ECLI:NL:RBNNE:2016:5015
Rechtbank Noord-Nederland
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Bevoegdheid van toezichthouder bij invordering dwangsommen inzake lozing PCB-houdend afvalwater
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Noord-Nederland op 11 november 2016 uitspraak gedaan in een geschil tussen een verzoekster en het college van gedeputeerde staten van Fryslân. De zaak betreft een verzoek om voorlopige voorziening in het kader van een invorderingsbesluit van verbeurde dwangsommen wegens de lozing van PCB-houdend afvalwater door de inrichting van verzoekster. Verweerder had verzoekster bij besluit van 23 september 2015 aangeschreven om de lozing te beëindigen, met een dreiging van een dwangsom van € 10.000,-- per maand. Verzoekster heeft bezwaar gemaakt tegen dit besluit en heeft een voorlopige voorziening verzocht. Na een controle door de toezichthouder werd geconstateerd dat verzoekster niet voldeed aan de opgelegde last, wat leidde tot een invorderingsbesluit van € 20.000,--. De voorzieningenrechter heeft de feiten en omstandigheden van de zaak in overweging genomen, waaronder de bevoegdheid van de toezichthouder om monsters te nemen en de geldigheid van de opgelegde dwangsom. De voorzieningenrechter oordeelde dat er geen aanleiding was om de invordering van de dwangsommen te schorsen, omdat verzoekster niet aan de opgelegde last had voldaan en er geen concreet zicht op legalisatie bestond. Het verzoek om een voorlopige voorziening werd afgewezen, en de voorzieningenrechter concludeerde dat de bestreden besluiten in de bezwaarfase houdbaar waren.