ECLI:NL:RBNNE:2018:5204

Rechtbank Noord-Nederland

Datum uitspraak
18 december 2018
Publicatiedatum
18 december 2018
Zaaknummer
6948736 \ CV EXPL 18-4818
Instantie
Rechtbank Noord-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Verbintenissenrecht
Procedures
  • Op tegenspraak
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Aansprakelijkheid voor illegale afname van elektriciteit door eigenaren van een pand met hennepkwekerij

In deze zaak vorderde Enexis Netbeheer B.V. betaling van schadevergoeding van de eigenaren van een pand in Loppersum, waar illegaal elektriciteit werd afgenomen voor een hennepkwekerij. De gedaagden, die het pand verhuurd hadden, stelden dat zij niets wisten van de hennepkwekerij en dat zij de elektriciteitsleverancier tijdig op de hoogte hadden gesteld van hun verhuizing. De kantonrechter oordeelde dat de gedaagden tekortgeschoten waren in hun zorgplicht om toezicht te houden op de elektriciteitsvoorzieningen in het pand. De rechter stelde vast dat er illegale aansluitingen waren gemaakt en dat de gedaagden verantwoordelijk waren voor de schade die Enexis had geleden door de illegale afname van elektriciteit. De kantonrechter wees de vorderingen van Enexis toe, inclusief de kosten voor het afsluiten van de gaslevering en buitengerechtelijke incassokosten. De gedaagden werden veroordeeld tot betaling van in totaal € 5.025,09, vermeerderd met wettelijke rente.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-NEDERLAND

Afdeling Privaatrecht
Locatie Groningen
zaak-/rolnummer: 6948736 \ CV EXPL 18-4818

vonnis van de kantonrechter d.d. 18 december 2018

inzake
de besloten vennootschap
ENEXIS NETBEHEER B.V.,
gevestigd te 's-Hertogenbosch,
eiseres,
gemachtigde: mr. T.M. Vollbehr,
tegen
1.
[gedaagde sub 1] ,
2.
[gedaagde sub 2] ,
beiden wonende te 's-Gravenhage,
gedaagden,
procederende in persoon.
Eiseres zal hierna "Enexis" worden genoemd. Gedaagden zullen hierna afzonderlijk " [gedaagde sub 1] " en " [gedaagde sub 2] " en gezamenlijk " [gedaagden] " worden genoemd.

Procesverloop

1.1
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding,
- de conclusie van antwoord,
- de conclusie van repliek,
- de conclusie van dupliek.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

Motivering

De feiten
2.1.
Enexis verzorgt het transport van energie en beheert de aansluiting en het netwerk voor elektriciteit en gas in grote delen van Noord-, Oost- en Zuid-Nederland. Enexis is de enige netbeheerder in de gemeente Loppersum.
2.2.
[gedaagde sub 1] en [gedaagde sub 2] c.s. zijn (ieder voor de onverdeelde helft) de eigenaren van het pand aan de [adres] te Loppersum (hierna te noemen: het pand). In het verleden waren dit twee verschillende adressen: [adres] en [adres] . Op 23 september 2011 zijn deze twee percelen samengevoegd. Het pand heeft twee elektriciteits- en twee gasmeters. De afname van elektriciteit wordt bijgehouden door de kWh-meter, een tussen het netwerk en de aansluiting van het perceel aangebrachte meetinrichting.
2.3.
Om gebruik te maken van elektriciteit, dient een aanvraag te worden gedaan bij een energieleverancier. Indien er daarna een overeenkomst tot stand komt met de leverancier, sluit de contractant tevens een overeenkomst met de netbeheerder. De leverancier informeert de contractant namens de netbeheerder over de overeenkomst van aansluiting en transport.
2.4.
Zodra een overeenkomst tot stand is gekomen, worden de gegevens van de contractant geregistreerd in het Centraal Aansluitregister. In dit systeem voeren alle netbeheerders in Nederland informatie in die zij krijgen van energieleveranciers over alle landelijke aansluitingen van elektriciteit en gas, waaronder de naam van de contractanten.
2.5.
[gedaagden] hadden van 19 december 2002 tot en met 15 juni 2015 een overeenkomst met Enexis betreffende aansluiting en transport van elektriciteit en gas en met Essent een leveringsovereenkomst, tegen de daarvoor geldende tarieven.
2.6.
Een politieambtenaar en een medewerker van Enexis hebben op 24 april 2014 bij een inval in het pand van [gedaagden] een hennepkwekerij aangetroffen. Daarbij zijn de stroomvoorzieningen van de hennepkwekerij door de medewerker van Enexis onderzocht. Bij dit onderzoek bleek dat de elektriciteit buiten de meters om van het netwerk van Enexis werd afgenomen. De verzegeling van de aansluitingen was verbroken en er waren illegale aansluitingen op de bovenzijde van de zekeringhouders aangebracht.
2.7.
De politie heeft van de inval in het pand een mutatierapport d.d. 24 april 2014 opgesteld. Hierin is onder meer vermeld:
"(…)
Toelichting bij actie
Op 24-04-2014 omstreeks 13:50 uur met machtiging tot binnentreden gegaan naar de woning [adres] te Loppersum ivm vermoeden hennepteelt. Bij de woning werd niet opengedaan, derhalve de toegang verschaft door het verwijderen van een gaaswerk, welke in een kozijn was gemonteerd. In de woning troffen wij op de begane grond twee hennepkwekerijen aan . Vanaf de begane grond kan men niet direct naar de bovenverdieping, hier liepen wel kabels en luchtafvoerslangen heen. Vervolgens via een zijdeur de toegang naar de bovenverdieping verschaft. Hier werd eveneens een hennepkwekerij aangetroffen. (…)
"
2.8.
Enexis heeft vastgesteld dat in het pand in drie ruimten hennep werd gekweekt:
- ruimte 1: de zolderverdieping, waarbij de kwekerij werd voorzien van elektriciteit via de kWh-meter van [adres] ;
- ruimte 2 en 3: de begane grond (links en rechts), waarbij de kwekerij werd voorzien van elektriciteit via de kWh-meter van [adres] .
2.9.
Enexis heeft [gedaagden] als contractanten bij brief van 29 april 2014 aansprakelijk gesteld. Daartoe vermeldt deze brief onder meer:
"Een medewerker van Enexis B.V. heeft op 24 april 2014 het perceel [adres] bezocht en de daar aanwezige aansluiting(en) en installatie(s) van Enexis B.V. gecontroleerd.
Wij hebben daarbij geconstateerd dat er handelingen aan de elektrische installatie zijn verricht die in strijd zijn met de algemene voorwaarden.
Hierdoor is aan Enexis B.V. schade toegebracht welke bestaat uit kosten die wij moeten maken voor het herstellen van de installatie en kosten welke bestaan uit het afnemen van energie buiten de meetinrichting om, of dat de meetinrichting dusdanig was gemanipuleerd dat de juiste hoeveelheid niet meer af te lezen valt. Hierbij stellen wij u als contractanten aansprakelijk voor de door ons geleden schade en wij zullen daarvan aangifte doen bij de politie. (…)"
2.10.
Enexis heeft een schadeberekening opgesteld, gebaseerd op de aangetroffen apparatuur en de kweekperiode berekend over de verschillende meters. Uit deze berekening volgt dat in totaal bij de [adres] 45.204 kWh elektriciteit illegaal is afgenomen en bij de [adres] 15.619 kWh. De door Enexis berekende schade vanwege illegale afname van elektriciteit bedraagt daarmee (60.823 kWh x € 0,069 =) € 4.196,79.
2.11.
Enexis heeft [gedaagden] op 21 mei 2014 een tweetal facturen gestuurd met betrekking tot de door haar geleden schade. De totale schade wegens de illegale afname van stroom plus door Enexis gemaakte bedrijfskosten is daarbij op € 5.025,09 vastgesteld.
- Factuur [nummer] - betreffende [adres] - luidt als volgt:
Hierbij brengen wij u de door ons geleden schade in rekening. De schade is geconstateerd tijdens het bezoek van een medewerker van Enexis aan het perceel [adres] op 24-04-2014. (…)

