ECLI:NL:RBGEL:2017:2445
Rechtbank Gelderland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
AI samenvatting door Lexboost • Automatisch gegenereerd
Verhoogde WAO-uitkering en de toepassing van het loondervingsbeginsel
In deze zaak gaat het om een beroep van een eiseres die sinds 24 oktober 1980 een WAO-uitkering ontvangt na arbeidsongeschiktheid als ziekenverzorgster. Na een periode van werk als bibliotheekassistente is zij in 2013 opnieuw arbeidsongeschikt geraakt. In 2015 heeft het bestuursorgaan haar volledig arbeidsongeschikt verklaard en de WAO-uitkering verhoogd. Eiseres is van mening dat haar oude WAO-recht verloren is gegaan en dat de nieuwe berekening van haar uitkering in strijd is met het loondervingsbeginsel. De rechtbank Gelderland heeft het beroep ongegrond verklaard, omdat er geen schending van het loondervingsbeginsel is vastgesteld. De rechtbank oordeelt dat de Dagloonregelen WAO niet van toepassing zijn en dat er geen ongerechtvaardigde inbreuk op het eigendomsrecht van eiseres is gemaakt. De rechtbank concludeert dat de verhoging van de WAO-uitkering rechtmatig is en dat de berekening van het bestuursorgaan correct is uitgevoerd. De rechtbank wijst erop dat de wetgever heeft bepaald dat er geen nieuw recht op WAO-uitkering kan ontstaan als er al een WAO-uitkering bestaat. De rechtbank heeft geen aanleiding gezien om de beslissing van het bestuursorgaan te herzien.