Uitspraak
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 13 december 2024 in de zaak tussen
[eiser] , uit [woonplaats] , eiser
het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Heerlen
Inleiding
Waar deze zaak over gaat
- De bebouwing moet minimaal 3 meter terug liggen ten opzichte van de voorgevel van de woning (en zeker omdat de woning uit slechts één bouwlaag bestaat, is het ruimtelijk wenselijk een onderscheid te maken tussen de hoofdbebouwing en de rest van de bebouwing);
- De hoogte van de erfafscheiding wordt maximaal 2 meter;
- Vanwege de uitstraling dient de erfafscheiding in groen te worden uitgevoerd, bij voorkeur in de vorm van een (groenblijvende) haag. Dit kan echter ook een erfafscheiding zijn die wordt uitgevoerd als een hekwerk dat op termijn onzichtbaar wordt door groene aanplant.
de erfafscheiding zoals deze is gerealiseerd naar de zijde van de [straat 2] uiterlijk 1 september 2023 te verwijderen en verwijderd te houden, dan wel deze uiterlijk 1 september 2023 qua bouwhoogte en bouwwijze aan te passen aan de naar de [straat 1] gekeerde zijde van de erfafscheiding, dan wel de erfafscheiding voor zover gericht naar de [straat 2] uiterlijk 1 september 2023 terug te brengen tot een bouwhoogte van maximaal 1 meter zodat deze als vergunningvrij aan te merken is”.
Wij geven echter mee, dat wij in het kader van evenredigheid vooralsnog zullen afzien van handhaving indien dit gedeelte qua maximale bouwhoogte en uiterlijke verschijningsvorm overeenkomstig het naar de [straat 1] gekeerde gedeelte van de erfafscheiding wordt aangepast. De erfafscheiding ligt dan nog steeds kort op de naar de [straat 2] gekeerde voorgevel, doch vanwege de verlaagde bouwhoogte zal deze minder nadrukkelijk aanwezig zijn”. Onder het kopje ‘Conclusie’ in het bestreden besluit staat: “
Wij houden vast aan het handhavingsbesluit, voor zover dit betrekking heeft op het naar de [straat 2] gekeerde gedeelte van de erfafscheiding. Ten aanzien van dit gedeelte geven wij (…) in overweging om dit qua uitvoering (bouwhoogte en bouwwijze) aan te passen aan het naar de [straat 1] gekeerde gedeelte van de erfafscheiding (…)”.
Beoordeling door de rechtbank
verplichtingopgelegd om die werkzaamheden te verrichten. De last onder dwangsom bevat daarmee de (vergunning vervangende) toestemming voor het uitvoeren van deze bouwwerkzaamheden; de werkzaamheden zijn zelfs verplicht opgelegd, althans als een van de verplichtingen waaruit eiser kan kiezen. Voor elke vorm waarin aan de last wordt voldaan, mag toestemming daarvoor van het betreffende bevoegde gezag (als dat hetzelfde is als het handhavende gezag) worden uitgegaan. [8]
- hoger dan 1 meter maar niet hoger dan 2 meter;
- op een erf of perceel waarop al een gebouw staat waarmee de afscheiding in functionele relatie staat; en
- achter de lijn die langs de voorkant van dat gebouw evenwijdig loopt met het aangrenzend openbaar toegankelijk gebied;