Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
1.De procedure
- de rolbeslissing van 10 oktober 2012 met daarin opgenomen het procesverloop tot dan toe
- de antwoordakte uitlating producties tevens houdende akte overlegging productie van de Gemeente.
2.De feiten
- de Aura’s: Aura 17 t/m 23, Aura 35, Aura 38 t/m 47 en Aura 48;
- de Golden Mile 1 en 4 t/m 7;
- het Grote Eiland (ook wel Isla Bonita genoemd).
- dat realisator (Rb: Noorderplassen) heeft verklaard over alle vereiste deskundigheid te beschikken en bereid te zijn onder haar verantwoordelijkheid en voor haar rekening en risico de eerste fase van het gebied Noorderplassen-West gedeeltelijk te willen en te zullen ontwikkelen en realiseren conform onderhavige overeenkomst;
- komen het volgende overeen:
afgekochte vrij op naam prijs: de vrij op naam prijs waarop de exploitatiebegroting is gebaseerd (voor prijspeil 2001 zijn deze prijzen in guldens: segment O f. 925.000,--; segment II: f. 750.000,--; segment III: f. 525.000,-; segment IV: f. 400.000,--; voor GOLDEN MILE: appartementen II: f. 650.000,--; segement III: f. 550.000,--; segment IV f. 425.000,--);
exploitatiebegroting: de exploitatiebegroting d.d. 6 mei 2002, als opgenomen in bijlage 4 bij deze overeenkomst, die bestaat uit de volgende stukken: 1. algemene inleiding/toelichting, 2. grondexploitatie-eindwaardeberekening, 3. kosten- en opbrengstenraming, 4. financiële planning en fasering;
kooopprijs A: het deel van de koopprijs dat is vastgesteld op basis van de exploitatiebegroting en is aangeduid in artikel IV.2 van deze overeenkomst.
koopprijs B: het deel van de koopprijs, conform artikel IV.1, dat gelijk is aan het in artikel VII.1 genoemd bedrag voor het civieltechnisch werk in het contractgebied.
planning: het als bijlage 2 aan deze realiseringsovereenkomst toegevoegde na te streven tijdschema op hoofdlijnen;
project: het totaal van werkzaamheden dat voor de realisering van, alsmede het bouwrijp en woonrijp maken van de grond ten behoeve van, de eerste fase wordt uitgevoerd;
uitgeefbare grond: de grond binnen het contractgebied bestemd voor woningbouw, die zal worden aangekocht door realisator;
3.Het geschil
in conventie
4.De beoordeling
- Uit art. IV.3 blijkt dat het gedeelte van koopprijs A dat in termijnen zou worden betaald zou worden gecorrigeerd met een renteparameter van 6,5% tot de datum van verschuldigdheid. Noorderplassen was de bedragen derhalve niet eerder verschuldigd, hetgeen betekent dat de verhoging van 6,5% geen betrekking heeft op vertragingsrente, maar dat dit een indexering is.
- Het betalingsritme van koopprijs A was gekoppeld aan de faseringsplanning. De grond werd eveneens in fases geleverd. De koopprijs was netto contant teruggerekend naar het prijspeil van 1 januari 2002 met een indexatie van 6,5% vanaf 1 januari 2002.
- Op grond van art. IV.4 zou Noorderplassen 8% rente verschuldigd zijn als zij de termijnen niet tijdig zou betalen. Hier is derhalve al een vertragingsrente geregeld. Dit vormt, samen met de levering in termijnen, een aanwijzing dat de 6,5% een indexatie van de prijs betrof.
- De Gemeente vermeldde op haar eigen facturen betreffende de te betalen termijnen: ‘indexering conform de overeenkomst’.
- Het percentage van 6,5 was in de lijn met de destijds verwachte prijsontwikkelingen op de woningmarkt.
- Ter comparitie is verklaard dat er is teruggerekend met 6,5%. Aldus is de netto contante waarde per 1 januari 2002 berekend.
- De definitie van koopprijs A verwijst naar art. VII.2. In dat artikel wordt de 6,5% niet genoemd. Deze maakt mitsdien geen deel uit van koopprijs A.
- In art. IV.3 wordt bij koopprijs A gesproken over een renteparameter, terwijl daarentegen voor koopprijs B over een inflatieparameter wordt gesproken. Uitgangspunt bij koopprijs A was dat de koopprijs bij ondertekening van de Realiseringsovereenkomst verschuldigd was. Partijen zijn echter uitstel van betaling overeengekomen. Het uitgangspunt van koopprijs B, welk bedrag verrekend zou worden met het bedrag dat de Gemeente aan Noorderplassen verschuldigd was voor de civieltechnische werken, is dat betaling plaats vindt na oplevering van de civieltechnische werken. Koopprijs B is later verschuldigd.
- Vanwege de uitgestelde betaling voor koopprijs A behoefde Noorderplassen geen externe financiering te verkrijgen. Een rentepercentage van 6,5% is in dat licht niet ongebruikelijk.
- Ter comparitie is verklaard dat de Gemeente voor financieringsrente een percentage van 6,5 hanteert. Voor de indexering wordt een percentage van 2,0 gehanteerd.
- In art. X.3 staat dat bij ontbinding geen der partijen recht heeft op vergoeding van kosten en schade. De 6,5% betreft financieringskosten, welke niet voor vergoeding in aanmerking komt.
- Het is juist dat is teruggerekend met 6,5%, de grondwaarde werd in de tijd gezet en de netto-contante waarde werd berekend. Dit laat zien dat partijen uitgaan van rente, dit is een rentevoet.
9.633,00(3,0 punten × tarief € 3.211,00)
4.816,50(3,0 punten × factor 0,5 × tarief € 3.211,00)