OmschrijvingAantalEhPrijs/EhBedrag in EUR

Elektriciteitsmeter 3 fase 1 PE 39,17 39,17
Uurtarief monteur 2,0 UUR 63,00 126,00
Vooronderzoek en dossieraanleg 1 PE 57,45 57,45
Opmaken factuur 1 PE 76,62 76,62
Verbruik elektriciteit 45.204 KWH 0,069 3.119,08
-----------
Subtotaal excl BTW
3.418,32
(vrij van BTW) 0,00
-----------
Totaal 3.418,32
- Factuur [nummer] - betreffende [adres] - luidt als volgt:
Hierbij brengen wij u de door ons geleden schade in rekening. De schade is geconstateerd tijdens het bezoek van een medewerker van Enexis aan het perceel [adres] op 24-04-2014. (…)

OmschrijvingAantalEhPrijs/EhBedrag in EUR

Elektriciteitsmeter 3 fase 1 PE 39,17 39,17
Uurtarief monteur 2,0 UUR 63,00 126,00
Vooronderzoek en dossieraanleg 1 PE 57,45 57,45
Dossierverwerking en aangifte 1 PE 114,91 114,91
Opmaken factuur 1 PE 76,62 76,62
Afhandelingskosten 1 PE 114,91 114,91
Verbruik elektriciteit 15.619 KWH 0,069 1.077,71
-----------
Subtotaal excl BTW 1.606,77
(vrij van BTW) 0,00
-----------
Totaal 1.606,77
2.12.
Enexis heeft op 4 juni 2014 bij de politie aangifte gedaan van diefstal van elektriciteit op het adres aan de [adres] .
2.13.
Bij e-mail van 23 juni 2014 heeft [gedaagde sub 1] op de facturen van Enexis gereageerd. In deze e-mail meldt hij daartoe onder meer:
"In antwoord op uw schrijven van 21 mei jongstleden in opgemelde zaak, welk schrijven ondergetekende een paar dagen geleden onder ogen kreeg, en waarin u ondergetekende aansprakelijk stelt voor schade die door Enexis is of zou zijn geleden, deelt ondergetekende u mee dat zijn pand per begin december 2013 verhuurd was aan een huurder, in welke overeenkomst van verhuur een makelaar heeft bemiddeld.
In 2013 is ondergetekende met zijn gezin verhuisd naar Den Haag.
(…)
De bedoeling van ondergetekende was al langer om het pand te verkopen of desnoods te verhuren. De ontwikkelingen op de huizenmarkt waren en zijn zeer negatief beïnvloed door de aardbevingsproblematiek, en alles wat daaruit voortgevloeid is, waardoor verkoop onmogelijk is gebleken.
Vanaf begin juli 2013 stond het pand aan de [adres] leeg, een huurder werd gezocht. Als eigenaren van het pand te Loppersum was het onmogelijk goed beheer te voeren over het pand, gezien de enorme afstand tot Den Haag en het drukke bestaan van eigenaren. Daarom is een makelaar ingeschakeld oor de verhuur en beheer.
(…)
Eind april is ondergetekende telefonisch door justitie op de hoogte gebracht van het bestaan van een wietplantage in zijn woning in Loppersum. Onlangs is ondergetekende door justitie verhoord en heeft te kennen gegeven niets van de misdrijven te hebben vermoed, noch enige kennis gehad te hebben van bedoelde activiteiten. Bovendien had ondergetekende en zijn gezin aan vrienden, buren en overige bekenden meegedeeld, dat er een nieuwe huurder zou komen wonen. Vanaf de datum van verhuur tot aan de datum van ontdekking van de wietplantage lijkt het pand niet bewoond te zijn geweest.
(…)
Alhoewel de woning weliswaar in eigendom is van ondergetekende, is hem niets onoirbaars te verwijten. Ondergetekende heeft te goeder trouw gehandeld, wist niets van de gepleegde misdrijven en lijdt nu zelf grote materiele schade aan zijn pand, alsook immateriele schade. De woning staat inmiddels twee maanden onverhuurd leeg. Ondergetekende heeft een aanvang gemaakt met het verwijderen van de restanten van de plantage en zal de enorme schade aan zijn woning herstellen, om het vervolgens weer te trachten te verhuren. Indien mogelijk zal hij zijn schade verhalen op de huurder of op de makelaar
Ondergetekende wijst de gigantische energierekening van Enexis van in totaal € 5.025,09, zoals thans aan hem gepresenteerd, van de hand, en verwijst Enexis naar de veroorzaker(s) van de schade, die aansprakelijk is/zijn (…)".
2.14.
Sinds 15 juni 2015 is er geen leverancier van gas meer bekend op de adressen aan de [adres] . Op 16 juni 2015 heeft Enexis een brief gestuurd aan de bewoners van het pand aan de [adres] , waarin Enexis aangeeft dat er geen energieleverancier van gas bekend is en dat er een leveringsovereenkomst nodig is om energie af te kunnen nemen. Enexis geeft in deze brief verder aan dat als er geen leveringsovereenkomst wordt gesloten met een (nieuwe) leverancier, Enexis zal overgaan tot afsluiting waarbij de kosten hiervan in rekening zullen worden gebracht. Op 18 juni 2015 heeft Enexis dezelfde brief gestuurd naar de bewoners van het pand aan de [adres] . Op 7 juli 2015 en 9 juli 2015 heeft Enexis een herinnering gestuurd naar de [adres] respectievelijk de [adres] . Op 16 november 2015 heeft een medewerkster van Enexis gebeld met [gedaagde sub 1] . Ondanks dit gesprek en voormelde brieven heeft Enexis echter van geen enkele leverancier bericht ontvangen dat er een leveringsovereenkomst voor genoemde panden was gesloten. Een medewerkster van Enexis heeft op 1 maart 2016 met [gedaagde sub 1] gebeld, maar kreeg geen gehoor. Op 28 maart 2016 heeft Enexis het pand bezocht, waar zij niemand aantrof. Enexis heeft vervolgens op 15 april, 25 april en 8 juni 2016 telefonisch contact gehad met [gedaagde sub 1] ter aansporing om een leveringscontract voor gas af te sluiten. In het telefoongesprek van 15 april 2016 heeft [gedaagde sub 1] telefonisch aangegeven een contract met een gasleverancier te zullen afsluiten. In het telefoongesprek van 25 april 2016 gaf [gedaagde sub 1] aan dat hij twijfelde, vanwege een mogelijke verkoop van het huis, tussen het afsluiten van een leveringscontract en het laten afsluiten van de gastoevoer. In het telefoongesprek van 8 juni 2016 heeft Enexis aangegeven de gasafsluiting te zullen doorzetten.
