3.1.De man vordert, na vermindering van eis, dat de voorzieningenrechter bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad:
I. de vrouw gelast terug te verhuizen naar [woonplaats] (of [woonplaats] ), althans naar een woning op afstand van maximaal 24 km van de woning van de man aan het [adres] te [woonplaats] ;
II. een omgangsregeling vaststelt tussen de man en [minderjarige] inhoudende dat [minderjarige] :
- tot en met Kerst 2022 iedere zaterdag van 08:30 uur tot 16:00 uur bij de man verblijft, waarbij de man [minderjarige] bij de vrouw ophaalt en de vrouw [minderjarige] bij de man ophaalt (of andersom);
- op zaterdag 24 december 08:30 uur tot zondag Eerste Kerstdag om 16:00 uur bij de man verblijft;
- vanaf Kerst 2022 tot medio februari 2023 eenmaal per week van vrijdag 15:00 uur tot zaterdag 16:00 uur bij de man verblijft, waarbij de man [minderjarige] ophaalt bij de vrouw en de vrouw [minderjarige] ophaalt bij de man;
- vanaf medio februari 2023, totdat [minderjarige] 24 maanden is, wekelijks bij de man verblijft van vrijdag 15:00 uur tot zaterdag 16:00 uur, waarvan éénmaal per maand van vrijdag 15:00 uur tot zondag 12:00 uur;
III. in geval de vrouw weigert terug te verhuizen naar [woonplaats] (of [woonplaats] ) als zij geen vervangende toestemming krijgt van de rechtbank, het hoofdverblijf van [minderjarige] bij de man wordt bepaald en een omgangsregeling vast te stellen tussen de vrouw en [minderjarige] die de voorzieningenrechter het meest in het belang van [minderjarige] acht, doch zodanig dat [minderjarige] tenminste bij de man verblijft zoals hiervoor bij II is omschreven;
IV. in geval de vrouw toestemming krijgt voor de verhuizing met [minderjarige] naar [woonplaats] , althans in het geval de vrouw niet gelast wordt terug te verhuizen naar [woonplaats] (of [woonplaats] ) en [minderjarige] haar hoofdverblijf bij de vrouw behoudt, een omgangsregeling tussen [minderjarige] en de man vast te stellen zoals hiervoor bij II is omschreven;
V. een informatie- en consultatieregeling vaststelt waarbij de vrouw de man éénmaal per week moet informeren en de man moet consulteren bij alle gewichtige aangelegenheden;
VI. te bepalen dat de vrouw bij niet-nakoming van dit vonnis aan de man een dwangsom zal verbeuren van € 500,- per dag, voor iedere dag dat de vrouw in gebreke mocht blijven daaraan te voldoen, waarbij een deel van een dag als geheel wordt gerekend.