ECLI:NL:RBOVE:2024:4411
Rechtbank Overijssel
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen de invordering van verbeurde dwangsommen in bestuursrechtelijke context
In deze uitspraak van de Rechtbank Overijssel, gedateerd 20 augustus 2024, wordt het beroep van eisers tegen de invordering van twee verbeurde dwangsommen van elk € 2.000,- beoordeeld. Eisers, gezamenlijk eigenaar van een pand op Sumatrastraat 1 te Almelo, hadden een last onder dwangsom opgelegd gekregen vanwege overtredingen van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo). De rechtbank concludeert dat eisers niet de zorg hebben betracht die van hen kon worden gevergd om herhaling van de overtredingen te voorkomen. De rechtbank oordeelt dat de invordering van de dwangsommen terecht is, omdat er geen bijzondere omstandigheden zijn die een uitzondering rechtvaardigen. De rechtbank wijst erop dat de LOD's onherroepelijk zijn en dat eisers als overtreder moeten worden aangemerkt, ook al waren zij niet de directe bewoners van het pand. De rechtbank stelt vast dat de omstandigheden van de bewoning in strijd zijn met het bestemmingsplan en dat de eisers niet hebben voldaan aan de opgelegde lasten. Het beroep wordt ongegrond verklaard, wat betekent dat de bestreden besluiten in stand blijven en eisers geen griffierecht of proceskostenvergoeding ontvangen.