Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
1.Onderzoek van de zaak
2.De tenlastelegging
3.De beoordeling van het bewijs
- Op 28 januari 2015 te 19:29:44 uur en 29 januari 2015 te 20:14:55 uur vinden er telefoongesprekken plaats tussen [Verdachte] en de gebruiker van het telefoonnummer [telefoonnummer 19] , waarbij laatstgenoemde door [Verdachte] ‘ [bijnaam medeverdachte 3] ’ wordt genoemd.
- Op 1 februari 2015 te 03:30:46 uur wordt uitgebeld door [Verdachte] naar de gebruiker van het telefoonnummer [telefoonnummer 19] , waarbij door [Verdachte] tot tweemaal toe ‘ [voornaam medeverdachte 3] ’ roept.
- Op 1 februari 2015 te 03:31:38 uur vindt er wederom een gesprek plaats tussen [Verdachte] en de gebruiker van het telefoonnummer [telefoonnummer 19] . [Verdachte] vraagt naar het huisnummer en de gebruiker van het telefoonnummer [telefoonnummer 19] antwoordt ‘85’.
- Op 22 februari 2015 te 23:56:09 uur wordt door de gebruiker van het telefoonnummer [telefoonnummer 19] eten besteld, hetgeen moet worden bezorgd op het adres [adres 3] te Venlo, zijnde het adres van [medeverdachte 3] . Op 8 maart 2015 te 22:41:35 uur en te 23:46:08 uur wordt de gebruiker van het telefoonnummer [telefoonnummer 19] gebeld, waarbij gezegd wordt dat ‘ [naam zoon medeverdachte 3] niet bij haar wil drinken en dat hij 40 graden koorts heeft’. [medeverdachte 3] heeft een zoon genaamd [naam zoon medeverdachte 3] .
“Ik kom nu aan vriend.”
“Broer, schakel die andere nu in alsjeblieft. Kusje.”, waarop [voornaam medeverdachte 5] antwoordt:
“Oké, dan gooi ik deze weg oké liefste.”De gebruiker van het telefoonnummer [telefoonnummer 4] schrijft vervolgens:
“Oké, schakel eerst die andere in, daarna pas.”Hierna volgt geen enkele telecommunicatie meer op het getapte imei-nummer, met daarin het telefoonnummer [telefoonnummer 3] , bij [medeverdachte 5] .
"Broer, doe wat je kunt. Laat het morgen maken, laat iets doen zodat het kan lopen, fuck dat. Want de man zeurt ... ". Ook is er een telefoongesprek tussen [medeverdachte 1] en [Duitse koerier 1] waarin [Duitse koerier 1] vraagt of ze nog moeten wachten en [medeverdachte 1] zegt:
"Hij/zij kan niks vinden".
“Is goed, er is iemand die twee keer per maand honderd lami wil. Hopelijk kun jij de lami voor 6. 5 kopen/inkopen”.
“Oke, er is iemand die honderd lami wilt hebben twee keer per maand. Je kan lami voor 6.5 ...” te 14:44:44 …kopen met Gods hulp. Want hij/zij heeft voor 8. 5 gevraagd.”
“Liefste, 7 is gegarandeerd, maar ik zal 6.5 proberen”.
“Koop jij maar alsjeblieft, koop het in ieder geval voor 6.75”.
“Broer, geef mij alsjeblieft door nadat de vriend is vertrokken, zodat ik het dossier weg breng. Kusjes”. [45]
"de auto halen"en
"naar ver gaan"en er wordt gesproken over het feit dat [Duitse koerier 1] naar [medeverdachte 1] toekomt. [48]
“Liefste, wanneer zal de lami nodig zijn”.
“Als het 9 was, zou het heel goed zijn, ik zou hier proberen om goedkoop te kopen, dan zou het goed zijn”te 18:19:21
“Ik bedoel dat wij het moeten geven, het kan niet anders, zo kunnen we in ieder geval wat verdienen”
“Ja, maar ze hebben het niet geaccepteerd, ik had 9 gezegd. Maar ze moeten verplicht twee keer afnemen.”
“Oke, is de vriend vertrokken?”
“Nog niet, straks, als God het wilt”. [49]
(“om 8 uur daar”). [51]
“Wij wachten op de neger”. [52] Het is aannemelijk dat hiermee [medeverdachte 3] wordt bedoeld, gelet op de omstandigheid dat hij de enige van de verdachten is met een Afrikaanse (Somalische) achtergrond.
“Mijn broer zegt: is de vriend naar z’n huis gegaan”.[medeverdachte 1] noemt hem
“ [bijnaam verdachte] ”. [medeverdachte 1] zegt:
“Hij is allang in z’n huis. Hij gaat toch morgen dinges doen?”. [66]
"de vriend onderweg is"en
"25 minuten de eetplaats".
"zij zijn honderd procent weg". [69]
“dat hij heel snel moet komen en dat hij hem echt snel nodig heeft”. [71]
“ze de onzen hebben meegenomen”. [medeverdachte 1] zegt
“Hu…wie? [Duitse koerier 1] ”, waarop de NNman zegt
“En die andere, lange…”. De NNman zegt:
“ [Duitse koerier 3] heeft honderd procent geklikt”. [72]
“Niet teveel praten…dinges…mijn familieleden hebben ze ook meegenomen, oké…”. [73] Het is de rechtbank gebleken dat [Duitse koerier 1] en [medeverdachte 1] familie van elkaar zijn. Voorts is de rechtbank gebleken dat [broer 1 van verdachte en medeverdachte 5] een broer van [voornaam medeverdachte 5] en [Verdachte] betreft.
