Uitspraak
RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
uitspraak van de meervoudige belastingkamer van 28 juli 2022 in de zaken tussen
[eiser] , te [woonplaats] , eiser,
de inspecteur van de Belastingdienst/kantoor Leeuwarden, verweerder
Procesverloop
Overwegingen
Op 23-06-2016 is de inschrijving wegens opheffing van de onderneming ambtshalve doorgehaald.”
“Opbrengsten
Op basis van de door mij opgevraagde bankafschriften van alle betrokkenen, alsnog afgegeven financiële administratie en aan de hand van uit derdenonderzoeken ontvangen gegevens, heb ik de opbrengsten berekend. Deze opbrengsten zijn aldus samengesteld uit een mix van beschikbare gegevens. Zoals de daadwerkelijke ontvangsten op de verschillende bankrekeningen en de zelf aangegeven kasontvangsten volgens de verlies- en winstrekening. Onderstaande bedragen zijn exclusief omzetbelasting.
Belanghebbende betwist dat hij de ondernemer is en dat het resultaat naar aanleiding van het controlerapport volledig aan hem wordt toegerekend.”
Belanghebbende:
Allereerst is het gesprek op 2 oktobergeen hoorgesprekgeweest. Uit de vooraf met u gevoerde correspondentie blijkt dat om inzage in het dossier is gevraagd. Ondergetekende verwijst naar de email van 21 augustus. Op 2 oktober is daar nogmaals om gevraagd met betrekking tot de derden onderzoeken om te kunnen beoordelen of [eiser] ondernemer zou kunnen zijn. Op 2 oktober 2019 is geen inzage in het dossier verstrekt!
Dank voor uw reactie op het verslag van ons gesprek op 2 oktober j.l. [medewerker verweerder 4] en ondergetekende zijn het met u eens dat het gesprek primair geen hoorgesprek was. We hebben in onze beleving tijdens het gesprek echter wel gezamenlijk besloten om het gesprek ook als hoorgesprek aan te merken. U / [adviseur] gaven daar bij aan hier mee akkoord te kunnen gaan en niet over echt meer informatie over uw cliënten beschikte dan er bij de belastingdienst al bekend is. Er is tijdens dat gesprek aangegeven dat u in het aanwezige dossier kon kijken, maar omdat er niets in zat dat u nog niet kende, is hier geen gebruik van gemaakt. De stukken van derden zaten op dat moment niet het dossier. Hier was het u / [adviseur] met name om te doen. De stukken uit het derdenonderzoek heb ik u op 4 november jl. toegestuurd. Overigens zouden in mijn optiek, op de verklaringen omtrent wie nu ondernemer is, alle overige stukken gewoon in de administratie van [eiser] moeten zitten.