Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
1.Verloop van de procedure
- het rapport van de Raad voor de Kinderbescherming (hierna: de Raad) van 2 maart 2020, ontvangen door de rechtbank op 5 maart 2020;
- het verzoekschrift van de Raad van 2 maart 2020, ontvangen op 5 maart 2020;
- het standpuntstuk van de GI van 8 juni 2020;
- de brief van de vader van 24 juni 2020;
- de brief van de vader van 25 juni 2020;
- de brief van de oma vaderszijde van 25 juni 2020.
- de pleegouders, bijgestaan door mr. M. Kramer;
- mr. L. van Dinter namens de heer [D] (hierna: de vader), als waarnemend advocaat in de plaats van mr. M. Erkens;
- mevrouw [E] , de oma vaderszijde van [voornaam van minderjarige] (hierna: de oma), bijgestaan door mr. R.F.P. Scheele;
- mevrouw [F] en mevrouw [G] als vertegenwoordigsters van de GI;
- de heer [H] als vertegenwoordiger van de Raad.
2.Waar gaat het over?
[naam minderjarige], geboren op [geboortedatum] 2014 te [geboorteplaats] .
3.De beoordeling
4.Beslissing
;
[naam minderjarige]aan hen over te dragen, af;