- 10.608 (gram) amfetamineuit de geheime bergplaats (dubbele bodem) van de bedrijfsauto, merk/type Volkswagen Caddy [kenteken 1] ;
- 2.110 (gram) marihuanatoppenuit de geheime bergplaats (dubbele bodem) van de bedrijfsauto, Volkswagen Caddy [kenteken 1] ;
- een losse plastic zak van [winkelnaam] op de bijrijderstoel van de Volkswagen Caddy [kenteken 1] inhoudende een geldbedrag van
- in de garage waar de Volkswagen Caddy [kenteken 1] werd aangetroffen:
[Duitse koerier 3], de bestuurder van de Volkswagen Caddy [kenteken 1] en
[naam contact 2], de Duitse contactpersoon, aangehouden. [77]
- dat [Duitse koerier 2] (doelend op [Duitse koerier 2] ) in Duitsland en [medeverdachte 4] (doelend op [medeverdachte 4] ) in Nederland de sleutels zijn. [medeverdachte 4] zou alles weten wat er in zijn bedrijf [naam bedrijf] te Grubbenvorst gebeurde en er zou ook nog een bende actief zijn daar;
- dat hij de ‘nieuwe jongen’ kent (doelend op [Duitse koerier 3] );
- dat hij ( [medeverdachte 1] ) geen grote rol heeft gehad. Dat hij slechts maximaal 5 keer gereden heeft naar [naam bedrijf] . Bij de voetbalclub (doelend op 6 mei) wist hij dat er een drugstransport naar Duitsland zou zijn maar heeft hij alleen maar de weg gewezen (doelend op de "neger", verdachte [medeverdachte 3] ).
- Verdachte [medeverdachte 1] niet wist welke drugs er op 06 mei naar Duitsland vervoerd werden. Hij de "neger" niet goed kende, maar van sommige mensen die "buiten" waren wel gehoord had dat deze man zelf drugs produceerde en leverde. Hij wist niet precies welke drugs. Hij had deze man wel een aantal keren in café [naam café] gezien. Hij had hem nooit in het bijzijn van [medeverdachte 5] gezien in het café. Wel had hij gezien dat deze man aan gokkasten in het café stond. [medeverdachte 1] noemde deze man "de dokter";
- dat hij ( [medeverdachte 1] ) alleen maar softdrugs (marihuana en hasjiesj) getransporteerd heeft.
“tien stuks, schoon”af te leveren aan [naam Duitse afnemer] . [naam Duitse afnemer] schrijft aan [medeverdachte 5]
“Probeer deze voor 3.6 te kopen alsjeblieft”. Door [naam Duitse afnemer] wordt aan [medeverdachte 5] gevraagd
“voor hoeveel ga je vijftig stuks ‘lami’ kopen?”. Uit de tapgegevens blijkt verder dat de levering meermaals wordt uitgesteld. [83]
: “…als het goed is kopen/halen we het vandaag, en sturen we het morgen op”. [84]
“dat het nog even duurt en zal bellen. Als [Verdachte] naar [medeverdachte 4] belt dan moet [medeverdachte 4] maar komen.” [85]
“Kunnen we dat/hem/haar vandaag sturen, zodat hij/zij morgenochtend gaat, of…?”. [Verdachte] zegt:
“Ik denk dat het kan. Regel het, maar… ik zal alleen de man regelen en jij zal de rest regelen, toch?”. [86] Om 22:03:53 belt [Verdachte] nogmaals met [medeverdachte 5] , waarbij [Verdachte] zegt:
“Ik ben er zeker van, als [voornaam medeverdachte 3] (fon.) het maar kan regelen. De rest kan ik zelf maken”. [87]
“Liefste, zeg tegen [voornaam medeverdachte 3] (fon.), misschien kan [voornaam medeverdachte 3] kijken en als zij het ook niet hebben…”, waarop [Verdachte] zegt dat dat in orde is. [88]
‘ [naam contact 1] ’ (fon.) vroeg of [voornaam medeverdachte 3] wat van die T-shirts kon regelen. [voornaam medeverdachte 3] zegt dat
het vrouwtje effetjes weg is en dat hij op de kleine moet passen. Over een uurtje is [voornaam medeverdachte 3] daar. [Verdachte] zegt dat
[voornaam medeverdachte 3] alvast met wat mensen moet sms-en, kijken of hij wat kan regelen. [89]
“Liefste, ben je vertrokken, bel mij direct”.
“Maffia van Grubbenvorst”en [Verdachte] vraagt hoe laat hij kan komen, waarna een afspraak wordt gemaakt voor half vijf.
“4 hz 6 normaal, liefste”
“5 vertrekt/komt er uit, liefste kusjes”
“Okay kusjes.”
“Broer, hoe staat het ervoor met de ‘lami’? Die laatst geleverde steen is er toch nog? Waarvan er”
..tweehonderd zijn gekomen/geleverd…die…”
“Vriend, maandag stuur ik je tien schoon.”
“Broer, afhankelijk van de situatie. Als er geen dossier problemen zijn, kun je het sturen. Vandaag…”
“..komen er veertig dossiers.”
“Er is zowel lami als steen vriend. Geen probleem. Die heb je nog niet gegeven. X”
“Heb ik allang gegeven. Wellicht zal er volgende week ‘lami’ nodig zijn. Ik heb nog vijf verf.”
“Er zijn wat dossier problemen vriend”
“..morgen gaat iemand het kopen, en bovendien staan er nog 17 stuks ‘snel’”
“Probeer die te geven/verkopen vriend, dan zijn er ook geen dossier problemen. Dit heeft te lang geduurd. Doe het van de hand. X”
Hopelijk gaat er volgende iemand ‘snel’ kopen. Wellicht is er iemand die een aantal hele …”
“..stenen gaat kopen. Morgen krijg ik er meer over te weten. Stuur jij het maar maandag op….”
“..tien schoon. X”
“Ik begrijp het niet. Net zei jij dat het niet mogelijk is, maar nu wel. Is het bedoeld voor ‘lami’ of ‘verf’….”
“Oke, vriend, ‘steen’ is geen probleem. Ik stuur het wel oke. X”
“Is het dan mogelijk om voor maandag dertig ‘lami’ en vijf ‘verf’ te regelen?”
“Oke. X”
“Oke. X”
“Broer, heb je de hz’s aangegeven? Is die gast al vertrokken?”
“Ja lieve schat, die vriend is vetrokken oke. X”
“Over 45 minuten is hij/zij/het daar vriend. X”
“Oke. X”
“Eetplaats of bij een tankstation?”
