Uitspraak
1.De procedure
- de dagvaarding van 13 april 2022, met producties;
- het herstelexploot van 17 mei 2022, met producties;
- de conclusie van antwoord, met producties;
- de brief van 6 september 2022 aan de zijde van [eiser] , met het verzoek tot wijziging van de partijaanduiding en een productie;
- de brief van 1 juni 2023 aan de zijde van Klaverblad, met een aanvullende productie;
- de akte wijziging van eis en notities van 15 juni 2023 van [eiser] ;
- de mondelinge behandeling van 15 juni 2023, waarvan door de griffier aantekeningen zijn gemaakt.
2.Waar de zaak over gaat en wat de kantonrechter beslist
3.De feiten
€ 50.000,- en € 35.000,-. De van toepassing verklaarde polisvoorwaarden van de gebouwenverzekering bevatten, voor zover relevant, de volgende bepalingen:
Artikel 2: Begripsomschrijvingen
Enige tijd geleden heeft u mij verhoord in verband met de brand d.d. 26/27 juli 2019 op het adres [adres] te [plaats] . U heeft mij een verslag van dat verhoor toegestuurd. Het verslag is op een aantal wezenlijke punten onjuist. Ergerlijker is dat het verslag niet neutraal is en gefabriceerd lijkt om uw opdrachtgever een dienst te bewijzen. Ik zal aldus dit verslag niet ondertekenen, doch ik verwacht dat u de verzekeraar desondanks informeert en op de hoogte stelt van uw bevindingen. Uit de aard der zaak vervalt tevens de u eerder gegeven toestemming om onderzoek en informatie bij derden in te winnen. (…)”
Geachte heer Monsieurs, Ik ben bang dat wij elkaar niet goed begrijpen. Ik heb alle van mij te verlangen medewerking gegeven, zelfs aan een onderzoek van u, terwijl de verzekeringsvoorwaarden daar niets over bepalen. U heeft uw vragen aan mij kunnen stellen en u heeft van dit verhoor verslag gemaakt. Dit verslag acht ik in zijn geheel een gekleurd en negatief verslag (…)
Ik begrijp uw verzoek niet. Ik stel voorop dat ik, uit eigen kennis en wetenschap NIETS kan verklaren omtrent het aangaan van de verzekeringsovereenkomst, de gang van zaken gedurende de looptijd van de polis of het schadevoorval. Ik was immers niet betrokken bij dergelijke zaken en NIET aanwezig gedurende het plaatsvinden van het schadevoorval. De verzekerde, mevrouw [A] , heeft u bovendien geen toestemming gegeven om onderzoek te doen bij derden. Nu ik niets uit te staan heb of belang heb bij de stacaravan, ben ik een derde. Waarom u toch nog kostbare tijd en dus ook geld van mevrouw [A] verspild is iets wat ik niet begrijp. U moet mij dat eerst uitleggen voor dat ik toekom aan medewerking. (…)”
Geachte mevrouw [A] , Hierbij komen wij terug op uw schadeclaim. Wij hebben bericht gekregen van onderzoeksbureau I-Tek. Hieruit is gebleken dat u geen medewerking verleent aan het onderzoek naar uw schade. Wij betalen uw schade niet. Wij leggen hieronder uit waarom wij deze schade niet betalen. In artikel 9 van de polisvoorwaarden [kenmerk] en [kenmerk] staan de verplichtingen van de verzekerden. U moet onder andere uw volle medewerking verlenen aan de schaderegeling (lid 1e). Dit geldt ook voor uw partner de heer [eiser] . In artikel 2 lid 4 ( [kenmerk] ) en 2 lid 2 ( [kenmerk] ) staat dat de verzekerde(n) u en de met uw samenwonende personen zijn. Nu u beiden heeft aangegeven dat u geen (verdere) medewerking wilt verlenen kunnen wij niet verder met de schaderegeling en zijn wij in onze belangen geschaad. In artikel 9 lid 4 staat dat de verzekering nu geen dekking geeft. Wij betalen de schade daarom niet (…)”
- Op 26 juni 2019 is ingebroken in het chalet op de schadelocatie en is getracht hier brand
- Op 26 juni 2019 is verzekerde hiervan op de hoogte gebracht, maar zij verklaarde niet in staat te zijn om naar de camping te komen;
- Op 27 juni 2019 is brandgesticht in het chalet op de schadelocatie;
- Verzekerde en haar partner wensen geen verdere medewerking te verlenen aan het onderzoek;
- Doordat verzekerde en betrokkene [eiser] hun medewerking aan het onderzoek weigeren, kan de verklaring van verzekerde op meerdere punten niet worden geverifieerd.”
4.Het geschil
5.De beoordeling
onvoorwaardelijkhet recht ontneemt de door Klaverblad toegezegde dekking op te eisen, is dus geen sprake. Het beding valt daarmee niet onder artikel 6:236 aanhef en onder a BW. Artikel 6:237 onder h BW mist hier ook betekenis. Toepassing van de verstrekkende sanctie van verval van recht bij niet-medewerking is namelijk beperkt tot gevallen waarin de belangen van de verzekeraar zijn geschonden. In dat geval is een rechtvaardiging te vinden in het samenstel van feiten, en rechtvaardigen de gedragingen (dus) dat verval. Gelet hierop, heeft [eiser] onvoldoende onderbouwd dat het beding onredelijk bezwarend is.
het interviewen van verzekerde en/of betrokkenen en/of getuigen”. Het onderzoeksrapport van I-TEK vermeldt verder dat [A] op 8 juli 2019 door Monsieurs is geïnterviewd, terwijl er op 16 juli 2019 nog een brandmonster naar het ingeschakelde laboratorium is overgebracht. Oftewel, de resultaten van het feitenonderzoek zijn niet afgewacht alvorens het persoonlijk onderzoek werd ingesteld, zoals wordt voorgeschreven in artikel 1.1 van de GPO.
“dat zij geen aanknopingspunten hebben gevonden om verder te rechercheren”.Uit het rapport blijkt voorts dat de kwestie met een technisch sepot is afgedaan vanwege het ontbreken van concrete daderinformatie. Klaverblad heeft aldus niet voldaan aan het beginsel van proportionaliteit, zoals neergelegd in de GPO.
nietverplicht was om aan het tactisch onderzoek mee te werken. Uit haar e-mail van 8 augustus 2019 blijkt dat zij daardoor in de veronderstelling verkeerde dat zij op grond van de verzekeringsvoorwaarden juist niet verplicht was om mee te werken. Zo schrijft zij in die e-mail: “
Ik heb alle van mij te verlangen medewerking gegeven, zelfs aan een onderzoek van u, terwijl de verzekeringsvoorwaarden daar niets over bepalen.”
- griffierecht: € 693,00
- dagvaardingskosten: € 130,99
- salaris gemachtigde: