7.13.[geïntimeerde] heeft ten slotte de door Enexis gevorderde bijkomende kosten betwist.
[geïntimeerde] heeft ten eerste betwist dat de kWh-meters moesten worden vervangen en deze vervanging voor de woning aan de [straatnaam 1] € 80,86 exclusief btw aan kosten per meter meebrengt en voor de woning aan de [straatnaam 2] € 43,80.
Voorts is [geïntimeerde] van mening dat de door Enexis gevorderde administratiekosten niet kunnen worden toegewezen, omdat deze niet worden gespecificeerd. Hetzelfde geldt naar zijn mening voor de onderzoekskosten van € 99,-, de kosten van de fraude-inspecteur, die alleen voor de woning aan de [straatnaam 1] in rekening worden gebracht, en de vooronderzoekskosten.
7.13.1.Het hof overweegt als volgt. Nu het hof geoordeeld heeft dat [geïntimeerde] toerekenbaar tekort is geschoten jegens Enexis in de nakoming van de verplichtingen die voortvloeien uit de tussen partijen bestaande overeenkomst, ontstaat er een wettelijke verplichting tot schadevergoeding (artikel 6:74 jo 6:95 BW). Het hof dient op grond van artikel 6:96 lid 2 aanhef onder b BW te beoordelen of de in geschil zijnde kosten in de gegeven omstandigheden redelijk zijn en de verrichte werkzaamheden redelijkerwijs noodzakelijk waren om schadevergoeding te verkrijgen. Enexis heeft in eerste aanleg gesteld dat zij door de tekortkoming van [geïntimeerde] kosten heeft gemaakt ter zake van het afsluiten van de gemanipuleerde kWh-meters, onderzoek aan en vervanging van de kWh-meters, het inschakelen van een fraude-inspecteur respectievelijk monteur en administratieve werkzaamheden. Enexis heeft vergoeding gevorderd van deze kosten op grond van haar tarievenboek (vgl. bijlagen 11 tot en met 13 bij inleidende dagvaarding). Het hof zal de vaststelling van de kosten eveneens baseren op het tarievenboek, nu het hof dit tarievenboek een gebruikelijke en redelijke handelwijze van Enexis acht om de redelijkheid van de kosten te kunnen vaststellen. In dit soort regelmatig voorkomende fraudegevallen dient de netbeheerder steeds min of meer dezelfde werkzaamheden uit te voeren om de situatie op het fraudeadres op te nemen en vervolgens te normaliseren, zodat de in aanmerking genomen werkzaamheden met de daarbij in het tarievenboek behorende forfaitaire bedragen een aanvaardbaar uitgangspunt vormen bij de schadeberekening.
7.13.2.Wat betreft de vervangingskosten overweegt het hof dat als niet, althans onvoldoende weersproken vast staat dat zowel de originele verzegeling van zowel de kWh-meter van de woning aan de [straatnaam 1] als de kWh-meter van de woning aan de [straatnaam 2] was verbroken. Enexis heeft gesteld dat als gevolg hiervan vervanging van de meters noodzakelijk was. Dit komt het hof niet meer dan logisch voor en is ook niet door [geïntimeerde] weersproken. Het verschil in kosten van vervanging van de meter in de woning aan de [straatnaam 1] (€ 80,86) en van de meter in de woning aan de [straatnaam 2]
(€ 43,80) is, aldus Enexis, gelegen in het feit dat op het adres [straatnaam 1] sprake was van een 3-fasen kWh-meter en op het adres [straatnaam 2] een 1-fase kWh-meter. [geïntimeerde] heeft zelf in zijn conclusie van antwoord in conventie ook erkend dat het verschil in de vervangingskosten te maken kan hebben met een verschillend type meter.
Gelet op het voorgaande en nu de hoogte van de vervangingskosten het hof niet onredelijk voorkomt, komen deze kosten naar het oordeel van het hof als redelijke kosten in de zin van artikel 6:96 lid 2 aanhef en onder b BW voor toewijzing in aanmerking.
7.13.3.Ten aanzien van de door Enexis gevorderde administratiekosten heeft Enexis in haar conclusie van repliek in conventie aangegeven dat zij de administratiekosten afhankelijk stelt van de hoogte van de vordering. De kosten van de door Enexis in het leven geroepen fraudeafdeling worden naar rato van de geconstateerde fraude omgeslagen over de fraudeurs en/of de personen die jegens Enexis aansprakelijk zijn voor te maken kosten als gevolg van fraude, aldus Enexis. Dit komt het hof niet onredelijk voor, nu als gevolg van de geconstateerde fraude deze administratieve werkzaamheden noodzakelijk zijn. Het hof acht de hoogte van de administratieve kosten, die zowel ten aanzien van de woning aan de [straatnaam 1] als aan de woning aan de [straatnaam 2] € 260,- bedraagt en ook is terug te vinden in het tarievenboek, redelijk, nu met de administratieve werkzaamheden geruime tijd zal zijn gemoeid. Deze kosten zullen eveneens worden toegewezen.