“Ik zat het vragen”
“Eetplaats vriend”
“Broer, je hebt de hz’s aangegeven, toch?”
“Ja vriend”
“Oke. X”
“Broer, die vriend is er nog niet”
“Ik zal het vragen”
“Die vriend heeft het (overhandigd) gekregen.”
“Is goed.”
“Oke, liefste, die vriend kan gaan.”
“Oke. X”
“Er komt 44.9 dossiers oke. Tel het alsnog goed na alsjeblieft. X”
“Oke. X”
“Broer, voor hoeveel is hz? En schoon? Vier hz en zes schoon toch?”
“Vriend, hz voor 4950 en schoon voor 3850. Vier hz en zes normaal, oke. X”
“Wel erg duur. Stuur maar geen hz meer als het zo duur is. En koop ‘schoon’…”
“..alsjeblieft niet meer voor deze prijs. Hier geeft men schoon voor 4.2…”
“.. aan iedereen.”
“Vriend, hoeveel had je gestuurd? X”
“44.9”
“Tel het goed na alsjeblieft en voor maandag half lami half verf alsjeblieft. X”
“Oke vriend. Er is een tekort van 60 Lira oke. X”
“Oke. X”
He vriend, wat doe je? Gaat het goed? X
Gelukkig gaat het goed broer. Er is geen personeel daarom…Hopelijk gaat het met jou ook..
..goed. Hopelijk is die gast onderweg? X
Ik had een klant daarom kon ik geen antwoord schrijven.
Oke. X
Oke, er is iemand die ‘honderd steen’ wil zien. Kun je dezelfde van laatst geleverde sturen….
…..of heb je daar weinig van? X
Dat is geen probleem vriend. Ik stuur datgene hoeveel je wilt.
Oke. X
Vriend, heb je het vertrouwde met spoed nodig of kunnen we twee, drie dagen wachten? Er komt namelijk Spaanse spul. Wat wil je? X
Uiteraard, laten we wachten als het uit Spanje gaat komen. Uiterlijk zaterdag….
….alsjeblieft. X
Honderd procent, of niet?
Honderd procent vriend
Oke, ik zweer het, ik ben erg blij. X
Je hebt niks geschreven? / Je hebt niet gereageerd?
Oke vriend, als het geen leugen is, komt er kennelijk wekelijks 25 stuks
Oke, het is dus niet zeker?
Die man zegt dat het zeker is, maar ik heb mijn twijfels.
Oke. X
Broer, hoe is het? Hoe gaat het? Alles onder controle? Broer, luister…ik heb voor uiterlijk…..
… vrijdag zeven verf schoon en lami nodig. Je moet moet het sturen….
: … oke. Iemand wil namelijk tien verf. Gegarandeerd zaterdagochtend…
.. moet ik het aan degene geven. Laten we wachten. Als die Spaanse verf er tot vrijdag niet is…
…stuur die dan meteen op, oke? X
Is goed vriend, geen enkel probleem. Wellicht kan ik het zelfs morgen opsturen, oke? Hangt af van de situatie. X.
Goedemorgen broer, hopelijk gaat het goed met je? En hopelijk heb je alles onder controle? Pas…
… goed op jezelf, goed. Uiterlijk vrijdag moet het er zijn, ook lami moet er gegarandeerd zijn, doe er maar…
…30. Probeer jij het te regelen? Zolang het er vrijdag maar is. X
Goedemorgen vriend, vandaag kan er 11 stuks lami, 7,5 schoon, 2 stuks hz en honderd steen komen, oke. X
Broer, stuur alsjeblieft geen hz. Ik heb er namelijk nog vier stuks liggen. Stuur in de plaats daarvan iets meer Lami…
Vandaag komen er 25 dossiers. Het kan ook iets meer zijn…
…ik heb namelijk nog spul. Zaterdag gaat alles weg. Stuur die gast…
…zaterdag weer. Dan zijn er minstens zeventig, tachtig dossiers. Dan…
..weet je het nu alvast. X
Dan doe ik het zo, veel lami is er niet, maar dan stuur ik 7.5 schoon, 11 lami en iets meer steen. Goed? X
Ja, dat kan. Hoeveel stuks steen ben je van plan om op te sturen? Stuur maar drie keer honderd op…
…dan. X
Oke vriend, is goed. X
Oke. X
‘zijn broer’ vraagt of hij [naam 4] kan vinden, waarop [medeverdachte 3] zegt dat
hij ‘hem’ even op belt. [Verdachte] zegt
“het moesten er 3 keer 100 zijn”. [103]
“Ik ben zo half zes, kwart voor zes bij jou”. [108]
"of het schoon is"en [Verdachte] zegt “
voor anderhalf vraagt hij 2500”. [Verdachte] zegt verder dat
“het wel het proberen waard is”waarop [voornaam medeverdachte 5] zegt:
“Hij/zij krijgt problemen mee, daarom is het helemaal niet nodig. Heb je het begrepen?” [111]
hij/ zij naar de "ijsboer" komt, waarbij wordt opgemerkt dat in Grubbenvorst ijssalon [naam ijssalon] is gevestigd aan de [adres 9] , welke ijssalon op korte afstand is gelegen van het bedrijf [naam bedrijf] te Grubbenvorst, het bedrijf van [medeverdachte 4] . [112]
“300 steen, 11 lami en 7670 schone verf”gaat. [naam Duitse afnemer] schrijft op 11 februari 2015 te 23:17:08 uur:
“Alles is goed gelukkig broer. We hebben de dossier niet kunnen tellen, kun jij apart tellen alsjeblieft. Er zijn twee pakketten, één daarvan is een envelop. Het moet 23.8 zijn”. [116]
“tankstation”. Vervolgens bericht [medeverdachte 5] aan [naam Duitse afnemer] dat afgesproken wordt bij
“het tankstation”. [117]
“de auto niet goed is en dat de koppeling bijna is versleten”. [medeverdachte 5] laat weten dat
“hij het zo vaak heeft laten repareren”. [118]
“die vrienden de auto kennelijk weer hebben verwoest. Weer de koppeling, de motor…”. [119]
“Voor morgen is er iemand nodig.[…]
Voor ver.[…]
Tussen half twee, twee uur ... hier ... kan hij/zij vertrekken ... om negen uur in de avond kan hij/zij dan terugkomen, goed?” [121]
“Goedemorgen broer, ik hoop van God dat je wakker bent?”
