4.3Het oordeel van de rechtbank
De verklaring van verdachte ter terechtzitting:
Ik heb wel contact gehad met [slachtoffer] en we hebben afgesproken. We hadden een tijdje via een platform gepraat en toen was het tot een date gekomen. Ik kwam aan in Vianen bij een plek die zij had aangegeven en ik zat in de auto. Ik heb met [slachtoffer] in die donkerblauwe Polo gereden. Het klopt dat ik op 2 februari 2019 via Snapchat contact heb gezocht met [slachtoffer] .
Een proces-verbaal van verhoor verdachte:
“O: Vervolgens hebben jullie een afspraak gemaakt bij de Albert Heijn in Vianen. (…) Van daar zijn jullie doorgereden langs het nabij gelegen kanaal (…), waarna jullie bij een bos althans bossages, kwamen.
V: Wat kan je daar over vertellen?
A: (…) Zij heeft mij naar deze plek toegebracht.”
Een proces-verbaal van bevindingen informatief gesprek zeden van 5 februari 2019:
“In de zomer, augustus 2018 sprak hij mij aan via Snapchat. (…) Hij heet [verdachte] . (…) Hij wilde afspreken. (…) Na 2 weken toch afgesproken (…) in Vianen. Wij gingen met de auto naar (…) Vianen. Daar reden we nog een stukje en toen heeft hij zijn auto neergezet en zijn we nog een stuk gaan lopen. Dat is een lang pad langs het meer. (…) Daar trok hij mij de bosjes in en moest ik hem pijpen. Hij deed ook dingen bij mij. Had filmpje gemaakt en ik moest afspreken anders zou hij het filmpje openbaar maken. Hij duwde mij op de knieën. Hij deed zijn geslachtsdeel in mijn mond. Hij ging schreeuwen. Je gaat het nu doen anders ga ik je slaan. (…) Ik heb hem toen gepijpt. Ik was best bang want ik was alleen met hem en er waren geen andere mensen.(…) Het stopte omdat ik (…) andersom moest gaan zitten. Hij pakte mij bij de schouder en draaide mij om. Hij deed toen zijn geslachtsdeel in de mijne. Ik had mijn handen en knieën op de grond. Hij ging ook naar beneden en deed zijn geslachtsdeel in de mijne. (…) Hij reed in een donkerblauwe Polo. (…) Ik heb het afgelopen donderdag verteld aan mijn moeder omdat hij weer begon te dreigen. Hij wilde afspreken anders zou hij het filmpje aan heel Nederland laten zien. (…) Aan het einde van het pijpen zag ik dat hij het filmde.”
De aangifte van [slachtoffer] van 26 februari 2019:
“V: Van welk feit wil je aangifte doen?
A: Verkrachting. Dat betekend dat je seks moet hebben met iemand wat je eigenlijk niet wilt.
V: Tegen wie wil je aangifte doen?
A: Tegen een jongen die [verdachte] heet.
V: Waar is / zijn de feiten gebeurd?
A: In Vianen.
V: Wanneer zijn die feiten gebeurd?
A: In de zomer van vorig jaar. Ik denk aan het einde van July tot het einde van Augustus. Ik weet dat niet zeker. Maar in juli 2018 is het begonnen.(…)
V: Hoe hadden jullie contact?
A: Alleen met Snapchat. (…)
V: (…) Op een gegeven moment hebben jullie contact gekregen. Hoe ging dat?
A: Het was op een avond, in Vianen, hij pikte mij op bij de Albert Heijn. (…)
V: Hoe kwam die [verdachte] daar toen?
A: Met een auto. Een donker blauwe Volkswagen Polo. (…)
A: Ik was ingestapt. Een stukje rijden naar het industrieterrein (…) Toen reden we nog een klein stukje verder want er was daar een hele lange weg langs het water. Op een gegeven moment zijn we gestopt en uitgestapt. (…) hij stelde voor om een stukje te gaan lopen.(…) Het was een soort van lang pad. Er waren bosjes en bomen daar. Verderop was ook een weiland maar zover kwamen we niet. (…) Hij zei tegen mij dat ik op mijn knieën moest gaan zitten. Ik zei tegen hem dat ik dat niet wilde. Hij duwde mij naar beneden en hij maakte zijn broek los. Toen moest ik hem per se pijpen. Hij zei dat ik mijn mond open moest doen. Ik heb dat toen gedaan. (…)
V: Jij hebt hem gepijpt. Was dat met of zonder condoom?