2.15.
Op 27 juni 2016 heeft Enexis de gasmeter van de [adres] buiten afgesloten. Het tarief voor buitenafsluiting van gas bedroeg in 2016 inclusief btw € 653,75. Enexis heeft [gedaagden] dit bedrag bij factuur van 29 juni 2016 in rekening gebracht.
2.16.
Op 5 september 2016 heeft Enexis gebeld met [gedaagde sub 1] over het afsluiten van de gastoevoer naar de [adres] . [gedaagde sub 1] heeft toen de naam en het telefoonnummer doorgegeven van mevrouw Stensen, die de deur open zou doen voor de afsluiting. Enexis heeft vervolgens mevrouw Stensen gebeld en haar voicemail ingesproken, maar heeft geen contact met haar kunnen krijgen, noch heeft Stensen Enexis teruggebeld. Op 21 maart 2017 heeft Enexis met [gedaagde sub 1] gebeld en heeft Enexis aangegeven dat zij graag een afspraak wilde maken om binnen te kunnen afsluiten en dat er anders buiten zou moeten worden afgesloten. [gedaagde sub 1] heeft aangegeven Stensen te zullen inlichten.
2.17.
Op 3 april 2017 heeft Enexis de gastoevoer naar de [adres] binnen afgesloten. Het tarief voor binnenafsluiting van gas bedroeg in 2017 inclusief btw € 119,77. Enexis heeft [gedaagden] dit bedrag bij factuur van 5 april 2017 in rekening gebracht.
2.18.
[gedaagden] hebben de hierboven vermelde facturen van Enexis - ondanks aanmaningen - onbetaald gelaten.
Het geschil
3.1.
Enexis vordert dat de kantonrechter, bij vonnis uitvoerbaar bij voorraad, [gedaagden] veroordeelt tot betaling aan Enexis van:
primair:
I. een som van € 5.025,09 op grond van wanprestatie ex artikel 6:74 BW, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de datum van constatering van de illegale stroomafname tot de dag der algehele voldoening, althans een in goede justitie te bepalen bedrag;
II. een som van € 2.199,69 op grond van wanprestatie ex artikel 6:74 BW, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de datum van constatering van de illegale stroomafname tot de dag der algehele voldoening, althans een in goede justitie te bepalen bedrag;
subsidiair:
I. een som van € 5.025,09 op grond van onrechtmatige daad ex artikel 6:162 BW, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de datum van constatering van de illegale stroomafname tot de dag der algehele voldoening, althans een in goede justitie te bepalen bedrag;
II. een som van € 2.199,69 op grond van onrechtmatige daad ex artikel 6:162 BW, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de datum van constatering van de illegale stroomafname tot de dag der algehele voldoening, althans een in goede justitie te bepalen bedrag;
primair en subsidiair:
III. een som van € 653,75, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de vervaldatum van de factuur tot de dag der algehele voldoening, althans een in goede justitie te bepalen bedrag;
IV. een som van € 119,77, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de vervaldatum van de factuur tot de dag der algehele voldoening, althans een in goede justitie te bepalen bedrag;
V. de buitengerechtelijke incassokosten ten bedrage van € 673,93, althans een zodanig bedrag als door de rechter in goede justitie te bepalen, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de dag der dagvaarding tot aan de dag van betaling;
VI. de kosten van het geding, alsmede de nakosten volgens het liquidatietarief, te voldoen binnen veertien dagen na dagtekening van het in deze zaak te wijzen vonnis, en - voor het geval voldoening van de (na)kosten niet binnen de gestelde termijn plaatsvindt - te vermeerderen met de wettelijke rente over de (na)kosten te rekenen vanaf bedoelde termijn voor voldoening.
3.2.
[gedaagden] concluderen tot afwijzing van de vorderingen van Enexis, met
veroordeling van Enexis in de kosten van het geding.
Het standpunt van Enexis
4.1.
Uit de met Enexis gesloten overeenkomst vloeit voor [gedaagden] de verplichting voort om ervoor zorg te dragen dat de meetinstallatie en de aansluiting in goede staat blijven, zodat het voor Enexis mogelijk is om vast te stellen hoeveel elektriciteit er wordt afgenomen. Op grond van de toepasselijke algemene voorwaarden is de contractant gehouden om het redelijkerwijs mogelijke te doen om schade aan de aansluiting en de meetinrichting te voorkomen (artikel 4 lid 3) en is het de contractant niet toegestaan om de verzegelingen van de meters te verbreken en handelingen te (doen) verrichten die beletten dat de hoeveelheid energie niet juist kan worden vastgesteld (artikel 4 lid 6, aanhef en sub b en c). Op [gedaagden] rustte dan ook een zorgplicht ten aanzien van de meet- en elektriciteitsinstallatie. De omstandigheid dat [gedaagden] het pand aan een derde hadden verhuurd, deed aan die zorgplicht niet af. Als eigenaar/verhuurder van het pand waren zij verantwoordelijk voor de meet- en elektriciteitsinstallatie. Gelet daarop zijn zij aansprakelijk voor de illegale afname van elektriciteit. [gedaagden] hebben gehandeld in strijd met artikel 4.6. van de algemene voorwaarden door de verzegeling te laten verbreken en vervolgens handelingen te laten verrichten waardoor de hoeveelheid elektriciteit niet of niet juist kon worden vastgesteld. Voorts zijn door toedoen c.q. nalaten van [gedaagden] de meetinstallaties van Enexis in het pand beschadigd geraakt, waarmee [gedaagden] inbreuk hebben gemaakt op het eigendomsrecht van Enexis. Op grond van het voorgaande stelt Enexis, primair, dat [gedaagden] tekortgeschoten zijn in de nakoming van de op hen rustende verplichtingen uit hoofde van de overeenkomst met Enexis en dat zij gehouden zijn de schade die Enexis daardoor heeft geleden te vergoeden.