“Goedemorgen liefste, ja, ik ben wakker”
“Okay, met Gods hulp zal alles lukken. Of heb je soms de verf ook gevonden? Vandaag zeker vier ..”
“... sturen alsjeblieft. Hoeveel lami ga je opsturen?”
“Lami 50 stuks en 5 stuks steen van honderd zal er komen, voor de verf ga ik straks kijken, oke, kusjes”
“Broer, om drie uur moet je daar zijn, op onze plek”. [124]
“hij ( [medeverdachte 4] ) tegen ‘hem’ moet zeggen dat [Verdachte] over 15 minuten daar is”. [125]
“Ga daar naartoe, ik kom eraan”. [medeverdachte 1] vraagt
“Waar naartoe”, waarop [Verdachte] zegt:
“Naar onze plek”. [medeverdachte 1] zegt vervolgens:
“Oke, maar wij zijn er al onderweg”. [126]
"eten". Kort hierna wordt er tussen [medeverdachte 1] (telefoonnummer [telefoonnummer 16] ) en [medeverdachte 5] (telefoonnummer [telefoonnummer 2] ) over
"eten"gesproken en vindt er sms-verkeer plaats tussen [medeverdachte 5] (telefoonnummer [telefoonnummer 3] ) en [naam Duitse afnemer] (telefoonnummer [telefoonnummer 4] ), waarbij eveneens over
"eetplaats"wordt gesproken. [130]
"dossier 100.5 compleet", vermoedelijk een codebenaming voor een geldsom. [131]
"dossier"heeft geteld en dat
“het klopt”. [132]
“... Zaterdag en maandag moet er weer komen. Morgen lami, steen en vier stuk verf. Zaterdag 10 verf en maandag 10 verf, alsjeblieft. Kusjes.” [133]
“Morgen om twee, moet er iemand van jullie klaarstaan hè ...”,waarop [Duitse koerier 1] zegt:
“Om twee uur ... oké, is goed ... zelfde plaats?”[medeverdachte 1] zegt:
“Ja, dezelfde plaats.” [134]
“Broer, waar zijn jullie gebleven.”, waarop [medeverdachte 1] antwoordt:
“We zijn onderweg”.De zendmastlocatie van het toestel in gebruik bij [medeverdachte 1] geeft dan aan [adres 10] . [137]
"meid", waarmee vermoedelijk de koerier wordt bedoeld, niet daarheen moet komen. [140]
“Liefste, kan hij/zij/het ook morgenvroeg vertrekken?” [142]
“Ze doen niet open. De lichten branden wel, maar ze doen niet open. Er is iemand anders binnen. Begrijp je? […] Morgen, precies om half twee moet hij/zij/het hier zijn. Alles staat klaar, het moet alleen nog ingeladen worden”. [143]
“Ik heb de verf nu in handen maar er is geen plek om het te plaatsen/zetten”. [144]
“Liefste, die vriend is vertrokken. 9.750 oké voor 3.8 oké. X”. [146]
“ga je eten”,
“de wedstrijd begint over een uur”,
“de mannen hebben gegeten”,
“zijn die vrienden naar het restaurant”en
“de eetplaats”. [147]
“Oké, kusjes, heb je iets gestuurd of niet, kusjes”, waarop [naam Duitse afnemer] naar [medeverdachte 5] stuurt:
“Ja 16.5”. [148]
“Zaterdag en maandag moet er weer komen. Morgen lami, steen en vier stuk verf. Zaterdag 10 verf en maandag 10 verf, alsjeblieft.”
“Goedemorgen broer, ik hoop van God dat het goed met je gaat? Als je nog slaapt, sta alsjeblieft op en stuur de gast vandaag voor honderd procent, alsjeblieft, kusjes”.[medeverdachte 5] reageert in een sms-bericht:
“Ik ben allang opgestaan, liefste, vandaag zal hij/zij komen, oké, kusjes.” [150]
half zes is het eten klaar”en beiden bespreken wie er zal komen, waarin vermoedelijk over de inzet van een koerier voor het transport van de partij verdovende middelen wordt gesproken. Verder wordt tussen beiden gesproken over
“lang of kort”, waarop wordt gereageerd door [medeverdachte 1] met
“de oude”. [Duitse koerier 1] zegt
“Ok, dan stuur ik onze jong, die kan het komen ophalen, goed?”. Tussen beiden wordt vervolgens besproken dat
“zij samen kunnen komen”[medeverdachte 1] zegt daarop
“Oké is goed we kijken wel”. [152]
alles goed broeder”. [153]
“Hij/zij/het komt vandaag”.
“Oké, ik geef de dossiers aan [naam contact 2] ”.
“Liefste, ik schrijf straks, er komt alleen maar schoon”.
“Broer, is die gast vertrokken?”
Liefste, hij is allang vertrokken. Liefste, er zijn 10 stuks gekomen oké kus.”
“32.25 dossier komt er goed.”
