Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
1.De procedure
- de dagvaarding
- de conclusie van antwoord
- de conclusie van repliek
- de conclusie van dupliek
Rechtbank Midden-Nederland
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Midden-Nederland op 5 oktober 2016 uitspraak gedaan in een geschil tussen NCOI Opleidingsgroep B.V. en een gedaagde partij. NCOI vorderde betaling van € 3.150,39 van de gedaagde, die zich had ingeschreven voor een cursus maar deze had geannuleerd. De gedaagde stelde dat de studieovereenkomst gekwalificeerd moest worden als een overeenkomst van opdracht, die op elk moment opgezegd kon worden zonder schadevergoeding. De kantonrechter heeft de studieovereenkomst als een overeenkomst van opdracht gekwalificeerd, waardoor de gedaagde deze op elk moment kon opzeggen zonder schadevergoeding. Het annuleringsbeding in de algemene voorwaarden van NCOI werd als strijdig met de wet beschouwd en was daarom vernietigbaar. De vordering van NCOI werd afgewezen, en NCOI werd veroordeeld in de proceskosten van de gedaagde. De uitspraak benadrukt de dwingende aard van de wettelijke bepalingen omtrent de opzegging van overeenkomsten van opdracht en de nietigheid van onredelijke voorwaarden.