A: De 1e was zonder. Wat er later gebeurde was met condoom.
V: Jij zit op je knieën en moest hem pijpen, dat was zonder condoom, klopt dat?
A: Ja.
V: Wat is pijpen?
A: Dat hij zijn piemel in mijn mond doet.
V: Toen hij dat deed, hoe ging het toen verder?
A: Hij duwde mij. Ik moest mij omdraaien. (…) Ik moest mij omdraaien en bukken. (…) Toen deed hij zijn piemel in mijn geslachtsdeel. (…) Hij had mijn broek naar beneden gedaan. (…) Hij trok hem gewoon naar beneden. (…) Daaronder had ik een onderbroek. Mijn onderbroek was ook naar beneden.
V: Wat doet hij als hij zijn piemel in jouw geslachtsdeel met die piemel?
A: Gewoon seks hebben. (…) Hij ging in en uit. (…) Met zijn piemel.
V: Hoe gaat het dan verder?
A: Ik moest me weer omdraaien en hij zei dat ik hem weer moest pijpen zoals het eerst ook al was gebeurd. (…) Ik moest toen, na die 2e keer pijpen nog een keer omdraaien en toen had hij weer seks met mij. Dat ging net als de 1e keer met zijn piemel in mijn vagina. (…) De 2e keer dat ik hem pijpte werd ik gefilmd. (…) Ik keek omhoog. Hij stond. Hij hield zijn telefoon in zijn hand en richtte die naar beneden, op mij. (…) In de avond hoorde ik weer van hem. (…) Hij vroeg wanneer we weer zouden afspreken en ik zei dat ik dat niet wilde. Toen zei hij dat dat wel moest want anders zou hij het filmpje sturen naar andere mensen. (…) Ik moest van hem nog een keer afspreken. Hij stelde een datum voor.
V: Hoeveel tijd zat daar dan tussen?
A: Een week ongeveer.
V: Wat is er die 2e keer gebeurd?
A: Het zelfde. We spraken af bij de AH en gingen naar dezelfde plek. Hij was ook met dezelfde auto.
V: Hoe ging het die keer?
A: Zelfde als de 1e keer. Ik moest weer op mijn knieën zitten en mij omdraaien. (…)
V: Welke handelingen gebeurde er die 2e keer?
A: Ook weer pijpen en ik moest seks hebben met hem. (…)
V: Waarom bedacht je geen smoes?
A: Hij zei dat ik maar tijd moest maken omdat hij anders het filmpje zou versturen.(…) Toen ergens in januari of begin februari 2019 stuurde hij mij weer een bericht. Hij dreigde toen ook weer met het filmpje en toen is de rest gebeurd. Dat we met hem gingen afspreken.
V: Aan wie heb jij nu voor het eerst verteld wat er is gebeurd met [verdachte] ?
A: Aan mijn moeder. Dat was eind januari begin februari. (…) [verdachte] zei die avond tegen mij dat hij wilde afspreken. (…) Dat heb ik toen gedaan. Ik vertelde dat hij maar moest laten weten wanneer hij kon afspreken. Op donderdag heb ik alles tegen mijn moeder verteld. Op vrijdag was het toen rustig en ik weet het niet zeker meer maar op vrijdag of zaterdag wilde hij weer afspreken. Van die berichten heeft mijn moeder foto’s gemaakt met haar eigen telefoon. Dat waren foto’s van mijn telefoon van de Snapchat tussen mij en [verdachte] .(…)
V: Hoe hield hij jou dan vast?