“over 2 minuten benzine oké kus”
“Oké lieverd, die gast is vertrokken. Lieverd, de koppeling is bijna los, zeg tegen broer … dat zij de auto moeten laten repareren. Er is iemand anders gekomen die ik niet ken.” [154]
“de Bulgaar daar om half vier moet zijn”. [156]
“de Bulgaar naar dinges, die vrienden van gisteravond moet sturen”. [medeverdachte 1] zegt daarop
“naar die gebruikelijke plaats, bij de McDonald's, waar hij vaker naartoe is gegaan”. [Duitse koerier 1] zegt dat het hem duidelijk is. [157]
“deze absoluut niet via Blerick”moet komen, waarop [medeverdachte 1] antwoord dat het goed is. [158]
“Liefste, er is 9.3 gekomen. Een half uur geleden is hij/zij/het vertrokken, morgen komt hij/zij/het weer oké. Kusje.” [159]
"over een uur zijn wij bij het eten, hoor".[medeverdachte 1] zegt vervolgens tegen [medeverdachte 5] :
“Onze neef heeft ons geroepen, wij gaan even kijken en komen meteen terug.” [160]
“Liefste, over een de eetplaats, oké, kusje”. [161] Om 20:24:29 uur stuurt [naam Duitse afnemer] (telefoonnummer [telefoonnummer 4] ) naar [medeverdachte 5] ( [telefoonnummer 3] ) het volgende sms-bericht:
“Hij/zij/het is niet gekomen”. [162]
“de vriend komt eten, maar hij is er nog niet. [medeverdachte 1] zegt daarop dat
“de vriend gaat eten, bij de eet-plek, nu moet hij/zij daar zijn, hij/zij moest nog 15 kilometer”. [163]
“Oké, hij/zij/het is nu gekomen.” [164]
“Broer, wat doe je er komt 60.8 aan dossiers oké. Tel het alsjeblieft weer goed na. Kusje.” [165]
“Oké, je hoeft vandaag niet op te sturen, omdat er nog twintig dossiers zijn. Acht verf staat er. Ik laat het aan jou over”. “Over de Spaanse verf is er nog steeds geen nieuws, toch? Als wij een beetje goedkoop konden verkopen dan zou ik hier meer kunnen verkopen.”
“Wat doe je broer? Wanneer ga je de gast sturen. Vergeet hz niet alsjeblieft.” “De vriend zal mij vandaag het dossier van hz brengen. Kusjes.” [168]
“Broer, de man zal beetje later komen”. [medeverdachte 1] antwoordt dat het
“Ok”is. Hierop stuurt [Verdachte] (telefoonnummer [telefoonnummer 13] ) het volgende sms-bericht naar [medeverdachte 1] (telefoonnummer [telefoonnummer 16] ) om 17:58:56 uur:
“Is het oké, broer”. [169]
“Hij/zij is gekomen, maar nu gaat hij/zij weg, is al vertrokken.” [170]
“Liefste, de vriend is onderweg, oké, kusjes”. “11 stuks is gekomen, oké, drie hz is gekomen, zo zei mijn kleine/jongere, oké, kusjes.” [171]
“die man al is gearriveerden dat
“hij over 40 minuten daar zal zijn”. [172]
“de wedstrijd zal nog 45 minuten duren”. [medeverdachte 5] zegt dat dit in orde is. [173]
“Liefste, 45 minuten”.
“Broer, drie hz en acht normaal?”
“Ja, liefste, hij/zij heeft het gemarkeerd.”
“Broer, er komen 31 dossiers, oké. Ik hoop het van God dat er volgende keer minimaal honderd wordt. Kusjes.” [174]
“Ja, liefste, vandaag zal hij/zij komen, oké, kusjes”.
“[…] Geef het me alsjeblieft door als hij/zij vertrekt omdat ik werk en de tijd daarop moet aanpassen. Kusjes.”
“Nee, wij hebben pas de lami gehaald, de reis zal nog 45 minuten duren, liefste, wij wachten al precies 6 uren op de man”.
“Oké, maar vandaag zal hij/zij wel komen, toch?”
de man meteen kan komen”. [Duitse koerier 2] zegt dat
“hij niet meteen kan komen, maar pas over een uur”. [178]
“hij daar over een halfuur is. Bij de ijscoboer, waar anders.”Het is aannemelijk dat hiermee IJssalon [naam ijssalon] in Grubbenvorst wordt bedoeld. [179]
“10 minuten”. Door het telefoonnummer in gebruik bij [Verdachte] worden dan zendmasten aangestraald in de plaatsen Lottum en Grubbenvorst en door [medeverdachte 1] zendmasten in de plaatsen Asten en Grubbenvorst. [180]
“Wat komt er broer?”, waarop [medeverdachte 5] antwoordt:
“Er komt alleen maar lami, liefste, 5 stuks”. [181]
“Broer, voor hoeveel heb je lami gehaald/gekocht?”
“7.5, liefste”.
“Broer, er zullen 87.5 dossiers naar jou toe komen. Als morgen de gast komt, komen er nog vijftig. Kusjes.”
“Oké broer, de vriend mag gaan”. [183]
“Kun je alsjeblieft dinsdag verf sturen, het zal lukken, toch?”.
“Oke, je gaat het proberen, okay, kusjes”.
“Oke, is de verf niet gelukt? Verf was er ook nodig.”
“Verf komt er morgen, liefste, vandaag is het niet gelukt, kusjes”
“Oke, broer, laat het alsjeblieft morgen komen. Want het is nodig. Kusjes.”
“Broer, er zullen 87.5 dossiers naar jou toe komen. Als er morgen de gast komt…komen er nog vijftig. Kusjes.”
“Oke, liefste, kusjes.”
“Oke dan, okay stuur die verf morgen wel alsjeblieft. Maar het moet niet zo… laat worden, broer, het pakt niet goed uit zo, want hier is het erg rustig op deze tijdstippen.”
“Oke, liefste.” [189]
Broer, de gast komt vandaag voor honderd procent, toch? Kusjes.”
“Het is nog niet helemaal duidelijk, ik wacht op het bericht van de vriend, oke, liefste, kusjes.”
“Broer, kan de vriend niet komen of is er geen verf?”
“De vriend is nu naar me toe gekomen, hij wilt ook tien verf. Er zijn anderen… die ook willen! Ik heb tot donderdag totaal twintig verf nodig.”
“Oke, liefste, met Gods hulp zullen wij het regelen, oke, kusjes.”
“Oke, rond hoe gaat die vriend vertrekken?”
“Volgens mij wordt het vandaag moeilijk liefste, ik heb nog geen bericht gekregen, morgen, oke, kusje.”