4.2.
Subsidiair vordert Enexis vergoeding van de door haar geleden schade op grond van onrechtmatige daad, nu het hiervoor omschreven handelen c.q. nalaten van [gedaagden] (ook) kan worden aangemerkt als een tot schadevergoeding verplichtend onrechtmatig handelen. Op [gedaagden] als eigenaren van het pand rustte een zorgplicht om afdoende maatregelen te treffen te voorkomen dat er een illegale aansluiting werd gemaakt, dat er geen ongeoorloofde handelingen met de aansluiting werden verricht, erop toen te zien dat de afname van elektriciteit correct door de meter werd geregistreerd en geen elektriciteit te (laten) afnemen zonder dat dit door de meter kan worden geregistreerd. De zorgplicht van [gedaagden] bestond er ook uit dat zij erop toezagen dat hun huurder zich gedroeg zoals van een goed huurder mocht worden verwacht. Van [gedaagden] , in hun hoedanigheid van eigenaar/verhuurder, had mogen worden verwacht dat zij het pand regelmatig controleerden. De schade van Enexis als gevolg van de illegale afname van elektriciteit is het directe gevolg van het onrechtmatig handelen van [gedaagden]
4.3.
Geconstateerd is dat er werd gekweekt in drie ruimten, twee op de begane grond (ruimte B en C) en op de zolder. De aangetroffen planten in ruimte B waren 42 dagen oud. De aangetroffen planten in ruimte C waren 28 dagen oud. De op de zolder aangetroffen planten waren 28 dagen oud. Er is volgens de politie tenminste één keer eerder geoogst. De schadeberekening van Enexis is gebaseerd op de aangetroffen apparatuur en de kweekperiode berekend over de verschillende meters. Hieruit volgt dat er bij de [adres] 45.204 kWh elektriciteit illegaal is weggenomen en bij de [adres] 15.619 kWh. De totale schade van de illegaal afgenomen elektriciteit bedraagt daarmee (60.823 kWh x 0,069=) primair
€ 4.196,79. Indien de voorgaande kweek niet bewezen wordt geacht, dan vordert Enexis subsidiair de afgenomen energie ten behoeve van de aangetroffen kweek. Via de meter van [adres] is er in dat geval 16.798 kWh afgenomen en via de meter van [adres] 3.077 kWh. De schade van de illegaal afgenomen elektriciteit bedraagt alsdan (19.875 kWh x 0,069=) € 1.371,38. Naast de schade van de illegaal afgenomen elektriciteit vordert Enexis vergoeding van de kosten die zijn gemaakt in verband met de inzet van haar medewerkers. Deze schade bedraagt in totaal € 828,30.
4.4.
Voorts vordert Enexis vergoeding van de kosten die zij heeft moeten maken om de gastoevoer naar het pand van [gedaagden] zowel binnen als buiten af te sluiten. De totale kosten voor de binnenafsluiting als de buitenafsluiting bedragen (€ 653,75 + € 119,77 =)
€ 773,52.
4.5.
Ten slotte vordert Enexis betaling van wettelijke rente over de hoofdsom met betrekking tot de illegale afname van stroom en vergoeding van buitengerechtelijke incassokosten ten bedrage van € 673,93.
4.6.
In reactie op het verweer van [gedaagden] stelt Enexis dat een leveringsovereenkomst uitsluitend schriftelijk kan worden opgezegd met inachtneming van een opzegtermijn. [gedaagden] hebben geen schriftelijke opzegging van de leveringsovereenkomst overgelegd. Verder betwist Enexis dat de leveringsovereenkomst telefonisch zou zijn opgezegd. [gedaagden] waren derhalve nog steeds contractant van Enexis op het moment dat de hennepkwekerij in het pand werd aangetroffen.
Het standpunt van [gedaagden]
5.1.
zijn na het optreden van aardbevingen in de provincie Groningen in 2013 ijlings uit dit gebied gevlucht en hebben een woning in Den Haag betrokken. Enkele dagen na de verhuizing naar Den Haag werden [gedaagden] door een zakenrelatie erop attent gemaakt dat zij hun energieleverancier op de hoogte moesten stellen van het verlaten van hun woning en het beëindigen van het energiecontract. Dit advies hebben [gedaagden] destijds terstond opgevolgd, door daarover telefonisch contact op te nemen met hun energieleverancier. Daarmee is toen een einde gekomen aan de leveringsovereenkomst. Hierna heeft Enexis nog enkele malen - ten onrechte - geld van de rekening van [gedaagden] afgeschreven, welk bedrag aan hen dient te worden terugbetaald. Na de beëindiging van de leveringsovereenkomst waren [gedaagden] niets meer aan Enexis verschuldigd.
5.2.
[gedaagden] hebben part noch deel gehad aan de aardbevingsproblematiek die hen heeft doen besluiten de woning te Loppersum te verlaten. Zij waren hierdoor in psychische zin zo getroffen, dat er sprake is geweest van overmacht in de zin van artikel 6:75 BW. Het eventuele tekortschieten van [gedaagden] in de nakoming van de overeenkomst met Enexis kan dan ook niet aan hen worden toegerekend.
