3.4.De rechtbank overweegt dat in deze zaak bij de onderhavige onderaannemingovereenkomst de nader te bespreken fouten van [eiseres] niet alleen contractuele tekortkomingen opleveren jegens [gedaagde 1, 2 & 3] , maar tevens, afhankelijk van de aard en de ernst van die fouten, een onrechtmatige daad jegens de Gemeente. Aanvullend op wat in het algemeen geldt bij onderaanneming, zoals beschreven door de Hoge Raad, laat de rechtbank daartoe concreet de volgende omstandigheden meewegen:
het was [eiseres] uiteraard bekend dat de Gemeente de opdrachtgever was van [gedaagde 1, 2 & 3] ;
[eiseres] was nauw betrokken bij de aangepaste inschrijving van [gedaagde 1, 2 & 3] waarbij [eiseres] op voordracht van [gedaagde 4] , de architect van de Gemeente, ter besparing van kosten als onderaannemer werd ingezet in de plaats van de onderaannemer waarmee [gedaagde 1, 2 & 3] oorspronkelijk had ingeschreven;
[eiseres] werd vervolgens de door de Gemeente aan [gedaagde 1, 2 & 3] voorgeschreven aannemer in de zin van § 6 lid 27 van de UAV 1989;
tussen de Gemeente en [gedaagde 1, 2 & 3] is overeengekomen dat [gedaagde 1, 2 & 3] jegens de Gemeente niet aansprakelijk is voor schade, die het gevolg is van tekortkomingen van [eiseres] . [eiseres] kan dus niet door [gedaagde 1, 2 & 3] op eigen titel aansprakelijk worden gesteld voor die schade, omdat [gedaagde 1, 2 & 3] zelf die schade niet aan de Gemeente hoeft te vergoeden en die schade dus niet lijdt of dreigt te lijden. [eiseres] zal door haar veroorzaakte schade derhalve niet tweemaal hoeven te vergoeden, zowel aan [gedaagde 1, 2 & 3] als aan de Gemeente;
[eiseres] diende bij de uitvoering van haar werkzaamheden de aanwijzingen op te volgen van [naam 1] , die de hulppersoon was van de architect van de Gemeente, en [eiseres] beroept zich daarop ter disculpatie inzake haar constructiefouten;
[eiseres] had bij Achmea Schadeverzekering N.V. een Bedrijven Compact Polis met dekking voor bedrijfsaansprakelijkheid. Achmea heeft een deel van de schade als in principe gedekte schade aangemerkt. Voor het meerdere loopt een vrijwaringzaak tussen [eiseres] en Achmea (239635 / HA ZA 13-103) waarin tussentijds hoger beroep is ingesteld.