“Broer hoe is het wat doe je? Broer hij/zij/het komt vandaag honderd procent toch, of…is het nog niet bekend” “Oké regel het alsjeblieft ook voor morgen. Kusje.”
“Voor morgen is er misschien Spaanse verf liefste.”
“Liefste vandaag komt het, ik ben aan het proberen om voor morgen te regelen, kusjes.”
“Liefste, ik stuur 8 stuks normale en 2 hz”
“Zijn er geen tien stuks van de normale?”
“Nee, liefste, zodat hij/zij/het op dit moment niet met lege handen komt.”
“Omdat er niets is.”
“We hebben het gevonden, over 15 minuten zullen elkaar ontmoeten.” [198]
“Goedemorgen broer, hoe gaat het, ik hoop het van God dat het goed met je gaat? Hoe is de situatie nu? Rond hoe laat zul je de verf in handen krijgen? Kusjes”, waarop [voornaam medeverdachte 5] antwoordt:
“Goedemorgen liefste, 12 zal ik in mijn hand krijgen en de man zal vertrekken oké, kusjes”. [199]
“Liefste, moet hij/zij morgen weer komen, vandaag komt hij/zij, ik heb 3.85 gehaald/gekocht, oké, kusjes”.
“Ja broer, hij/zij moet morgen ook voor honderd procent komen. Is hij/zij vertrokken?”
“Nee, hij/zij is nog niet vertrokken, maar ik heb voor morgen ook geregeld, maar jij moet vooral veel belang hechten aan lami, oké, kusjes.”
“Oké, stuur jij mij de verf telkens op tijd. Ik zal wel belang hechten aan lami. Maar de vriend moet nu wel vertrekken”. [201]
“Er is iemand bij jou of niet? Een Belgische auto.”[medeverdachte 4] zegt
“dat er iemand is die wat spullen komt ophalen, dat dat geen probleem is en dat [Verdachte] binnen kan komen.” [204]
“Liefste, hij/zij is over een halfuur daar, kusjes”.
“Broer, [naam contact 2] zegt dat er 9 gekomen zijn. Alles is in orde”.
“Nee, liefste, 7.8 en 2 stuks apart, honderd procent, hij moet goed kijken, kusjes”.
“Er komen 67.1 dossiers, oké. En morgen wordt het met Gods hulp veertig of vijftig”. [205]
“Er komen 67.1 dossiers, oke. En morgen wordt het met Gods hulp veertig of vijftig.”
“Broer, goedemorgen, ik hoop van God dat je wakker bent? Deze is niet goed, broer, koop deze niet.” “Vind er ergens anders vandaan alsjeblieft, doe wat je kunt en stuur het vandaag op. Kusjes.”
“Oke, liefste, dan zal ik ergens anders kijken, oke, kusjes.” [211]
“Kom je richting hier?”. [Duitse koerier 2] antwoordt:
“Om twee uur ben ik daar.” [212]
“Heb jij je dinges gisteren gepakt/gekregen?”. [Duitse koerier 2] antwoordt: “
Ja, ik heb het gepakt/gekregen.”[medeverdachte 1] zegt aan het einde:
“Ik bel je wel, vertrek maar langzaamaan… ik bel je wel.” [213]
“ijs…ga naar de ijsboer oké?”. [Duitse koerier 2] zegt
“dat hij over een uur daar is”. [214]
“precies over een uur, is hij/zij daar, oke?”. [215]
Ja broer, hij/zij moet morgen ook voor honderd procent komen. Is hij/zij vertrokken?”
“Nee, hij/zij is nog niet vertrokken, maar ik heb voor morgen ook geregeld, maar jij moet vooral veel belang hechten aan lami, oke, kusjes.”
“Oke, stuur jij mij de verf telkens op tijd. Ik zal wel belang hechten aan lami.”
“Er komen 67.1 dossiers, oke. En morgen wordt het met Gods hulp veertig of vijftig.”
“Broer, goedemorgen, ik hoop van God dat je wakker bent? Deze is niet goed, broer, koop deze niet.” “Vind er ergens anders vandaan alsjebleift, doe wat je kunt en stuur het vandaag op. Kusjes.”
“Oke, liefste, dan zal ik ergens anders kijken, oke, kusjes.”
“Oke, kijk en vind, broer, vandaag, doe wat je kunt. Ga zelf kijken alsjeblieft.” “Vandaag moet het komen, okay, kusjes.” [218]
“Broer, is er iets, 10 stuks schoon.” [219] Om hebben [medeverdachte 5] (telefoonnummer [telefoonnummer 10] ) en [medeverdachte 1] (telefoonnummer [telefoonnummer 15] ) telefonisch contact met elkaar en [medeverdachte 1] zegt dat
“die Marokkaan ‘dinges’ heeft gedaan.” “Die Marokkaan heeft gezegd, vanavond of morgenochtend.”[medeverdachte 5] zegt:
“Oke is goed broer. Ik wacht op je bij het café.” [220] Hierna hebben [medeverdachte 5] (telefoonnummer [telefoonnummer 13] ) en [medeverdachte 1] (telefoonnummer [telefoonnummer 16] ) weer contact via sms berichten en schrijft [medeverdachte 1] dat
“er ‘haas/konijn’ is.” [221]
“broer [medeverdachte 1] zegt dat de ‘goedkope T-shirts’ er niet zijn, maar de dure wel”, waarop [medeverdachte 5] reageert dat
“de dure niet kan en hij dat tegen hen heeft gezegd.” [222]
“Nee zegt hij/zij broer, er is alleen gewone nodig broer.” [223]
“hij geen “verf” kan vinden”, er wordt hierna gesproken over
“testverf”. Die dag wordt vervolgens door [medeverdachte 5] en [naam Duitse afnemer] middels sms-berichten de afspraak gemaakt om elkaar te ontmoeten in Nederland op zondag 22 maart 2015. [naam Duitse afnemer] schrijft
“tegen 12 zijn we daar”en volgens afspraak brengt [naam Duitse afnemer] het
“dossier”mee. [224]
“hij nu bij de sauna is, even die meisjes naaien vandaag.” [225]
“hier bij ons op de snelweg zijn er gisteren honderd stuks opgevangen/ in beslag genomen.”en om 12:45:35 uur
“honderd stuks lami hebben zij opgevangen / in beslag genomen.” “Op snelweg 4. In een vrachtwagen daar van jou vandaan.” [227]
de rechtbank begrijpt: 25 maart 2015) op de autosnelweg BAB 4 bij Bautzen (D) een transport van 100 kilogram hasj was onderschept. [228]
“Broer vandaag moet er vijf schoon en vijf hz komen. En morgen tien schoon alsjeblieft.” [229]
“Goedemorgen liefste, die vriend is nog niet vertrokken want we zijn gisteren wezen kijken, het was nog een beetje nat, over twee uur ga ik kijken en stuur ik het meteen op oké, kusje”.