5.3.
In 2013 is [gedaagde sub 1] in contact gekomen met makelaar [naam] van MC Makelaardij te Rotterdam, die dringend op zoek was naar woonruimte voor werklieden in de Eemshaven. Hierna is een huurovereenkomst voor het pand gesloten. [gedaagden] hebben daarbij nadrukkelijk alle aansprakelijkheid voor schade die uit het gehuurde zou kunnen ontstaan jegens huurder en derden uitgesloten. De huurder heeft de makelaar op 28 februari 2014 ervan op de hoogte gesteld dat energiebedrijf E-on de elektriciteit voor het gehuurde zou leveren.
5.4.
[gedaagden] hebben nimmer kunnen bevroeden dat in hun woning te Loppersum een hennepplantage aanwezig was. Zij hadden met deze hennepplantage niets van doen. Enexis heeft nagelaten om tijdig een onderzoek in te stellen naar de hoge afname van elektriciteit in de woning van [gedaagden] Zij wijzen er voorts op dat zij na het ontdekken van de hennepplantage ruim drie jaar niets van Enexis hebben vernomen.
5.5.
[gedaagden] hebben een rekening van Enexis ontvangen voor het afsluiten van de gastoevoer buitenshuis. Dit is zonder deugdelijke aankondiging vooraf gebeurd, terwijl Enexis op de hoogte was van het feit dat mevrouw [naam] de sleutels van het pand had en aan Enexis toegang tot het pand had kunnen verschaffen. Enexis heeft in dezen gehandeld in strijd met de op haar rustende zorgplicht jegens [gedaagden] De rekening voor de afsluiting van de gastoevoer is volgens [gedaagden] bijna twee maal zo hoog als de in de producties vastgelegde kostprijs.
De beoordeling van het geschil
6.1.
De kantonrechter is van oordeel dat [gedaagden] het door hen gedane beroep op opzegging van de leveringsovereenkomst onvoldoende hebben onderbouwd. Enexis heeft allereerst onweersproken gesteld dat opzegging van de leveringsovereenkomst (en daarmee ook de overeenkomst met Enexis als netbeheerder) alleen schriftelijk kan geschieden, met inachtneming van een opzegtermijn. Uit hetgeen [gedaagden] hebben gesteld, kan niet worden afgeleid dat zij de leveringsovereenkomst, zoals voorgeschreven, schriftelijk en met inachtneming van een opzegtermijn hebben opgezegd. Daarnaast hebben [gedaagden]
- mede in het licht van de uitdrukkelijke betwisting hiervan door Enexis - ook niet voldoende onderbouwd dat zij de leveringsovereenkomst (met instemming van Enexis) telefonisch hebben opgezegd. Uit het voorgaande volgt tevens dat voor zover [gedaagden] zich erover beklagen dat na de vermeende opzegging van de overeenkomst ten onrechte nog geld van hun bankrekening is geïncasseerd, dat betoog geen doel kan treffen. Overigens hebben [gedaagden] ook geen vordering in reconventie hiervoor ingesteld.
6.2.
[gedaagden] hebben gesteld dat Enexis na het ontdekken van de hennepplantage ruim drie jaar niets van zich heeft laten horen. Voor zover deze stelling als een beroep op rechtsverwerking moet worden opgevat, gaat dit niet op. Enkel tijdsverloop of stilzitten is onvoldoende voor het aannemen van rechtsverwerking. Daarvoor zijn tevens bijzondere omstandigheden vereist, als gevolg waarvan hetzij bij de wederpartij het gerechtvaardigd vertrouwen is gewekt dat de gerechtigde zijn aanspraak niet meer geldend zou maken, hetzij de wederpartij in zijn positie onredelijk zou worden benadeeld in geval de gerechtigde zijn aanspraak alsnog geldend zou maken. Dergelijke bijzondere omstandigheden zijn in het onderhavige geval naar het oordeel van de kantonrechter gesteld noch gebleken.
6.3.
Op grond van artikel 6:74 lid 1 Burgerlijk Wetboek (hierna: BW) verplicht iedere tekortkoming in de nakoming van een verbintenis de schuldenaar de schade die de schuldeiser daardoor lijdt te vergoeden, tenzij de tekortkoming de schuldenaar niet kan worden toegerekend.
6.4.
Vast staat dat tussen Enexis en [gedaagden] een overeenkomst heeft bestaan met betrekking tot de aansluiting op het netwerk van Enexis en het transport van elektriciteit door Enexis ten behoeve van het pand van [gedaagden] Deze overeenkomst brengt naar het oordeel van de kantonrechter mee dat Enexis en [gedaagden] ten opzichte van elkaar in een verhouding zijn komen te staan die mede wordt beheerst door de beginselen van redelijkheid en billijkheid. Deze brengen in de gegeven omstandigheden mee dat een afnemer van energie - tot op zekere hoogte - een zorgplicht in acht moet nemen met betrekking tot de op zijn naam geregistreerd staande elektriciteitsvoorzieningen. Nu ten behoeve van het in rekening brengen van energie gebruik wordt gemaakt van meters waarmee in beginsel de omvang van de energielevering wordt bepaald, dienen contractanten van Enexis er binnen redelijke grenzen voor te zorgen dat er geen ongeoorloofde aanpassingen aan de aansluiting plaatsvinden, waardoor elektriciteit niet, niet juist of niet volledig door de meter kan worden geregistreerd. Netbeheerders kunnen naar het oordeel van de kantonrechter in de regel niet of nauwelijks toezicht houden op wat er met hun (vele) aansluitingen in woningen en bedrijfspanden gebeurt. Een dergelijk toezicht kan daarentegen juist wel worden verwacht van de contractant. De contractant is ter voorkoming van risico's als hier aan de orde beter dan de netbeheerder in staat om te controleren of er geen ongeoorloofde handelingen worden verricht met de meter door anderen die gebruik maken van de ruimte(s) waarvoor de elektriciteit wordt geleverd (vgl. gerechtshof 's-Hertogenbosch, 6 juni 2017, ECLI:NL:GHSHE:2017:2536). Tegen deze achtergrond faalt het verweer van [gedaagde sub 1] dat Enexis beter toezicht had moeten houden op het elektriciteitsverbruik in het pand. Daar komt nog bij dat er in het onderhavige geval sprake was van illegale afname van elektriciteit, buiten de meter om, waarop Enexis geen zicht had.
