Uitspraak
RECHTBANK limburg
uitspraak van de meervoudige kamer van 15 augustus 2016 in de zaak tussen
[naam BV] BV, te Echt, eiseres
Procesverloop
Overwegingen
“We werken bij de aanpak van malafide uitzendbureaus ook samen met onze private partners. De samenwerking met de SNCU is een waardevolle aanvulling op het terrein dat door de overheidshandhavers wordt beslagen. De naleving van de cao’s is namelijk primair de taak van sociale partners. De overheid heeft een ondersteunende taak.”Verweerder verwijst verder naar de Conclusie van Advocaat-Generaal (AG) Langemeijer bij het arrest in de zaak van Tido Vesta tegen verweerder (met name de overwegingen 2.3, 2.4, en 2.5, zie ECLI:NL:PHR:2014:1772). Verweerder oefent als paritair orgaan de gedelegeerde bevoegdheid uit van cao-partijen (werkgeversorganisaties en vakbonden). Verweerder vindt het opvallend dat eiseres, ondanks het feit dat het civielrechtelijk karakter van verweerder, de handhavingsactiviteiten en de schadevergoedingen sinds de oprichting van verweerder zijn bevestigd in een arrest van de Hoge Raad, 13 arresten van de gerechtshoven en ruim 200 vonnissen van kantonrechters, suggereert dat de overheid, noch enige burgerlijke rechter zich tot op heden hebben gerealiseerd dat de bestuursrechter eigenlijk de bevoegde rechter is.
Beslissing
.De beslissing is in het openbaar uitgesproken op 15 augustus 2016.