RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
zaaknummers: UTR 24/4688 en UTR 24/4689
uitspraak van de enkelvoudige kamer van de rechtbank en de voorzieningenrechter van 20 september 2024 in de zaak tussen
[eiser] , uit [woonplaats] , eiser/verzoeker
(gemachtigde: mr. G.J. Gerrits),
[verweerder]
(gemachtigde: mr. M.J.J. Rutten).
Inleiding
1. Eiser/ verzoeker (hierna: eiser) is per 1 februari 2018 werkzaam als brandweervrijwilliger, laatstelijk in de rang van brandwacht met een vaste aanstelling op de locatie [locatie] .
2. Op 4 juli 2023 heeft verweerder aan eiser het voornemen van ontslag kenbaar gemaakt. In reactie hierop heeft eiser een zienswijze ingediend.
3. Met het besluit van 18 juli 2023(het primaire besluit) is aan eiser eervol ontslag verleend vanwege een ernstig verstoorde arbeidsrelatie.Hiertegen heeft eiser bezwaar gemaakt.
4. De bezwarencommissie(hierna: de commissie) heeft op 18 januari 2024 een schriftelijk advies uitgebracht. De commissie adviseert het bezwaar gegrond te verklaren. Verweerder had volgens de commissie aanvullend onderzoek moeten instellen en hoor- en wederhoor moeten toepassen. Dit gebrek kan volgens de commissie worden hersteld.
5. Vervolgens is met het besluit van 13 mei 2024 (het bestreden besluit) het bezwaar ongegrond verklaard.
6. Eiser heeft beroep ingesteld tegen het bestreden besluit en een verzoek om een voorlopige voorziening ingediend.Verweerder heeft gereageerd met twee verweerschriften.
7. De rechtbank heeft het beroep en de voorlopige voorziening behandeld op de zitting van 5 september 2024. Hieraan hebben partijen met hun gemachtigden deelgenomen. Namens verweerder waren daarnaast aanwezig de heer [A] (afdelingsmanager), mevrouw [B] (teammanager, eerder clustercommandant) en mevrouw [C] (teammanager, voorheen hr-adviseur).
Inhoud bestreden besluit (in essentie weergegeven)
8. Verweerder stelt dat sprake is van een ernstig verstoorde arbeidsverhouding waardoor eiser niet langer in dienst kan blijven. De motivering van het ontslagbesluit is, naar aanleiding van het advies van de commissie, aangevuld en verbeterd. In bezwaar mag de motivering van het primaire besluit worden aangevuld, verweerder ziet daarom geen reden het primaire besluit te herroepen.
9. Op 5 april 2024 heeft een gesprek met de hele ploeg van de vrijwillige brandweer op de locatie [locatie] plaatsgevonden. De collega’s hebben kenbaar gemaakt niet meer met eiser te willen samenwerken. Zij zien bovendien geen basis voor een traject om de verstoorde arbeidsrelatie te herstellen. De collega’s van eiser verwijten hem onberekenbaar en onvoorspelbaar te zijn. Ook zou eiser instructies niet opvolgen en grensoverschrijdend gedrag vertonen. Van het gesprek is een verslag opgesteld, dat voorbeelden bevat van het genoemde gedrag en dat is ondertekend door de aanwezige collega’s.