6.5.
Ook wanneer de contractuele wederpartij van de netbeheerder, zoals ten aanzien van [gedaagden] het geval is, een verhuurder is die een woning aan (een) derde(n) verhuurt, dient deze ervoor te zorgen dat er voldoende inhoud aan voornoemd toezicht kan worden gegeven, waarbij valt te denken aan het treffen van fysieke maatregelen ten aanzien van de aansluiting of door het maken van afspraken met de huurder over (regelmatig) door de verhuurder uit te voeren controles van de elektriciteitsvoorziening in het pand.
6.6.
In het onderhavige geval staat vast dat in het pand van [gedaagden] buiten de meters om elektriciteit van het netwerk van Enexis werd afgenomen; de verzegeling van de aansluitingen was verbroken en er waren illegale aansluitingen op de bovenzijde van de zekeringhouders aangebracht, waardoor de ten behoeve van de hennepkwekerij gebruikte elektriciteit niet op de kWh-meters in het pand werd geregistreerd. Daarmee staat naar het oordeel van de kantonrechter in beginsel vast dat [gedaagden] tekortgeschoten zijn in de nakoming van hun hiervoor omschreven zorgplicht.
6.7.
Het is bij die stand van zaken aan [gedaagden] om omstandigheden aan te voeren waaruit volgt dat in de gegeven omstandigheden van een tekortkoming niet gesproken kan worden, althans dat, zo er sprake is van een tekortkoming, deze niet aan hen kan worden toegerekend.
6.8.
[gedaagden] hebben in dit verband gesteld dat zij geen weet hadden van de hennepplantage in hun pand. Dit verweer kan hen echter niet baten. Als [gedaagden] van hun zorgplicht jegens Enexis bevrijd hadden willen zijn, dan hadden zij bijvoorbeeld de elektriciteitsaansluiting op naam van de huurders moeten laten zetten (hetgeen niet is gebeurd), of de overeenkomst met Enexis moeten beëindigen (hetgeen evenmin is gebeurd), of hadden zij toezicht moeten houden op de elektriciteitsaansluitingen in het pand en maatregelen moeten treffen om (mogelijke) fraude te voorkomen. Nu het treffen van dergelijke maatregelen kennelijk achterwege is gebleven, en er illegale aansluitingen op het elektriciteitsnetwerk zijn gerealiseerd, moet worden geconcludeerd dat [gedaagden] onvoldoende invulling hebben gegeven aan de op hen rustende zorgplicht jegens Enexis. Daarmee is naar het oordeel van de kantonrechter sprake van tekortschieten van [gedaagden] in de nakoming van hun verbintenissen uit hoofde van de met Enexis gesloten overeenkomst.
6.9.
De kantonrechter is van oordeel dat deze tekortkoming aan [gedaagden] kan worden toegerekend. Op grond van artikel 6:75 BW is voor een geslaagd beroep op overmacht vereist dat de tekortkoming niet aan de schuldenaar worden toegerekend, doordat zij niet te wijten is aan zijn schuld, noch krachtens wet, rechtshandeling of in het verkeer geldende opvattingen voor zijn rekening komt. De kantonrechter kan er begrip voor opbrengen dat [gedaagden] zich na de aardbevingen in de provincie Groningen niet meer veilig voelden in hun woning te Loppersum en dat zij om die reden de woning hebben verlaten. Deze omstandigheden zijn echter onvoldoende om een beroep op overmacht met betrekking tot het tekortschieten van [gedaagden] in de nakoming van de overeenkomst met Enexis te honoreren. In het onderhavige geval moet naar het oordeel van de kantonrechter geoordeeld worden dat de tekortkoming in de nakoming van hun zorgplicht aan de schuld van [gedaagden] is te wijten. [gedaagden] hadden na het verlaten van de woning maatregelen moeten treffen om te voorkomen dat er illegaal elektriciteit van het netwerk van Enexis werd afgenomen. Voorts is de kantonrechter van oordeel dat de tekortkoming van [gedaagden] naar verkeersopvattingen aan [gedaagden] dient te worden toegerekend. Ook indien er van uitgegaan wordt dat [gedaagden] niets met de hennepplantage c.q. de illegale afname van elektriciteit in het pand te maken hadden, komt de elektriciteitsfraude in de onderlinge verhouding tussen Enexis en [gedaagden] voor rekening en risico van [gedaagden] (vgl. het hiervoor onder r.o. 6.4. genoemde arrest van het gerechtshof 's-Hertogenbosch en gerechtshof 's-Hertogenbosch 5 augustus 2014, ECLI:NL:GHSHE:2014:2645).
6.10.
Uit het voorgaande volgt dat [gedaagden] de schade die Enexis als gevolg van hun tekortschieten heeft geleden, moeten vergoeden. Het verzuim van [gedaagden] is ingetreden op grond van artikel 6:83 onder b BW. Nu de vordering van Enexis aldus op de primaire grondslag (toerekenbaar tekortschieten van [gedaagden] ) toewijsbaar is, behoeft de subsidiaire grondslag van de vordering (onrechtmatige daad van [gedaagden] ) geen bespreking.
6.11.
