Uitspraak
RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
uitspraak van de meervoudige belastingkamer van 3 april 2014 in de zaak tussen
[eiser], te [woonplaats] (Spanje), eiser
de inspecteur van de Belastingdienst/kantoor Leeuwarden, verweerder
Procesverloop
Overwegingen
Het bezwaar geldt tevens voor het jaar 2006, aanslagnr. (…)”
Kennisgeving motivering uitspraak op het bezwaarschrift” toegestuurd, waarin – onder meer – is vermeld:
Beroepsclausule
Op zeventien november 2010 stuurde u kennisgevingen van motivering uitspraken op bezwaar inzake de [eiser] (…)
De motivering van de beslissing is u reeds afzonderlijk medegedeeld.
De voorzitter constateert dat tussen partijen geen verschil van mening meer bestaat over de correctie inzake de rente over het aan [X] BV ter beschikking gesteld vermogen en evenmin over de van deze vennootschap in de jaren 2005, 2006 en 2007 ontvangen bedragen. De discussie tussen partijen zal zich dan moeten toespitsen op de door verweerder als resultaat uit overige werkzaamheden in aanmerking genomen aanbrengcommissie (2003 en 2004)”
Beslissing
- verklaart de beroepen gegrond;
- vernietigt de uitspraken op bezwaar;
- vermindert de navorderingsaanslag IB/PVV 2005 tot een aanslag berekend naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 52.205, met dien verstande dat op de berekende belasting een vermindering ter voorkoming van dubbele belasting wordt toegepast over een bedrag aan Spaanse bestanddelen van het inkomen van € 36.005 en dat het bedrag van de belasting over € 29.700 niet hoger wordt vastgesteld dan € 2.970, alsmede naar een belastbaar inkomen uit aanmerkelijk belang van € 10.000, met dien verstande dat het bedrag van de belasting over dit bedrag niet hoger wordt vastgesteld dan € 1.500, alsmede naar een inkomen uit sparen en beleggen van € 213.165, waarbij voor dit gehele bedrag een vermindering ter voorkoming van dubbele belasting wordt toegepast;
- vermindert de aanslag IB/PVV 2006 tot een aanslag berekend naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 50.754, met dien verstande dat op de berekende belasting een vermindering ter voorkoming van dubbele belasting wordt toegepast over een bedrag aan Spaanse bestanddelen van het inkomen van € 38.554 en dat het bedrag van de belasting over € 25.700 niet hoger wordt vastgesteld dan € 2.570, alsmede naar een belastbaar inkomen uit aanmerkelijk belang van € 60.000, met dien verstande dat het bedrag van de belasting over dit bedrag niet hoger wordt vastgesteld dan € 9.000, alsmede naar een inkomen uit sparen en beleggen van € 93.100, waarbij voor dit gehele bedrag een vermindering ter voorkoming van dubbele belasting wordt toegepast;
- vermindert de aanslag IB/PVV 2007 tot een aanslag berekend naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 55.360, met dien verstande dat op de berekende belasting een vermindering ter voorkoming van dubbele belasting wordt toegepast over een bedrag aan Spaanse bestanddelen van het inkomen van € 47.960 en dat het bedrag van de belasting over € 20.900 niet hoger wordt vastgesteld dan € 2.090, alsmede naar een belastbaar inkomen uit aanmerkelijk belang van € 60.000, met dien verstande dat het bedrag van de belasting over dit bedrag niet hoger wordt vastgesteld dan € 9.000, alsmede naar een inkomen uit sparen en beleggen van € 131.777, waarbij voor dit gehele bedrag een vermindering ter voorkoming van dubbele belasting wordt toegepast;
- vermindert de heffingsrente over 2005, 2006 en 2007 dienovereenkomstig;
- vernietigt de boetebeschikkingen;
- bepaalt dat deze uitspraak in de plaats treedt van de vernietigde uitspraken op bezwaar;
- draagt verweerder op het betaalde griffierecht van € 41 aan eiser te vergoeden;
- veroordeelt verweerder in de proceskosten tot een bedrag van € 973 voor de zaak 11/466, en tot een bedrag van € 487 voor elk van de zaken 10/2659 en 10/2660, te betalen aan eiser.