A: Bij het pijpen en bij het andere heeft hij mij niet aangeraakt. Hij heeft mij wel op mijn knieën geduwd.(…)
V: Je vertelde dat je foto’s hebt verstuurd van je gezicht maar heb je ook nog andere foto’s aan deze [verdachte] gezonden?
A: Ja van mijn lichaam. Dat was zonder kleren, bloot, Dat was nadat ik met hem had afgesproken, na de 1e keer. (…) Ik moest ze van hem sturen want anders zou hij het filmpje versturen.”
Een proces-verbaal van verhoor aangeefster van 6 maart 2019:
“V: Wie is de [gebruikersnaam] met wie je op dat moment via je telefoon en Snapchat in contact bent?
A: Met de [verdachte] waar we het dit hele gesprek al over hebben.
V: Is dat dan ook de jongen met wie je die 3 afspraken hebt gehad?
A: Ja. (…)
O: Je moeder heeft ons tevens een foto gegeven welke volgens het opschrift lijkt gemaakt op 22 juli 2018, te 20.44 uur.
V: Wat kan je over die foto vertellen?
A: Ik heb die gemaakt nadat het was gebeurd. Dat was na de 1e keer dat hij mij had verkracht. Op de foto staat [verdachte] . Dat is dezelfde [verdachte] waarover ik steeds verklaarde.
V: Waar is die foto te vinden en zo ja wil je dat dan eens aan ons laten zien?
A: Op Snapchat, op mijn telefoon. Ik heb hem nu nog.
Opmerking verbalisanten: [slachtoffer] toont ons de foto zoals voorzien van de letter A.(…)
O: Je hebt in het intake gesprek, wat vooraf ging aan je aangifte, gezegd dat hij je daar de bosjes introk en hem moest pijpen. (…)
A: We stonden bij een soort balk waar we over heen moesten stappen. Het was bij een soort van pad. Je zag dat het daar doodliep en dat je niet heel ver kon gaan. Het pad was ongeveer zo breed als de tafel maar er lagen geen stenen. Het was niet echt aangelegd. Maar wel met bomen en bosjes aan allebei de kanten van het pad. (…) Hij trok mij aan mijn hand ook mee (…). Als je verder liep kwam je dan bij de bosjes. Dan sta je tussen de bomen en de bosjes. (…) We konden niet verder. (…) Ik zei dat ik weg wilde want er was daar niks te doen. Toen liep ik weg. Toen trok hij mij aan mijn hand terug. Toen moest ik op mijn knieën. (…)
O: (…) Je hebt ook verklaard dat hij een filmpje maakte toen je hem aan het pijpen was. (…)
V: Vanaf welk moment is hij dit filmpje gaan gebruiken als zeg maar een soort van drukmiddel om jou naar een afspraak te laten komen?
A: Toen ik niet meer wilde afspreken. Dat was ongeveer een week na de 1e ontmoeting. Toen vroeg hij of ik weer met hem wilde afspreken en toen zie ik: ‘Nee’.(…)
V: Hoe kon jij hem dan bereiken
A: (…) via Snapchat. (…)
V: Welke naam gebruikte je bij [verdachte] ?
A: Om in te loggen weet ik niet precies meer maar in ieder geval met de naam [gebruikersnaam] . [verdachte] met 3 keer een [letters] . Dat was zijn gebruikersnaam.”
Een proces-verbaal van verhoor getuige [getuige]:
“V: We gaan even terug naar die donderdag avond 31 januari (…) Heb je die avond nog op haar snapchat gekeken?
A: Ja, (…) ik was toen nog niet zo slim om foto’s te maken. Ik zag dat ze de volgende dag om 5 uur met hem moest afspreken. Ik zag dat zij had gestuurd dat ze dan niet kon. Hij stuurde dat het dan zaterdag zou worden, als ze dan niet zou komen dat weet je wat er gebeurd. Volgens mij stond er iets achter aan van dat als ze niet zou komen hij het filmpje online ging zetten.(…)
V: Dan gaan we naar zaterdag 2 februari, wat gebeurt er dan?
