ECLI:NL:RBNNE:2018:1094
Rechtbank Noord-Nederland
- Bodemzaak
- P.G. Wijtsma
- K. Wentholt
- D.W.J. Vinkes
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de zorgbehoefte en toekenning van een persoonsgebonden budget onder de Wmo 2015
In deze uitspraak van de Rechtbank Noord-Nederland op 28 maart 2018, in de zaak LEE 17/1910, staat de beoordeling van de zorgbehoefte van eiser centraal. Eiser, geboren op 9 september 1965, heeft een ernstige stoornis in het autisme spectrum en een aandachtstoornis. Hij heeft een indicatie voor begeleiding individueel op grond van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 (Wmo 2015). Verweerder heeft eiser in aanmerking gebracht voor een maatwerkvoorziening voor begeleiding individueel, maar eiser is van mening dat de toekenning van uren niet voldoende is en dat zijn behoeften niet zorgvuldig in kaart zijn gebracht.
De rechtbank oordeelt dat het onderzoek naar de behoeften en voorkeuren van eiser zorgvuldig is uitgevoerd door de medisch adviseur van SCIO Consult. De rechtbank stelt vast dat de medisch adviseur de relevante medische informatie heeft betrokken en dat er geen objectieve gegevens zijn overgelegd die de conclusie van de medisch adviseur zouden kunnen weerleggen. De rechtbank komt tot de conclusie dat de toekenning van 3 uur en 30 minuten per week voor begeleiding individueel in de vorm van een persoonsgebonden budget (pgb) voldoende is onderbouwd.
Echter, de rechtbank oordeelt dat het bestreden besluit niet rechtmatig is, omdat de tariefdifferentiatie niet in de Verordening maatschappelijke ondersteuning van de gemeente Weststellingwerf is vastgelegd, wat in strijd is met de Wmo 2015. De rechtbank vernietigt het bestreden besluit en draagt verweerder op om binnen acht weken een nieuw besluit op bezwaar te nemen, waarbij de uitspraak in acht moet worden genomen. Eiser heeft recht op vergoeding van het griffierecht en de proceskosten worden aan hem vergoed.