7.13.4.Hetzelfde geldt voor de onderzoekskosten van de elektriciteitsmeters. [geïntimeerde] heeft zich afgevraagd waarom er onderzoek nodig is naar een blijkbaar evident gemanipuleerde meter. [geïntimeerde] verliest daarbij uit het oog dat de meters juist eerst onderzocht dienden te worden alvorens de conclusie kon worden getrokken dat de meters gemanipuleerd waren. Naar het oordeel van het hof is het hiermee overduidelijk dat de onderzoekskosten andere kosten betreffen dan de kosten van vervanging van de meters (zie ook hiervoor onder r.o. 7.13.2), zodat, anders dan [geïntimeerde] meent, niet gesproken kan worden van dubbele kosten. Van dit onderzoek zijn ook rapporten opgemaakt, die door Enexis zijn overgelegd (bijlagen 1 en 2 bij inleidende dagvaarding). Het hof is van oordeel dat ook deze kosten te beschouwen zijn als kosten in de zin van artikel 6:96 lid 2 aanhef en onder b BW, nu deze onderzoeken noodzakelijk waren om de schade en aansprakelijkheid van [geïntimeerde] vast te kunnen stellen. Het hof acht de hoogte van deze kosten, € 99,- voor zowel de [straatnaam 1] als de [straatnaam 2], die ook vermeld staan in het tarievenboek, ook redelijk.
7.13.5.De door Enexis gestelde schade van € 201,- in verband met werkzaamheden van de fraude-inspecteur bij de woning aan de [straatnaam 1] kunnen naar het oordeel van het hof eveneens als redelijke kosten in de zin van artikel 6:96 lid 2 BW aanhef en onder b BW aangemerkt worden en worden toegewezen. Enexis heeft een beschrijving gegeven van de door de fraude-inspecteur verrichte werkzaamheden, te weten het ter plaatse gaan, het opnemen van de situatie, het inventariseren van de aangetroffen apparatuur, het opstellen van een berekening van het verbruik, het doen van aangifte, het houden van eventueel toezicht op het werk van de monteur etc. Door [geïntimeerde] is niet, althans onvoldoende weersproken betwist dat deze werkzaamheden zijn verricht. Op grond van de door Enexis beschreven werkzaamheden kan naar het oordeel van het hof niet worden gezegd dat de drie in rekening gebrachte uren tegen een uurtarief van € 67,-, zoals aangegeven in het tarievenboek, onredelijk zijn te achten.
7.13.6.De door Enexis gevorderde vooronderzoekskosten van € 307,- hebben volgens Enexis betrekking op een naar aanleiding van een MMA-melding op 5 januari 2009 uitgevoerde stroommeting bij de woning aan de [straatnaam 1]. [geïntimeerde] heeft betwist dat deze stroommeting heeft plaatsgevonden en dat, als de meting al plaats heeft gevonden, deze alleen betrekking heeft op de [straatnaam 1]. Nu Enexis geen stukken, zoals een stroommetingsrapport, heeft overgelegd waaruit blijkt dat de door haar gestelde stroommeting heeft plaatsgevonden en deze (enkel) betrekking had op de woning aan de [straatnaam 1][huisnummer 1] te [woonplaats], heeft zij de door haar gevorderde vooronderzoekskosten tegenover de betwisting daarvan door [geïntimeerde] onvoldoende onderbouwd. De gevorderde veroordeling tot betaling van deze kosten zal dan ook worden afgewezen.
7.13.7.De overige door Enexis gevorderde bijkomende kosten, te weten de afsluitingskosten met betrekking tot de woning aan de [straatnaam 1] ad € 45,60 en de kosten van de werkzaamheden van de monteur met betrekking tot de woning aan de [straatnaam 2] ad
€ 124,- , zijn niet door [geïntimeerde] weersproken, zodat zij eveneens voor toewijzing in aanmerking komen.
7.14.1.Uit hetgeen hiervoor is overwogen, volgt dat de grieven van Enexis grotendeels slagen en dat in hoger beroep alsnog zal worden toegewezen een totaal bedrag van
€ 15.300,96, bestaande uit € 10.097,95 wat betreft de woning aan de [straatnaam 1][huisnummer 1] te [woonplaats] en € 5.203,01 wat betreft de woning aan de [straatnaam 2][huisnummer 1] te [woonplaats].
7.14.2.Eveneens zal de over voornoemde bedragen gevorderde wettelijke rente worden toegewezen. De stelling van [geïntimeerde] dat eerst wettelijke rente kan worden gevorderd vanaf de datum van inleidende dagvaarding kan het hof niet volgen. Wettelijke rente kan worden gevorderd over de periode dat de schuldenaar met de voldoening daarvan in verzuim is geweest (artikel 6:119 lid 1 BW). In geval van een verbintenis die strekt tot schadevergoeding als bedoeld in artikel 6:74 lid 1 BW, zoals hier aan de orde, treedt het verzuim in en gaat de wettelijke rente dus lopen wanneer de prestatie opeisbaar is en de verbintenis niet direct wordt nagekomen (artikel 6:83 aanhef en onder b BW). Wanneer de verbintenis tot schadevergoeding opeisbaar is, hangt af van het moment waarop de schade geacht wordt te zijn geleden. Naar het oordeel van het hof kan in het onderhavige geval worden aangenomen dat de schade als gevolg van de elektriciteitsfraude in ieder geval door Enexis geacht wordt te zijn geleden op het moment van ontdekking van de fraude, voor de [straatnaam 1] op 27 januari 2009 en voor de [straatnaam 2] op 29 januari 2009, aangezien door de manipulatie van de kWh-meters elektriciteit over de periode daarvóór niet, althans niet juist is geregistreerd en daardoor niet (juist) aan [geïntimeerde] in rekening is gebracht. Aldus is dus reeds vanaf deze data sprake van verzuim, aangezien de verbintenis tot schadevergoeding niet terstond is nagekomen en is [geïntimeerde] vanaf deze data wettelijke rente verschuldigd. Enexis vordert in hoger beroep rente over het gehele bedrag vanaf 29 januari 2009, zodat dat zal worden toegewezen.