3.2.De voor de beoordeling van het verzoek belangrijke wettelijke regels zijn te vinden in de bijlage bij deze uitspraak.
4. Ter zitting hebben verzoekers verklaard dat is begonnen met de afbraak van het schuurtje. Vanwege de aanwezigheid van asbest is een gespecialiseerd bedrijf nodig voor afbraak van het resterende deel van dit schuurtje. De voorzieningenrechter gaat ervan uit dat de last voor zover die ziet op het schuurtje niet (meer) wordt betwist.
5. Met betrekking tot de tunnelkas hebben verzoekers aangegeven dat zij zich allereerst op het standpunt stellen dat verweerder zijn rechten heeft verwerkt om te eisen dat de kas wordt afgebroken. De tunnelkas staat er al zo lang, dat het niet evenredig zou zijn om handhavend op te treden. Bovendien mochten verzoekers er door het tijdsverloop op vertrouwen dat de kas mocht blijven staan. Ten tweede valt de tunnelkas volgens verzoekers onder het overgangsrecht. Tot slot zou de kas kunnen worden gelegaliseerd, desnoods tijdelijk. Vanwege de hoge leeftijd van [verzoeker 2] zou dat een sociaal doel dienen.
6. Verweerder geeft aan dat de bouwvergunning voor de tunnelkas een tijdelijke vergunning was. De tunnelkas mocht blijven staan tot 1998. Alleen het tijdsverloop is geen reden om niet meer handhavend op te treden. Dit is vaste rechtspraak. Er is op dit moment ook een geschil met verzoekers over het gebruik van de gronden die rond de woning liggen voor een kwekerij. Op dit gebruik zou volgens verzoekers overgangsrecht van toepassing zijn. Dit geschil wordt behandeld in het andere verzoek met nummer LEE 22/56. Verweerder stelt dat het bestreden besluit in deze zaak met nummer LEE 22/124 gaat over het aanwezig hebben van bebouwing zonder omgevingsvergunning. Dit is een andere overtreding (illegaal bouwen) dan het strijdig gebruiken van gronden. Overgangsrecht is daarom niet aan de orde. Verder is verweerder niet van plan om mee te werken aan een omgevingsvergunning voor legalisatie van de kas, omdat verzoekers er voordeel van hebben gehad dat zij de kas al jaren bedrijfsmatig hebben gebruikt.
7. De voorzieningenrechter is voorlopig van oordeel dat een beroep op rechtsverwerking niet kan slagen. Het is, zoals verweerder terecht aangeeft, vaste rechtspraak dat alleen tijdsverloop geen reden is om niet handhavend op te treden. De conclusies van de staatsraden advocaat-generaal over het evenredigheidsbeginselen het vertrouwensbeginselbrengen daar in dit geval geen verandering in. Handhaving kan onevenredig zijn als er sprake is van een overtreding van geringe aard en ernst in verhouding tot de belangen van de overtreder. Het bouwen of in stand laten van een tunnelkas zonder omgevingsvergunning is geen geringe overtreding. Er is ook geen minder ingrijpend middel dat ingezet kan worden om verwijdering van illegale bebouwing te vorderen dan de door verweerder ingezette last onder dwangsom. Voor een beroep op het vertrouwensbeginsel is van belang dat degene die daar een beroep op doet, te goeder trouw is.Eisers hebben een bouwvergunning gekregen waarin is vermeld dat deze tijdelijk is. Zij kunnen zich niet later op het standpunt stellen dat zij erop mochten vertrouwen dat deze kas toch voor altijd mocht blijven staan, vanwege het enkele feit dat verweerder niet eerder heeft geëist dat de kas werd verwijderd.
8. Voor het bouwen van bouwwerken is altijd een omgevingsvergunning nodig, tenzij de bouwwerken onder de regels voor vergunningvrij bouwen vallen,maar dat is hier niet aan de orde. Of de gronden nu gebruikt mogen worden voor een kwekerij of niet, doet er daarbij niet toe. Het argument van verzoekers dat de bouwwerken net als de kwekerij onder het gebruiksovergangsrecht vallen, kan naar voorlopig oordeel van de voorzieningenrechter niet slagen.
9. Voor wat betreft de legalisatie van de tunnelkas is de voorzieningenrechter voorlopig echter van oordeel dat verweerder deze mogelijkheid niet goed heeft onderzocht, dan wel niet goed heeft gemotiveerd waarom dit niet mogelijk is.