Uitspraak
uitspraak van de meervoudige kamer van 18 april 2025 in de zaak tussen
[eiser] , uit [plaats] , eiser
de Raad van bestuur van de Sociale Verzekeringsbank
Inleiding
Voorwaarden voor het eenmalige bedrag
Standpunt van verweerder (in essentie weergegeven)
Standpunt van eiser (in essentie weergegeven)
Beoordeling door de rechtbank
De exceptieve toetsing
“Met die vaststelling blijft een politiek-bestuurlijke wens bestaan om een gebaar te maken naar deze groep ouderen van Surinaamse herkomst met een groot en langlopend gevoel van onrechtvaardigheid. Het kabinet wil dit vormgeven met een eenmalig bedrag als gebaar van erkenning. Dit gebaar ziet op de unieke samenloop van omstandigheden van deze groep.” [9] Ook blijkt dit uit een passage in de Nota van Toelichting waarin nadrukkelijk is ingegaan op de aan te houden leeftijdsgrens:
“Om in aanmerking te komen voor het eenmalige bedrag moet de persoon 18 jaar of ouder zijn geweest op het moment van de verhuizing naar Nederland. Daarmee wordt tot uitdrukking gebracht dat de verhuizing naar Nederland een welbewuste keuze moet zijn geweest. Bij deze leeftijd kan ervan uitgegaan worden dat iemand een bewuste keuze heeft gemaakt om naar Nederland te verhuizen of in Suriname te blijven wonen. Naar hedendaags begrip is iemand vanaf de leeftijd van 18 jaar immers meerderjarig. Deze leeftijd sluit aan bij de Toescheidingsovereenkomst, waarin expliciet is geregeld dat iemand op 18-jarige leeftijd meerderjarig is en zelfstandig de keuze voor Nederland of Suriname kon maken.” [10]