A: (…) In de avond stuurde hij wel wat. Zo rond 20:45 uur begon hij haar dingen te sturen. (…) Misschien stom, maar ik dacht spreek maar met hem af. Dan houden wij hem staande en bellen wij de politie. (…)
V: Wat wordt er dan afgesproken met die [verdachte] ?
A: [slachtoffer] had eerst gezegd dat ze bij een vriendin was. Hij stuurde toen naar haar dat ze moest luisteren bitch, of iets in die richting. Dat is het moment dat ik foto’s ben gaan nemen van die snapchat. Ik heb mijn eigen telefoon foto’s gemaakt van de snapchatberichten die op de telefoon van [slachtoffer] binnen kwamen. Ik heb deze foto’s meegenomen en deze mogen jullie van mij hebben. (…) De tijd en de data klopt op de foto’s. Op sommige foto’s is deze niet te zien omdat ik die foto’s niet goed heb genomen.
O: Verbalisanten nemen 16 A4-tjes in beslag met daarop foto’s (…) en geven de foto’s nummers. Deze foto’s zullen bij dit proces-verbaal worden toegevoegd. (…) Je hebt nog een foto meegenomen. (…) Verbalisanten nemen deze foto in beslag en voorzien deze met de letter A. Deze foto wordt toegevoegd bij dit proces verbaal.
V: We zien de achterkant van een manspersoon en we zien een datum, 22 juli 2018 en een tijd hierop. Wat zien we hierop?(…) Even terug naar de foto, wie heeft deze gemaakt?
A: [slachtoffer] . (…) Ze vertelde mij dat hij dit is, ze had geprobeerd een foto van hem te maken maar hij keek de hele tijd achterom. Ze was bang dat hij zou zien dat ze een foto van hem probeerde te maken, vandaar dat die foto zo geworden is. Op snapchat kun je blijkbaar de tijd en datum meteen toevoegen op een foto, vandaar dat die erop staat. Dit is ook op de plek waar het is gebeurd.
Foto 1
[gebruikersnaam] : Luisteren
[slachtoffer] : Waarom moet k naar jou luisteren
[gebruikersnaam] : Omdat ik datbzeg bitcj
Foto 2
[gebruikersnaam] : Negeerde je me nou?
Foto 3
[gebruikersnaam] : Zou ik maar niet doen als ik jou was
Foto 4
[gebruikersnaam] : Wanneer gaan we nruken
Foto 5
[gebruikersnaam] : Mag ik onze porno online gooie
Hij s wel geil”
Een proces-verbaal van bevindingen:
“Op 12 en 22 februari 2019 deed ik, verbalisant [verbalisant] , onderzoek naar (…) de in beslag genomen Apple telefoon. Deze telefoon is in beslag genomen van [verdachte] (…) Ik heb onderzoek gedaan aan de telefoon en heb het volgende bevonden: (…) Ik heb gezocht op de gebruikersnaam ‘ [gebruikersnaam] ’ en vond deze naam terug als snapchat-contact. Ook zag ik dat er weergegeven werd dat er op 2 februari 2019 vier keer een ‘outgoing contact’ binnen Snapchat werd weergegeven naar ‘ [gebruikersnaam] ’. De tijden die hierbij zijn weergegeven zijn: 20.51 uur, 22.41 uur, 22.43 uur en 22.46 uur.”
Een proces-verbaal van bevindingen:
“Op mijn verzoek gaf [slachtoffer] de route aan welke (…) werd gereden naar de plaats waar de seksuele handelingen met haar plaats vonden in de zomer van 2018. Vanaf deze locatie gingen we rechtsaf de Panoven te Vianen berijden. De Panoven is gelegen als kade langs het Merwede kanaal. (…) Bij een Populierenbos gelegen langs de Merwedekade (…) gaf [slachtoffer] aan dat ze daar waren gestopt (…). Vanaf die plek wees zij een pad aan gelegen tussen de bomen. Het pad was te bereiken door over een zogenaamde afsluitboom te stappen. Vervolgens zijn we dit pad 100 a 150 meter gaan volgen. Ik verbalisant zag hierbij dat het pad “doodliep” en dat in het verlengde gedeelte van dit pad een weiland was te zien. (…) De locatie is gelegen buiten de bebouwde kom van de gemeente Vianen.”
