen. De kantonrechter heeft de eiseres in de gelegenheid gesteld om aanvullende informatie te verstrekken over de toepasselijkheid van de Wft, de informatieverplichtingen en de herroepingsrechten van de gedaagde partij. De zaak is vervolgens verwezen naar de rol voor akte uitlaten, waarbij de eiseres expliciet en gemotiveerd moet ingaan op de gestelde vragen.
De beslissing van de kantonrechter benadrukt het belang van duidelijke en volledige informatieverstrekking aan consumenten, vooral in het kader van telefonische overeenkomsten. De rechter heeft de eiseres erop gewezen dat het enkel opnemen van informatie in de algemene voorwaarden niet voldoende is, en dat de consument stap voor stap moet worden geïnformeerd over zijn rechten, waaronder het herroepingsrecht. De zaak is aangehouden voor verdere behandeling, waarbij de kantonrechter de eiseres de kans biedt om de ontbrekende informatie te verstrekken.