Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.De procedure
- de dagvaarding van 11 juli 2018, met producties;
- de akte vermeerdering van eis, met producties;
- het proceskostenoverzicht van FKP;
- de conclusie van antwoord tevens houdende eis in reconventie, met producties (waaronder een proceskostenoverzicht);
- de mondelinge behandeling gehouden op 25 juli 2018;
- de pleitnota van FKP;
- de pleitnota van Spirits.
2.De feiten
4.8a veroordeelt Spirits tot afdracht van de (netto) winst die Spirits sinds 20 oktober 1999 heeft gemaakt door de verkoop van wodka onder tekens die het woord STOLICHNAYA of het woord MOSKOVSKAYA bevatten in de Benelux en verklaart deze veroordeling uitvoerbaar bij voorraad;
- onder 4.6 van het dictum wordt toegevoegd:
83. Ad 1.
Wij hebben gekozen voor een aanpak waarbij management van SPI Group een berekening heeft overgelegd die wij vervolgens hebben beoordeeld.”
De uitkomsten over de periode 2007 - 2015 achten wij representatief voor de schattingen die zijn gemaakt om tot een berekening te komen van de af te dragen nettowinst over de periode 1999 – 2006 nu betrouwbare detailinformatie niet aanwezig is.”
Het object van onderzoek is de (netto)winst die Spirits sinds 20 oktober 1999 heeft gemaakt door de verkoop van wodka onder tekens die het woord STOLICHNAYA of MOSKOVSKAYA bevatten in de Benelux. Zoals eerder aangegeven heeft Spirits International BV nooit zelfstandig wodka verkocht. De verkoop vind[t] plaats vanuit S.P.I Spirits (Cyprus) Ltd.
Uit het de geraadpleegde externe databank ISWR blijkt dat het belang van wodka in de Benelux over de jaren 2007 - 2015 gemiddeld circa 0,5 % bedraagt van de totale shipments van S.P.I Spirits (Cyprus) Ltd. Op grond van het interne informatiesysteem bedraagt dit percentage op basis van shipments gemiddeld 1 %.”
Voor de beoordeling van de “Selling & Marketing” kosten is op basis van verkregen detailinformatie in SAP, de grootboekkaarten, een aantal posten geselecteerd. De selectie is gemaakt op basis van omvang van de post, het ontbreken van een omschrijving bij de post, de aanwezigheid van overlopende posten en de bij de post vermelde omschrijving.
Management does not consider that the final decision from the Netherlands court regard ownership of the trademark would have a significant impact on the Group’s results.”
In June 2006 the District Court of Rotterdam issued an interlocutory decision in a case
3.Het geschil in conventie en reconventie
subsidiairvoor dat bedrag of een deel daarvan door middel van een onherroepelijke afroepgarantie van een gerenommeerde Nederlandse bank op gebruikelijke garantievoorwaarden, althans voor dat bedrag een door de voorzieningenrechter in goede justitie te bepalen vorm van zekerheid te stellen;