Bewijsoverwegingen
Bewijsminimum
Volgens het tweede lid van artikel 342 van het Wetboek van Strafvordering kan het bewijs dat de verdachte het ten laste gelegde feit heeft begaan, door de rechter niet uitsluitend worden aangenomen op de verklaring van één getuige. Deze bepaling strekt ter waarborging van de deugdelijkheid van de bewijsbeslissing, in die zin dat zij de rechter verbiedt tot een bewezenverklaring te komen ingeval de door één getuige, in casu de aangeefster, naar voren gebrachte feiten en omstandigheden op zichzelf staan en onvoldoende steun vinden in ander bewijsmateriaal. Indien de bewezenverklaring zwaar leunt op de verklaring van één getuige, zoals vaak het geval is bij zedenzaken, is het antwoord op de vraag of er sprake is van voldoende steunbewijs afhankelijk van de omstandigheden van het concrete geval. Wel zijn daarvoor in de jurisprudentie enige regels geformuleerd. Zo moet het steunbewijs ‘voldoende steun’ geven aan de verklaring van die getuigen, hetgeen wil zeggen dat het steunbewijs op relevante wijze in verband dient te staan met de inhoud van de verklaring van die getuige. Steunbewijs mag in beginsel niet enkel afkomstig zijn van dezelfde bron, in die zin dat als steunbewijs zou kunnen worden gebruikt de verklaring van een ander aan wie de getuige heeft verteld wat haar of hem is overkomen. Enkel een ‘de auditu’ verklaring levert op zichzelf niet voldoende steunbewijs op. Wel kunnen bepaalde waarnemingen of vaststellingen die niet van dezelfde getuige afkomstig zijn voldoende steunbewijs opleveren. Zoals hierna zal blijken heeft de rechtbank met inachtneming van dit juridisch kader de zaak beschouwd.
Juridisch kader verkrachting
Voor een bewezenverklaring van verkrachting vereist de wet dat sprake moet zijn van een afgedwongen seksueel contact, waarbij de dwang zich heeft geopenbaard in het (dreigen met) gebruik van fysiek geweld, dan wel een andere feitelijkheid.
Van door een feitelijkheid dwingen tot het ondergaan van handelingen die bestaan uit het seksueel binnendringen van het lichaam van het slachtoffer als bedoeld in artikel 242 van het Wetboek van Strafrecht kan slechts sprake zijn, indien de verdachte door die feitelijkheid opzettelijk heeft veroorzaakt dat het slachtoffer die handelingen tegen haar wil heeft ondergaan. Van door een feitelijkheid dwingen kan sprake zijn indien de verdachte opzettelijk een zodanige psychische druk heeft uitgeoefend of het slachtoffer in een zodanige afhankelijkheidssituatie heeft gebracht dat het slachtoffer zich daardoor naar redelijke verwachting niet tegen die handelingen heeft kunnen verzetten, of dat de verdachte het slachtoffer heeft gebracht in een zodanige door hem veroorzaakte (bedreigende) situatie dat het slachtoffer zich naar redelijke verwachting niet aan die handelingen heeft kunnen onttrekken. Of zulk een dwang zich heeft voorgedaan, laat zich niet in het algemeen beantwoorden, maar hangt af van de omstandigheden van het geval.
Betrouwbaarheid verklaringen aangeefster
De rechtbank acht de verklaringen van aangeefster betrouwbaar. Zij heeft op meerdere momenten verklaard dat zij door verdachte is verkracht en is bij die verklaringen tot in detail ingegaan op de handelingen die hebben plaatsgevonden en op de locatie waar dit gebeurde. Deze verklaringen van aangeefster zijn authentiek, gedetailleerd, concreet en consistent. De omschrijving door de verbalisant van de locatie die aangeefster later heeft aangewezen, komt overeen met de locatie die aangeefster in haar eerdere verklaringen heeft omschreven. Ook weet aangeefster zich in haar verklaringen precies te herinneren dat verdachte reed in een donkerblauwe Volkswagen Polo. De gedetailleerdheid van deze verklaringen versterken de geloofwaardigheid en betrouwbaarheid van de verklaringen van aangeefster omtrent de handelingen die op die locatie hebben plaatsgevonden.
