ECLI:NL:RBNNE:2017:4783
Rechtbank Noord-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Misbruik van recht in bestuursrechtelijke procedures met betrekking tot vakantiegeld en beslaglegging
In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Nederland op 11 december 2017 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure tussen een eiser, wonende te De Knipe, en het college van burgemeester en wethouders van Groningen. De eiser had bezwaar gemaakt tegen een betalingsbeslissing inzake zijn vakantiegeld, dat door een deurwaarder was geclaimd. De rechtbank oordeelde dat het beroep van de eiser geen redelijk doel diende, aangezien eerdere uitspraken van zowel de rechtbank als de Centrale Raad van Beroep (CRvB) al hadden vastgesteld dat de gemeente verplicht was het vakantiegeld aan de beslaglegger te betalen. De rechtbank concludeerde dat de eiser misbruik van recht maakte door opnieuw een procedure te starten over een kwestie die al eerder was behandeld.
De eiser had in eerdere procedures al geprocedeerd over de verplichting van de gemeente om vakantiegeld aan de beslaglegger over te maken. De rechtbank stelde vast dat de rechtsvraag die de eiser naar voren bracht al was beantwoord in eerdere uitspraken. De rechtbank oordeelde dat de eiser, door opnieuw een procedure te starten, zijn procesrecht zonder redelijk doel had aangewend. Dit leidde tot de conclusie dat het beroep niet-ontvankelijk was.
Daarnaast had de eiser verzocht om vrijstelling van het griffierecht, maar dit verzoek werd afgewezen. De rechtbank volgde de griffier in zijn oordeel dat er sprake was van misbruik van recht, gezien de eerdere procedures en het gebrek aan kans van slagen voor het beroep. De rechtbank verklaarde het beroep van de eiser niet-ontvankelijk en wees de verzoeken om proceskostenvergoeding en schadevergoeding af. De uitspraak werd openbaar uitgesproken op 11 december 2017.