“Je hebt helemaal niet iets moois geschreven, echt. Het zou toch nat zijn en zou moeten drogen”.
“Er is een beetje toevoeging, maar dat heb ik niet gekocht/gehaald, daarom heb ik het vandaag niet opgestuurd, hij/zij heeft er aan toegevoegd”.
“Als wij okay zeggen, kun je dan vandaag meteen sturen?”
“Ja liefste”.
“Oké hij zal straks bericht sturen. Ze hebben hem vandaag vijf stuks pp gebracht bij jou vandaan. Maar de man heeft ook zo gezegd, dat er niet veel van is, maar dat er veel hz is”.
“Dat zou kunnen, liefste, daar heeft hij gelijk in, er is veel hz, anderen zijn er niet”.
“Broer, de vriend heeft nu geschreven, hij zegt dat er tien stuks mogen komen, en dat hij alles zal kopen als het niet heel slecht is”. [230]
die vriend’ moet komen en dat hij naar een ‘verre bestemming’ moet. [231]
“Weet de kapitein het?”en [medeverdachte 1] zegt:
“Ja, hij/zij komt”. “Ik ga wel rechtstreeks daarheen heeft die gezegd. Ik denk dat hij/zij ongeveer over twintig minuten daar zal zijn.” [233]
“De vriend is vertrokken.” [235]
“Over een uur zal de vriend naar de benzine/diesel gaan, goed?” [236]
“Liefste, over een uur zal hij gaan tanken, oké, kusjes”.
“Oké mijn liefste, de gast is vertrokken, ik heb de “tel” ook zo er bij gedaan voor “de broer”, kusjes, goedenacht”. [237]
“Hoe moeten we het nu doen, zul je wachten tot morgen of zul je vandaag tien stuks opsturen?”
“Straks zal ik schrijven, als ik geen schone kan vinden”.
“Maar deze moet je niet uit jouw handen laten glippen. Als je het niet kan vinden, moet je deze allemaal opsturen”.
“Broer, vandaag moet er ook één hz komen, goede”. [238]
“Onze kapitein moet om kwart voor zeven daar zijn. Zeg tegen hem/haar, om half zeven zal hij/zij iets aan je geven.” [240]
“Broer, rond hoe laat gaat de vriend vertrekken”.[medeverdachte 5] antwoordt:
“Over een zal hij/zij/het wel vertrekken, ik stuur 11 stuks en hz zaterdag oké, kusjes”. [241]
Om zeven uur moet er één van jullie bij die ijsboer zijn. Dezelfde plek. Er is geen korte”.[Duitse koerier 2] zegt:
“ [Duitse koerier 3] zal komen” [242]
“een van jullie moet om zeven uur daar zijn, dezelfde. Ik kon je niet vinden dus heb ik [Duitse koerier 2] gebeld en hij zegt, we sturen die andere”. [243]
“Ja liefste, hij/zij/het is net vertrokken”.[naam Duitse afnemer] antwoordt: “
Is goed, godzijdank, haal/koop weer van deze verf als het er nog is”. [244]
“hij ook zijn/haar zakgeld gegeven heeft”.
“de man over een uur bij het tankstation is, hij gaat naar het tankstation om diesel te halen/ te tanken.” [245]
“He, over een uur zullen we gaan tanken, oké?” [246]
“Liefste, over een uur bij de benzine/het tankstation oké, kusje”.
“Daar liefste”.
“Alles is goed/oké. De vriend is vertrokken. Er komst 39.65 aan dossier.” [247]
“ze twee thee voor die twee klaar moet zetten en verder niks vragen.” [252]
“Ik kom nu terug richting jou”en
“ik kom daar bij jou.” [256]
“Broer, schakel die andere nu in alsjeblieft. Kusje.”, waarop [voornaam medeverdachte 5] antwoordt:
“Oké, dan gooi ik deze weg oké liefste.”
“Oké, schakel eerst die andere in, daarna pas.”
“Over een zal hij/zij/het wel vertrekken, ik stuur 11 stuks en hz zaterdag oké, kusjes”. [262]
“Broer, schakel die andere nu in alsjeblieft. Kusje.”, waarop [voornaam medeverdachte 5] antwoordt:
“Oké, dan gooi ik deze weg oké liefste.”
“Oké, schakel eerst die andere in, daarna pas.”