Overwegingen met betrekking tot het ten laste gelegde
De rechtbank acht op grond van de gebezigde bewijsmiddelen wettig en overtuigend bewezen dat verdachte aangeefster met feitelijkheden heeft gedwongen tot het ondergaan van seksuele handelingen met verdachte, waaronder ook het meermalen seksueel binnendringen van haar lichaam en overweegt hiertoe als volgt.
Uit de bewijsmiddelen volgt dat verdachte en aangeefster in de zomer van 2018 via Snapchat met elkaar in contact zijn gekomen en dat zij voor het eerst met elkaar hebben afgesproken op 22 juli 2018. Verdachte heeft aangeefster toen met zijn auto (een donkerblauwe Volkswagen Polo) opgehaald bij de Albert Heijn in Vianen en is vervolgens met haar naar een buiten de bebouwde kom van Vianen gelegen locatie langs het Merwedekanaal gereden. Aldaar zijn verdachte en aangeefster uit de auto gestapt en zijn zij een pad tussen bomen en bosjes opgelopen in de richting van een weiland. Zij waren daar alleen. Verdachte heeft aangeefster toen in de bosjes getrokken en heeft haar gedwongen hem te pijpen. Daarbij heeft verdachte tegen aangeefster gezegd dat zij op haar knieën moest gaan zitten en dat zij haar mond open moest doen. Toen aangeefster zei dat zij dat niet wilde, heeft verdachte haar naar beneden op haar knieën geduwd en tegen haar geschreeuwd “je gaat het nu doen anders ga ik je slaan”. Vervolgens heeft hij zijn geslachtsdeel in haar mond gedaan. Na enige tijd heeft verdachte aangeefster omgedraaid en gezegd dat zij moest bukken. Daarbij heeft verdachte de broek en onderbroek van aangeefster naar beneden getrokken en vervolgens zijn geslachtsdeel in de vagina van aangeefster gedaan. Verdachte heeft daarna tegen aangeefster gezegd dat zij zich weer moest omdraaien en hem weer moest pijpen. Aangeefster keek toen omhoog en zag dat verdachte zijn telefoon in zijn hand had en die naar beneden op haar richtte, waarbij zij het vermoeden had dat zij werd gefilmd. Na de tweede keer pijpen moest aangeefster zich van verdachte nogmaals omdraaien en heeft verdachte nogmaals zijn geslachtsdeel in de vagina van aangeefster gebracht.
Verdachte heeft later contact opgenomen met aangeefster om nogmaals af te spreken. Toen aangeefster zei dat zij dit niet wilde, heeft verdachte gezegd dat dit wel moest omdat hij anders het filmpje naar andere mensen zou sturen. Verdachte en aangeefster hebben vervolgens ongeveer een week na de eerste afspraak nogmaals afgesproken bij de Albert Heijn in Vianen en zijn toen met dezelfde auto naar dezelfde locatie gereden, waar aangeefster van verdachte weer op haar knieën moest gaan zitten en hem moest pijpen. Vervolgens moest aangeefster zich van verdachte weer omdraaien en heeft verdachte zijn geslachtsdeel in de vagina van aangeefster gebracht.
Op 31 januari 2019 heeft verdachte via Snapchat weer contact opgenomen met aangeefster en gezegd dat hij weer wilde afspreken. Daarbij dreigde hij ook weer met het filmpje. Op 2 februari 2019 zijn rond 20.50 uur via Snapchat onder de gebruikersnaam ‘ [gebruikersnaam] ’ berichten naar aangeefster gestuurd, waarbij in dwingende bewoordingen tegen aangeefster werd gezegd dat zij moest luisteren en de verzender van die berichten niet moest negeren. Verder werd in die berichten gevraagd wanneer zij weer gaan neuken en of hun porno online mocht worden gegooid.
