Uitspraak
beschikking van de kantonrechter van 24 mei 2023
[naam rechthebbende] ,
[naam bewindvoerder] ,
De procedure
De feiten
Het geschil
De beoordeling
Uitgangspunt is dat de curator, bewindvoerder en mentor adequaat worden beloond voor de uitoefening van hun taken. (…) Vanwege de kosten die voor rekening van de betrokkene dan wel van de gemeente komen, is het zaak om de tijd die een vertegenwoordiger aan een betrokkene kan besteden zo effectief mogelijk in te zetten om de zelfredzaamheid van de betrokkene, waar mogelijk, te vergroten. Een adequate beloning betekent ook dat vertegenwoordigers in staat moeten worden gesteld om hun werkzaamheden in het belang van de betrokkene naar behoren uit te voeren.
Indien aan de rechthebbende een persoonsgebonden budget is toegekend kan de bewindvoerder daarover het beheer voeren. Indien er naast de bewindvoerder tevens een mentor is benoemd, wordt doorgaans de bewindvoerder belast met het beheer van het persoonsgebonden budget. De verantwoordelijkheid voor de kosten, het sluiten van contracten en betalen van rekeningen valt immers onder zijn verantwoordelijkheid (vgl. Aanbevelingen meerderjarigenbewind (versie 21 januari 2014), p. 5).”
een subsidie waarmee de verzekerde onder (…) gestelde voorwaarden aan hem te verlenen zorg kan inkopen”.
de door de verzekerde ingeschakelde hulp van een derde die instaat voor de nakoming van de aan het persoonsgebonden budget verbonden verplichtingen”. Bij die verplichtingen gaat het dan bijvoorbeeld om de verplichtingen uit artikel 3.3.3. lid 4 Wlz die hiervoor zijn opgesomd.
allegoederen die hem toebehoren of zullen toebehoren. Het aan rechthebbende verleende PGB is een aan hem toebehorend goed. Er zijn rechten en verplichtingen aan verbonden. Omdat het een deel van zijn vermogen is, valt het onder het ingestelde bewind [3] .