De bewijslast met betrekking tot de omvang van de ten behoeve van de hennepkwekerij illegaal afgenomen elektriciteit rust overeenkomstig de hoofdregel van artikel 150 Rv in beginsel op Enexis. Aan het bewijs van de omvang van het energieverbruik mag echter in een geval als het onderhavige, waarin met het enige controlemiddel van Enexis (de meters in het pand) is gefraudeerd, geen al te zware eisen worden gesteld. Het buiten de meter om afnemen van elektriciteit brengt mee dat de omvang van het (illegale) verbruik slechts schattenderwijs kan worden vastgesteld (vgl. gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 2 april 2013, ECLI:NL:GHARL:2013:BZ6303). Enexis kan naar het oordeel van de kantonrechter dan ook volstaan met het aantonen van feiten en omstandigheden, die de afgenomen hoeveelheid energie voldoende aannemelijk maken.
6.12.
Enexis heeft als producties 40 en 41 bij de dagvaarding schadeberekeningen overgelegd, waarbij zij aan de hand van de aangetroffen kweek en voorgaande oogst het illegale verbruik van elektriciteit in het pand aan de [adres] heeft becijferd. [gedaagden] hebben tegen deze schadeberekeningen geen verweer gevoerd, zodat de kantonrechter van de juistheid van de daarin genoemde (feitelijke) informatie zal uitgaan. Uit deze schadeberekeningen volgt dat er op het perceel [adres] een hoeveelheid van 45.204 kWh elektriciteit illegaal is weggenomen en op het perceel [adres] een hoeveelheid van 15.619 kWh. Derhalve komt het totaal aan illegaal weggenomen elektriciteit op 60.823 kWh. Enexis heeft onbetwist gesteld dat het ten tijde van het aantreffen van de hennepkwekerijen in aanmerking te nemen tarief per kWh € 0,690 bedroeg. De totale schade ter zake van illegaal afgenomen elektriciteit bedraagt daarmee (60.823 kWh x € 0,069=) € 4.196,79. Dit bedrag is derhalve toewijsbaar.
6.13.
De kantonrechter is verder van oordeel dat de door Enexis gevorderde bedrijfskosten, in de vorm van door haar eigen medewerkers aan de zaak bestede tijd, als redelijke kosten ter voorkoming en vaststelling van schade, voor vergoeding in aanmerking komen (vgl. gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 2 april 2013, ECLI:NL:GHARL:2013:BZ6303 en Hoge Raad 1 juli 1993, NJ 1995, 150). Dat geldt ook voor de administratiekosten die zijn verbonden aan de binnen Enexis, als schadelijdende organisatie, verrichte werkzaamheden ter vaststelling van schade en aansprakelijkheid (vgl. HR 16 oktober 1998, NJ 1999, 196). De kantonrechter acht op basis van de (hiervoor onder 2.11. genoemde) facturen van Enexis voldoende aannemelijk dat binnen de organisatie van Enexis werkzaamheden zijn verricht ter vaststelling van de door Enexis geleden schade. Tegen het in dit verband door Enexis genoemde totaalbedrag van € 828,30 is door [gedaagden] geen verweer gevoerd, zodat de kantonrechter van de juistheid van dit bedrag zal uitgaan. Dit bedrag is dan ook toewijsbaar.
6.14.
Gelet op hetgeen hiervoor is overwogen, is ter zake van illegaal afgenomen elektriciteit plus bedrijfskosten van Enexis in totaal toewijsbaar een bedrag van (€ 4.196,79 + € 828,30=) € 5.025,09, te vermeerderen met de gevorderde wettelijke rente over dit bedrag zoals hierna bij de beslissing te melden.
6.15.
Enexis vordert tevens vergoeding van de kosten die zij heeft moeten maken om de gastoevoer naar het pand zowel binnen als buiten af te sluiten. Enexis heeft onbetwist gesteld dat er sinds 15 juni 2015 geen leverancier van gas bekend was en dat zij wettelijk verplicht is om de gastoevoer bij gebreke van een (bekende) energieleverancier voor het pand af te sluiten. Voldoende is komen vast te staan dat Enexis herhaaldelijk met [gedaagden] contact heeft opgenomen over het ontbreken van een leverancier van gas, waarbij [gedaagden] erop zijn gewezen dat zij een contract voor levering van gas moesten afsluiten. Aan deze oproep hebben [gedaagden] kennelijk geen gehoor gegeven, zodat Enexis gelet op haar hiervoor genoemde wettelijke afsluitingsverplichting genoodzaakt was om de gastoevoer naar de [adres] (buiten) en de [adres] (binnen) af te sluiten. [gedaagden] , als eigenaren van het pand, zijn naar het oordeel van de kantonrechter aansprakelijk voor de kosten die Enexis in verband met het afsluiten van de gastoevoer heeft moeten maken. De kosten voor de buitenafsluiting, € 653,75, en de binnenafsluiting, € 119,77, waartegen geen voldoende gemotiveerd verweer is gevoerd, zijn dan ook toewijsbaar.
6.16.
Enexis vordert voorts betaling van een bedrag van € 673,93 aan buitengerechtelijke incassokosten. Deze vordering zal eveneens worden toegewezen, nu daartegen door [gedaagden] geen verweer is gevoerd.
6.17.
[gedaagden] zullen als de in het ongelijk te stellen partij in de kosten van deze procedure worden veroordeeld. De proceskosten aan de zijde van Enexis worden vastgesteld als volgt:
- dagvaardingskosten € 84,14
- griffierecht € 476,00
- salaris gemachtigde € 500,00 (2 punten x tarief € 250,00)
-------------
€ 1.060,14.
6.18.
De gevorderde nakosten zijn in kantonzaken toewijsbaar tot ½ punt van het toepasselijke salaristarief, met een maximum van € 100,00. Dit betekent dat in het onderhavige geval aan nakosten een bedrag van € 100,00 toewijsbaar is. De gevorderde wettelijke rente over de (na)kosten is toewijsbaar zoals hierna in het dictum te melden.

