ECLI:NL:RBMNE:2024:1540
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Bestuurlijke boete voor off-label voorschrijven van geneesmiddelen in strijd met lex certa beginsel
In deze zaak heeft de rechtbank Midden-Nederland op 11 maart 2024 uitspraak gedaan in een geschil tussen een arts en de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over een opgelegde bestuurlijke boete van € 3.000,-. De arts had ivermectine en hydroxychloroquine voorgeschreven voor de preventie en behandeling van COVID-19, terwijl deze middelen niet geregistreerd zijn voor deze indicaties. De Minister stelde dat de arts in strijd handelde met artikel 68 van de Geneesmiddelenwet (Gnw), omdat er geen protocollen of standaarden waren die het off-label voorschrijven toestonden. De rechtbank oordeelde dat de opgelegde boete niet in stand kon blijven, omdat deze in strijd was met het lex certa beginsel. Dit beginsel vereist dat verboden gedragingen duidelijk omschreven zijn, zodat een arts weet wanneer hij een bestuurlijke boete riskeert. De rechtbank concludeerde dat de tekst van artikel 68 Gnw onvoldoende duidelijkheid biedt over de voorwaarden waaronder off-label voorschrijven is toegestaan. De rechtbank vernietigde het besluit van de Minister en herstelde de situatie zoals deze was voor de boete.