ECLI:NL:RBROT:2018:3295
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Toekenning van vergunningen voor maritieme frequentieruimte aan wadloopgidsen en de toepassing van buitenwettelijk begunstigend beleid
In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 26 april 2018 uitspraak gedaan in een geschil tussen een wadloopgids en de Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat (Agentschap Telecom) over de toekenning van vergunningen voor het gebruik van maritieme frequentieruimte. De eiser, een wadloopgids, had op basis van buitenwettelijk begunstigend beleid zes kanalen toegewezen gekregen voor zijn portofoongebruik tijdens wadlooptochten. De rechtbank oordeelde dat het Nationaal Frequentieplan 2014 geen ruimte biedt voor het verlenen van vergunningen aan wadloopgidsen, aangezien zij niet onder de bestemming 'Maritiemmobiele communicatie' vallen. De rechtbank concludeerde dat de verweerder het buitenwettelijk begunstigend beleid op consistente wijze had toegepast en dat er geen sprake was van inconsistente toepassing, ondanks de claims van de eiser dat andere wadloopgidsen registraties hadden gekregen. De rechtbank verklaarde het beroep van de eiser ongegrond en oordeelde dat de verweerder niet bevoegd was om beslissingen te nemen over aanvragen voor gebruik van frequentieruimte op Duits en/of Deens grondgebied. De rechtbank benadrukte dat de veiligheid van de communicatie tijdens wadlooptochten van groot belang is en dat het Agentschap Telecom zich inzet voor een goede regeling van de vergunningverlening.