BESLISSING

De kantonrechter:
1. veroordeelt [gedaagden] tot betaling aan Enexis van een bedrag van € 5.025,09, te vermeerderen met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf de datum van constatering van de illegale stroomafname, 24 april 2014, tot aan de dag der algehele voldoening;
2. veroordeelt [gedaagden] tot betaling aan Enexis van een bedrag van € 653,75, te vermeerderen met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf de vervaldatum van de betreffende factuur tot aan de dag der algehele voldoening;
3. veroordeelt [gedaagden] tot betaling aan Enexis van een bedrag van € 119,77, te vermeerderen met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf de vervaldatum van de betreffende factuur tot aan de dag der algehele voldoening;
4. veroordeelt [gedaagden] tot betaling aan Enexis van een bedrag van € 673,93 aan buitengerechtelijke incassokosten, te vermeerderen met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf de dag der dagvaarding, 25 mei 2018, tot aan de dag van betaling;
5. veroordeelt [gedaagden] in de proceskosten, aan de zijde van Enexis vastgesteld op € 1.060,14, alsmede in de nakosten van € 100,00, een en ander te voldoen binnen veertien dagen na dagtekening van dit vonnis, en - voor het geval voldoening van de proceskosten en/of nakosten niet binnen deze termijn plaatsvindt - te vermeerderen met de wettelijke rente over de (na)kosten te rekenen vanaf het verstrijken van deze termijn tot aan de dag der voldoening van de (na)kosten;
6. verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad.
Aldus gewezen door mr. R. Giltay, kantonrechter, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 18 december 2018 in tegenwoordigheid van de griffier.
c 520