Verdachte heeft ter terechtzitting ontkend dat hij de bovenbedoelde berichten op
2 februari 2019 heeft verstuurd. De rechtbank acht deze ontkenning echter niet geloofwaardig. Verdachte heeft ter terechtzitting verklaard dat hij op 2 februari 2019 rond het bovengenoemde tijdstip via Snapchat contact heeft gezocht met aangeefster. Dit wordt bevestigd door het proces-verbaal van bevindingen van verbalisant [verbalisant] , waaruit blijkt dat er op de telefoon van verdachte op 2 februari 2019 een ‘outgoing contact’ binnen Snapchat werd weergeven naar ‘ [gebruikersnaam] ’ om (onder meer) 20.51 uur. Daar komt bij dat de gebruikersnaam ‘ [gebruikersnaam] ’, waaronder de berichten via Snapchat aan aangeefster zijn verstuurd, een overeenkomst vertoont met de voornaam van verdachte ( [verdachte] ). Tegen deze achtergrond komt de rechtbank tot de slotsom dat de bovenbedoelde berichten op 2 februari 2019 wel degelijk door verdachte aan aangeefster zijn verstuurd. Uit die berichten leidt de rechtbank ook af dat er in ieder geval sprake is geweest van seksueel contact tussen verdachte en aangeefster. Er wordt in die berichten immers gesproken over gaan
neukenen
hun porno.
Gelet op het voorgaande acht de rechtbank de verklaring van verdachte ter terechtzitting, dat er in het geheel geen seksuele handelingen tussen hem en aangeefster hebben plaatsgevonden, aantoonbaar onjuist. Daarmee boet de ontkennende verklaring van verdachte ter terechtzitting ook overigens aan overtuigingskracht in. Zeker nu de verklaringen van verdachte en aangeefster voor wat betreft het afspreken via Snapchat, het elkaar treffen in Vianen en het samen rijden in de auto naar de (afgelegen) plek langs het Merwede kanaal, wél synchroon lopen.
Nu verdachte in het geheel ontkent dat er seksuele handelingen hebben plaatsgevonden tussen hem en aangeefster, heeft verdachte niet afzonderlijk betwist dat er sprake zou zijn van een
afgedwongenseksueel contact. De rechtbank ziet in de blote ontkenning door verdachte echter geen aanknopingspunten om aan te nemen dat sprake was van een vrijwillig seksueel contact. De verklaringen van aangeefster, die de rechtbank – zoals hiervoor overwogen – geloofwaardig acht, bevatten daarentegen tal van omstandigheden – zoals hiervoor beschreven – die er op duiden dat sprake was van een afgedwongen seksueel contact. Daarbij moet in ogenschouw worden genomen dat verdachte en aangeefster zich op een stille en afgelegen locatie bevonden en dat aangeefster (destijds 14/15 jaar oud) op die momenten niet de beschikking had over een eigen vervoermiddel om zich van die locatie te verwijderen. Aangeefster was bang omdat zij met verdachte alleen was en er geen andere mensen in de buurt waren. Door aangeefster in deze situatie te brengen heeft verdachte aangeefster zodanig psychisch onder druk gezet en haar gebracht in een zodanige (bedreigende) situatie dat aangeefster zich naar redelijke verwachting niet aan het seksueel contact heeft kunnen onttrekken. Het kan haar in die omstandigheden ook niet worden tegengeworpen dat zij zich niet fysiek heeft verzet tegen dit ongewenst seksueel contact door bijvoorbeeld te schreeuwen of wild om zich heen te slaan. Door de hiervoor geschetste dwang met feitelijkheden heeft verdachte opzettelijk veroorzaakt dat aangeefster de seksuele handelingen tegen haar wil, hetgeen voor verdachte kenbaar was, heeft ondergaan.
Tegen deze achtergrond komt de rechtbank tot de slotsom dat verdachte aangeefster meerdere malen en op verschillende momenten heeft verkracht.