Uitspraak
wonende te [woonplaats],
zonder bekende woon- of verblijfplaats,
gevestigd te Utrecht,
2.Uitgangspunten en feiten
Gelet op artikel 1:377b BW was de moeder als met het gezag belaste ouder verder gehouden de vader op de hoogte te stellen omtrent gewichtige aangelegenheden met betrekking tot de persoon en het vermogen van het kind en deze te raadplegen – zo nodig door tussenkomst van derden – over daaromtrent te nemen beslissingen.
zoveel mogelijkin te spannen om het recht op ‘family life’ tussen ouders en hun kinderen mogelijk te maken (vgl. EHRM 17 april 2012, zaak 805/09). In dat kader kan de rechter bijvoorbeeld een onderzoek gelasten of een wettelijk dwangmiddel aanwenden ter effectuering van een omgangsregeling. Noch artikel 8 EVRM, noch artikel 1:247 lid 3 BW kan hier naar het oordeel van het hof echter grond vormen voor toewijzing van het verzoek van de vader om de moeder te bevelen terug te verhuizen. (…)”
3.Beoordeling van het middel
family lifetussen ouders en hun kinderen te waarborgen. Het onderdeel wijst voorts erop dat de vader sinds de beschikking van de rechtbank gezamenlijk met de moeder met het gezag is belast.
4.Beslissing
15 oktober 2021.