In deze zaak heeft de kantonrechter te Maastricht op 15 maart 2017 uitspraak gedaan in een geschil tussen A.J.G. Bisscheroux, curator in het faillissement van de Coöperatie Maastricht Professionals U.A., en een gedaagde partij die als franchisenemer was opgetreden. De curator vorderde betaling van verschuldigde fees op basis van een franchiseovereenkomst, terwijl de gedaagde partij zich verweerde met een beroep op dwaling. De rechtbank oordeelde dat de franchiseovereenkomst tot stand was gekomen onder invloed van dwaling, omdat de gedaagde partij onjuiste informatie had ontvangen over de te verwachten omzet. De rechtbank vernietigde de franchiseovereenkomst en verklaarde dat alle door de gedaagde partij betaalde bedragen zonder rechtsgrond waren geschied. De curator werd veroordeeld in de proceskosten. De uitspraak heeft belangrijke implicaties voor de rechtsgeldigheid van franchiseovereenkomsten en de verplichtingen van franchisegevers ten aanzien van de verstrekte informatie aan franchisenemers.