“ze morgen gaan, kennelijk overdag, ze gaan naar de tankstation houder.”[medeverdachte 1] zegt dat
“hij die 'dinge' ook zal roepen, omdat het morgen heel druk zal zijn op de weg, laten hem/haar dinges doen en 's ochtends vroeg daar vandaan vertrekken en gaan.” [264]
“Maak die mafkees klaar. […] Hij moet het ophalen, daar bij jullie gaan slapen en ’s ochtends om vier, vijf uur vertrekken, oké?”[Duitse koerier 1] zegt:
“Oké in orde. Als je me belt, zal ik hem sturen, broer. Oké?” [265]
“Hij/zij moet om acht uur daar zijn, ’s ochtends om vier, vijf uur vertrekken en ’s morgens tussen negen en tien uur daar zijn. Oké?” [266]
“Precies om acht uur ben ik daar, oké?”. [267]
“het vandaag niet gaat lukken, morgen wel.”[medeverdachte 5] zegt dat [medeverdachte 1]
“moet komen om te praten, omdat hij nog geen 'benzine' heeft kunnen halen/ tanken, die andere nog niet geregeld, daarom kan het morgen pas.” [268]
“Hij/zij moet voor morgen dinges doen, morgen. Hij/zij zou nog te weinig hebben, dat zou hij/zij ook nog vullen, oké?”[Duitse koerier 1] zegt:
“Oké morgen dan, vandaag moet hij/zij dus niet komen. Oké, in orde.” [269]
“Die Bulgaar van ons moet om precies 10 voor zeven daar zijn, om 10 voor zeven zijn we allemaal daar.” [270]
“Morgen, om kwart over zeven daar, oke?” [271]
“ze pas vertrokken zijn”en
“Hij/zij heeft het niet kunnen laten passen, niet kunnen doen, niet kunnen vastpakken.” [272]
“45 minuten”. [273]
“hij over 45 minuten zal arriveren”. [medeverdachte 1] vraagt
“ga je naar de tankstation houder?”, waarop [Duitse koerier 2] zegt: “Nee, we gaan samen eten, hoor.” [274]
“He, over zo’n 45 minuten a 1 uur MacDonalds”waarop [medeverdachte 5] antwoordt:
“Oké, in orde broer”. [275]
“Broer, zeg tegen de vriend, dat hij naar de tankstation houder gaat. De eetplek zou helemaal niet goed zijn, ze zouden het eten daar helemaal niet goed gemaakt hebben”waarop [medeverdachte 1] antwoordt:
“Oké, in orde”. [276]
“He, zeg tegen die mafkees dat hij niet naar […onv] gaat, maar naar andere plek”. [Duitse koerier 2] vraagt:
“Moet hij gaan tanken?”.[medeverdachte 1] antwoordt:
“Ja, daar zou het slecht zijn, vandaar”. [277]
“OK”. [279]
de man is gekomen, waarop [medeverdachte 1] antwoordt dat
de man over 1 of 2 uur hier zal zijn. [280]
de rechtbank begrijpt: [medeverdachte 4]) en [medeverdachte 1] in de auto werden gelegd, hij zag dat het plakken waren. Er werden ook nog twee of drie tassen hennep in gelegd. [291]
“hoe laat kunnen de onzen komen”. [292]
“zeg tegen die mafkees dat hij/zij zich moet voorbereiden.”[Duitse koerier 1] geeft vervolgens aan dat
“het ongeveer een uur tot anderhalf uur zal duren totdat hij op de zaak is.” [293]
“Oké, zeg jij maar tegen de onzen dat ze kunnen vertrekken.”[medeverdachte 1] antwoordt:
“Dat wordt moeilijk, hij/zij zegt dat het kan pas over twee uur.” [294]
“Liefste, wat doe je, gaat het goed, de vriend is onderweg, 8 schoon en twee stuks lami, en hz is hij/zij vergeten, hij/zij heeft het niet bijgedaan.” “Deze lami's heb ik voor 1450 gehaald/ingekocht”. [301]
“Hallo, gaat het goed met je? Vandaag komt het toevertrouwde, ik heb de vriend geschreven, maar hij/zij heeft niet teruggeschreven”. [302]
“Ik heb het vandaag gevonden en heb het meteen opgestuurd, 8 verf en twee lami, onze is de hz vergeten liefste”.
“Voor 39 heb ik de verf gehaald/ingekocht en de lami voor 1450 liefste”.
“ Broer, voor hoeveel zal ik de lami geven, voor 2.2 of voor 2.5? Ik weet niet hoe ...” “…goed deze is?” [303]
“over een uur zal eten,”koppelt [medeverdachte 1] deze status direct door naar [medeverdachte 5] . Te zien is binnen de telefoontap dat [medeverdachte 5] dit bericht
“over een uur daar bij de eetplaats”meteen weer middels een sms-bericht doorspeelt naar [naam Duitse afnemer] . [304]
“die vriend” (de koerier) te zeggen dat hij daar moet vertrekken en naar het tankstation moet gaan, want er is een probleem.[medeverdachte 5] geeft deze informatie via zijn Nederlandse nummer [telefoonnummer 9] meteen door aan [medeverdachte 1] (telefoonnummer [telefoonnummer 16] ),
“de vriend' moet goed om zich heen kijken en controleren”.[medeverdachte 1] (telefoonnummer [telefoonnummer 16] ) geeft op zijn beurt de instructies direct door aan [Duitse koerier 3] (telefoonnummer [telefoonnummer 35] ). [305]
“Tegen de avond zal hij/zij/het komen…Nee, om vier, vijf zal hij/zij komen. Hij/zij zal komen na het werk.” [308]
“Broer wat doe je, is alles in orde? De Buik heeft de vriend het een en ander gegeven er ...” “…. is geen probleem geweest. Volgens mij is er niks. Het dossier moet 56.1 zijn goed. Kus.”
“Schat het toevertrouwde is 55. 7 oke kus.”
“Broer, een goede vrijdag. Moge God het accepteren. Ja, dat klopt [naam contact 2] heeft onvoldoende gelegd ...” “... per ongeluk. Kus”. [311]
2) de verdachte een (al dan niet ondersteunend) aandeel heeft in gedragingen die strekken tot of rechtstreeks verband houden met de verwezenlijking van het oogmerk van de organisatie.
4.De strafbaarheid van het bewezenverklaarde
5.De strafbaarheid van de verdachte
6.De straf en/of de maatregel
7.Het beslag
8.De wettelijke voorschriften
9.De beslissing
- verklaart het tenlastegelegde bewezen zoals hierboven onder 3.4 is omschreven;
- spreekt de verdachte vrij van wat meer of anders is ten laste gelegd;
- verklaart dat het bewezenverklaarde de strafbare feiten oplevert zoals hierboven onder 4 is omschreven;
- verklaart de verdachte strafbaar;
- veroordeelt de verdachte tot een
- beveelt dat de tijd die door de veroordeelde vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in voorarrest is doorgebracht, bij de uitvoering van deze gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht;