ECLI:NL:RBNNE:2024:1087
Rechtbank Noord-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de rechtsgeldigheid van een suppletieaangifte en de verplichting tot het nemen van een dwangsombesluit
In deze uitspraak van de Rechtbank Noord-Nederland, gedateerd 14 maart 2024, wordt het beroep van eiser tegen de uitspraak op bezwaar van de inspecteur van de Belastingdienst beoordeeld. Eiser, een zonnepaneelhouder, had op 28 december 2022 een suppletieaangifte omzetbelasting ingediend over het tweede kwartaal van 2022. Na het indienen van deze aangifte heeft eiser de inspecteur in gebreke gesteld wegens het uitblijven van een beslissing. De inspecteur heeft hierop gereageerd met een uitspraak op bezwaar waarin hij stelde dat eiser geen recht had op een dwangsom. Eiser heeft hiertegen beroep ingesteld.
De rechtbank oordeelt dat een suppletieaangifte geen aanvraag is in de zin van artikel 1:3 van de Algemene wet bestuursrecht. Dit betekent dat de inspecteur niet verplicht was om een dwangsombesluit te nemen naar aanleiding van het verzoek van eiser. De rechtbank vernietigt de uitspraak op bezwaar van de inspecteur, omdat deze ten onrechte een uitspraak op bezwaar heeft gedaan zonder dat daar een primair besluit aan ten grondslag lag. De rechtbank concludeert dat het beroep van eiser gegrond is en dat de inspecteur het griffierecht aan eiser moet vergoeden.
De uitspraak benadrukt het belang van de juiste kwalificatie van suppletieaangiften en de gevolgen daarvan voor de verplichtingen van de belastinginspecteur. Eiser heeft verder geen proceskosten gemaakt die voor vergoeding in aanmerking komen. De rechtbank heeft de uitspraak openbaar uitgesproken en biedt informatie over de mogelijkheid tot hoger beroep.