Uitspraak
RECHTBANK Overijssel
1.de besloten vennootschap [eiser 1] B.V.,gevestigd in [plaats 1] en kantoorhoudende in [vestigingsplaats 1] ,
[eiser 2] B.V.,
gevestigd en kantoorhoudende te [vestigingsplaats 2] ,
1.[gedaagde 1] ,
[gedaagde 2],
beiden wonende te [woonplaats] ,
1.De procedure
2.Inleiding
3.De feiten
4.Het geschil
5.De beoordeling
- welke zaken, die bestanddeel van het pand zijn, ten onrechte uit het pand zijn verwijderd;
- wat de daardoor geleden schade is, gespecificeerd per zaak;
- in welk opzicht er schade aan het pand is toegebracht waardoor het pand in een mindere staat verkeerde dan ten tijde van het sluiten van de koopovereenkomst;
- wat de daardoor geleden schade is, ook gespecificeerd.
6.De beslissing
woensdag 28 juni 2023voor het nemen van een akte door [eisers] over het in 5.14. bepaalde, waarna [gedaagde 1] en [gedaagde 2] vier weken de tijd krijgen om daarop bij antwoordakte te reageren;