ECLI:NL:RBOBR:2015:2653
Rechtbank Oost-Brabant
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Overgang naar een LFNP-functie na 1 januari 2012 zonder wettelijke grondslag
In deze zaak heeft de Rechtbank Oost-Brabant op 6 mei 2015 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiser, een politieambtenaar, en de korpschef van politie. Eiser was in beroep gegaan tegen een besluit van de korpschef waarin de functie-overgang naar een LFNP-functie per 1 januari 2012 werd vastgesteld. De rechtbank oordeelde dat de korpschef in redelijkheid kon komen tot een analoge toepassing van de Regeling 'overgang naar een LFNP-functie' en de bijbehorende transponeringstabel. Eiser had bezwaar gemaakt tegen het bestreden besluit, waarin zijn functie per 1 oktober 2012 werd vastgesteld op die van Assistent Beveiliging B (schaal 5). De rechtbank volgde eiser niet in zijn argumenten en verwees naar eerdere uitspraken waarin werd geoordeeld dat de bevoegdheid van de korpschef gebaseerd kon worden op het Mandaatbesluit Politie januari 2014. De rechtbank concludeerde dat de Regeling geen bepalingen bevatte die op de overgang na 1 januari 2012 van toepassing waren, maar dat de korpschef in redelijkheid had kunnen besluiten tot een analoge toepassing. Eiser had ook een beroep gedaan op de hardheidsclausule, maar de rechtbank oordeelde dat deze niet van toepassing was in dit geval. Uiteindelijk werd het beroep van eiser ongegrond verklaard, zonder dat er aanleiding was voor een proceskostenveroordeling.