ECLI:NL:RBLIM:2023:6463

Rechtbank Limburg

Datum uitspraak
1 november 2023
Publicatiedatum
6 november 2023
Zaaknummer
C/03/274769 / HA ZA 20-116
Instantie
Rechtbank Limburg
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Deskundigenbenoeming en ontslag in civiele procedure met betrekking tot handtekeningonderzoek

In deze civiele procedure, behandeld door de Rechtbank Limburg, is op 1 november 2023 een tussenuitspraak gedaan in de zaak met zaaknummer C/03/274769 / HA ZA 20-116. De procedure betreft een deskundigenonderzoek naar de handtekening onder een overeenkomst van 12 augustus 2003. De rechtbank had eerder, bij vonnis van 21 december 2022, een deskundigenbericht bevolen en de heer W. de Jong benoemd als deskundige. Echter, op 14 juli 2023 heeft de heer De Jong aangegeven zijn activiteiten als gerechtelijk deskundige te beëindigen en naar Hamburg te zijn verhuisd. Hierdoor was hij niet langer beschikbaar om als deskundige op te treden.

De rechtbank heeft vervolgens de partijen in kennis gesteld van het voornemen om de heer P.L. Zevenbergen als nieuwe deskundige te benoemen. De eiser heeft ingestemd met deze benoeming, terwijl de gedaagde niet heeft gereageerd. De rechtbank heeft de heer Zevenbergen benoemd tot deskundige, aangezien er geen bezwaren van partijen zijn ontvangen. Het deskundigenonderzoek zal plaatsvinden zoals eerder bepaald in het vonnis van 21 december 2022. Tevens is er een voorschot van € 4.341,48 gedeponeerd door de eiser voor het deskundigenonderzoek.

De rechtbank heeft in de beslissing de heer W. de Jong ontslagen als deskundige en de heer P.L. Zevenbergen benoemd. De zaak is op de parkeerrol gezet voor 3 april 2024, en verdere beslissingen zijn aangehouden tot na ontvangst van het deskundigenbericht.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK LIMBURG

Burgerlijk recht
Zittingsplaats Maastricht
zaaknummer / rolnummer: C/03/274769 / HA ZA 20-116
Vonnis van 1 november 2023
in de zaak van
[eiser, thans geopposeerde],
wonende te [woonplaats 1] ,
oorspronkelijk eiser, thans geopposeerde,
advocaat mr. B.M.M. Hepkema,
tegen
[gedaagde, thans opposant] ,
wonende te [woonplaats 2] ,
oorspronkelijk gedaagde, thans opposant,
advocaat mr. R.G.P. Voragen.
Partijen zullen hierna [gedaagde, thans opposant] en [eiser, thans geopposeerde] genoemd worden.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • het vonnis van 21 december 2022,
  • de brief van deskundige W. de Jong van 14 juli 2023,
  • de reactie van [gedaagde, thans opposant] naar aanleiding van de brief van deskundige W. de Jong, ter griffie ontvangen op 24 juli 2023,
  • de reactie van [eiser, thans geopposeerde] naar aanleiding van de brief van
deskundige W. de Jong, ter griffie ontvangen op 2 augustus 2023.
1.2.
Vervolgens heeft de rechtbank bij brief van 4 september 2023 partijen ervan in kennis gesteld dat zij voornemens is deskundige W. de Jong naar aanleiding van zijn verzoek te ontslaan en de heer P.L. Zevenbergen in zijn plaats als deskundige te benoemen. De rechtbank heeft partijen daarbij verzocht uiterlijk binnen veertien dagen te reageren.
1.3.
[eiser, thans geopposeerde] heeft bij brief van 13 september 2023, ter griffie ontvangen op
13 september 2023, laten weten in te stemmen met de door de rechtbank voorgedragen deskundige en offerte. [gedaagde, thans opposant] heeft niet gereageerd.
1.4.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De beoordeling

2.1.
Bij vonnis van 21 december 2022 is een deskundigenbericht bevolen teneinde de handtekening onder de overeenkomst van 12 augustus 2003 en de in de volmacht met kenmerk 20030376/MHA/12376 van 12 augustus 2003 te onderzoeken. Tot deskundige is benoemd de heer W. de Jong, verbonden aan The Maastricht Forensic Institute. Daarbij is hem onder meer opgedragen om uiterlijk drie maanden, nadat hij door de griffier is bericht dat hij zijn werkzaamheden kan aanvangen, zijn schriftelijk en ondertekend rapport ter griffie in drievoud in te leveren.
2.2.
Bij brief van 14 juli 2023 heeft de heer De Jong bericht dat hij zijn activiteiten als gerechtelijk deskundige in civiele zaken in Nederland heeft beëindigd en inmiddels naar Hamburg (Duitsland) is verhuisd. Het adres van het TMFI in Maastricht is alleen nog een tijdelijk postadres dat is gekozen om lopende zaken uit het jaar 2022 af te kunnen handelen. Daarbij dient te worden opgemerkt dat partijen tot nu toe nog geen onderzoeksmateriaal aan de heer De Jong hebben doen toekomen, zodat hij nog geen onderzoek heeft kunnen doen. De heer De Jong verzoekt gelet op het vorenstaande een andere deskundige te benoemen.
2.3.
Uit het vorenstaande volgt dat de heer De Jong niet meer beschikbaar is om als deskundige op te treden. Hij zal dan ook als deskundige worden ontslagen.
2.4.
De heer P.L. Zevenbergen, forensisch schriftexpert, heeft zich desverzocht bereid verklaard om als deskundige te worden benoemd en vrij te staan in de procedure. Nu partijen geen bezwaren tegen zijn benoeming kenbaar hebben gemaakt, kan tot diens benoeming worden overgegaan.
2.5.
Het deskundigenonderzoek dient plaats te vinden zoals bij vonnis van
21 december 2022 (zie rov. 3.2. tot en met rov. 3.14.) door de rechtbank is beslist. Door [eiser, thans geopposeerde] is op 17 januari 2023 ten behoeve van het deskundigenonderzoek een voorschot gedeponeerd van € 4.341,48. Dit bedrag zal worden aangewend voor het deskundigenonderzoek dat door de heer Zevenbergen zal worden uitgevoerd.

3.De beslissing

De rechtbank
3.1.
ontslaat als deskundige:
de heer W. de Jong, Gerechtelijk deskundige NRGD,
The Maastricht Forensic Institute,
correspondentieadres: postbus 616, 6200 MD Maastricht,
telefoon: 085 1051410
e-mailadres: info@tmfi.nl,
3.2.
benoemt tot deskundige:
de heer P.L. Zevenbergen,
Justiniana forensisch schriftexperts,
correspondentieadres: Burgemeester Toornstralaan 2, 8051 NG Hattem,
telefoon: 06 45430155 / 06 51289363,
e-mailadres: jus@schriftexperts.nl
3.3.
bepaalt dat het voorschot binnen de daarvoor bepaalde termijn is ontvangen,
3.4.
bepaalt dat de zaak op de parkeerrol zal komen van 3 april 2024,
3.5.
draagt de griffier op de zaak op een eerdere rol te plaatsen na ontvangst ter griffie van het deskundigenbericht voor conclusie na deskundigenbericht aan de zijde van [gedaagde, thans opposant] , op een termijn van vier weken,
3.6.
houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit vonnis is gewezen door mr. W.E. Elzinga en in het openbaar uitgesproken op 1 november 2023. [1]

Voetnoten

1.type: AP