Vaststaande feiten
2.1 De rechtbank heeft in rechtsoverweging 2 (2.1 tot en met 2.8) van het vonnis van
2 november 2011 de feiten vastgesteld. Tegen deze feitenvaststelling zijn geen grieven gericht en ook overigens is niet van bezwaren gebleken, zodat ook in hoger beroep van de door de rechtbank vastgestelde feiten kan worden uitgegaan. Deze feiten komen, met wat verder over de feiten is gebleken, op het volgende neer.
2.1.1 Enexis is een regionaal netbeheerder in de zin van artikel 1 lid 1 sub k van de Elekticiteitswet. Zij verzorgt de aanleg, het onderhoud en het beheer van transport- en distributienetten voor elektriciteit in grote delen van Nederland, onder meer in [plaats].
[appellant] heeft samen met [X] met ingang van 1 januari 2009 een bedrijfshal met kantoorruimte gehuurd aan het adres [adres] (hierna: het pand). In de schriftelijke huurovereenkomst is vermeld dat de huurovereenkomst is aangegaan voor de duur van één jaar en na het verstrijken van deze periode wordt voortgezet voor een aansluitende periode van één jaar.
2.1.2 Op 5 februari 2009 heeft [appellant] (per e-mail of via de website) een aanvraag gedaan voor een aansluiting van het pand op de elektriciteitsvoorziening. [appellant] heeft de via Essent Retail Energie B.V. (hierna: Essent) aan hem in rekening gebrachte voorschotten voor het gebruik van het netwerk van Enexis en het transport van elektriciteit via dit netwerk voldaan.
Op 2 maart 2010 heeft regiopolitie te Groningen een inval gedaan in het pand en daarin een hennepkwekerij aangetroffen.
2.1.3 Een fraudemedewerker van Enexis heeft op 18 maart 2010 aangifte gedaan van diefstal van energie. In de schriftelijke aangifte van Enexis is onder meer het volgende vermeld:
“De fraude-inspecteur constateerde op 2 maart 2010 verboden handelingen aan de elektriciteitsinstallatie en trof het volgende aan:
Illegale aansluiting op bovenzijde zekeringhouders
De eerdergenoemde medewerker zag dat de zegels van de huisaansluitkast waren verbroken. Nadat hij het deksel van de huisaansluitkast had verwijderd, zag hij dat aan de bovenzijde van de zekeringhouder een illegale elektriciteitsaansluiting was gemaakt. Hij zag namelijk dat deze aansluiting buiten de elektriciteitsmeter om liep naar de hennepplantage en deze voorzag van elektriciteit.
Door de manipulatie werd afgenomen elektriciteit ten behoeve van de hennepplantage niet correct via de elektriciteitsmeter geregistreerd. De fraude-inspecteur heeft de elektriciteitsmeter met nummer 85000822 verwijderd en de toevoer onderbroken.
Door de politieambtenaar is in samenwerking met de fraude-inspecteur een registratie gemaakt van de in de hennepplantage aangetroffen apparatuur en het geconstateerde vermogen hiervan.
De eerder genoemde politieambtenaar heeft vastgesteld dat er sprake is geweest van tenminste 4 eerdere oogsten. De aangetroffen teelt was tenminste 63 dagen oud.
Naar aanleiding van deze inventarisatie en het door Enexis B.V. ingestelde onderzoek is door mij een berekening gemaakt waaruit blijkt dat er minimaal 107.402 kWh illegaal is afgenomen (weggenomen) ten behoeve van de hennepplantage en eventueel huishoudelijk verbruik (zie bijlage “Berekening energieverbruik”).
Buiten de illegaal afgenomen elektriciteit heeft Enexis B.V. kosten gemaakt ten behoeve van onderzoek, herstel en administratie. Deze kosten zijn het gevolg van verwijtbare handelingen, waardoor het registreren van het verbruik is verhinderd.
Het totaalbedrag dat de contractant hierdoor aan Enexis B.V. verschuldigd is, bedraagt € 10.147,12 vrij van BTW. In de bijgevoegde factuur is het bedrag gespecificeerd.”
2.1.4 In het door de regiopolitie opgemaakte proces-verbaal is onder meer het volgende te lezen:
“In de kwekerij zagen wij een kalender hangen, van het Duitse bedrijf WFB, waarop op de datum
10 februari 2009 een aantekening staat R3 12h. Het is zeer aannemelijk dat op die datum de lichtperiode van de hennepplanten van 18 uur naar 12 uur is gezet. Dit is in een normale kweek de overgang van de groei- naar de bloeiperiode. Verder staan op de kalender nog aantekeningen over de lichtperiode op 11 oktober, 17 oktober, 23 oktober, 16 en 17 december en 21 december.
In de loods zagen wij verder een hoeveelheid afval en een gebruikte hennepknipper waaruit bleek dat er reeds meerdere oogsten van de hennep geweest waren.
In het kantoor van het bedrijfspand zagen wij een map van het bedrijf [bedrijf]. In deze map staan artikelen die gebruikt worden voor de teelt van hennep. In de map staan onder andere hennepknippers en scharen, canna cocos potgrond en koolstoffilters.
In deze map zat een aan de verdachte [appellant] gerichte brief waarin de prijs van een zending van goederen aangegeven wordt. Alsmede een factuur met als afleveradres [adres], zijnde het adres van verdachte [appellant]. Op deze factuur staan onder meer assimilatielampen en een can filter. Met name een can filter, een koolstoffilter wordt vrijwel uitsluitend gebruikt bij de teelt van hennep om de bij de kweek vrijkomende geur te absorberen.”
2.1.5 De regiopolitie heeft een berekening gemaakt van het wederrechtelijk verkregen voordeel uit de hennepteelt in het pand. De berekening sluit op een bedrag van € 69.295,-. Bij deze berekening heeft de regiopolitie gebruik gemaakt van het rapport “Wederrechtelijk verkregen voordeel hennepkwekerij bij binnenteelt onder kunstlicht” van het Bureau Ontnemingswetgeving Openbaar Ministerie (hierna: BOOM) van april 2005, herzien in november 2010. Volgens dit rapport:
- worden hennepplanten gedurende de eerste zeven dagen gedurende 18 uur per dag belicht, daarna gedurende 12 uur per dag;
- is de gemiddelde kweekduur negen weken. Rekening houdend met een periode van een week voor het oogsten, opruimen en planten van nieuwe stekken is de gemiddelde kweekcyclus tien weken per oogst, afgerond vijf oogsten per jaar;
- wordt bij de berekening van het stroomverbruik van de verlichting een opslag van 10% toegepast in verband met het stroomverbruik van de voorschakelapparatuur.
2.1.6 De verhuurder van het pand heeft een schriftelijke verklaring afgelegd, inhoudende dat de huur tot en met februari 2010 is betaald (in 2009 per bank en in januari en februari 2010 contant);
2.1.7 Enexis heeft [appellant] en [X] in een brief van 19 maart 2010 aansprakelijk gesteld voor de door haar geleden schade als gevolg van het buiten de meter afnemen van elektriciteit en hen gesommeerd het door haar berekende bedrag van € 10.147,12 te voldoen. [appellant] en [X] hebben geen gevolg gegeven aan deze sommatie, ook niet toen deze herhaald werd door de advocaat van Enexis.