[eiser] c.s. vorderen dat de rechtbank bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad:
primair:
I voor recht verklaart dat de eigenaren van het perceel gelegen te [eiland] [huisnummer 1] te [woonplaats] , kadastraal bekend gemeente [gemeente 2] , sectie [sectieletter] en nummer [kadestraal nummer] , bevoegd zijn om met bezoekers zelfstandig gebruik te maken van de onbemande veerpont(verbinding) over de Ade, van en naar de met een gevestigde erfdienstbaarheid van overpad te gebruiken ontsluitingsweg (met betonnen pad aansluiting gevend op de veerpont) naar hun perceel, gelegen te [woonplaats] in de [eiland] , nabij de [eiland] [huisnummer 1] , kadastraal bekend gemeente [gemeente 2] , sectie [sectieletter] met nummer [kadestraal nummer] , althans op door de rechtbank in goede justitie te bepalen voorwaarden;
II de maatschap c.s. veroordeelt te dulden dat de eigenaren van het perceel gelegen te [eiland] [huisnummer 1] te [woonplaats] , kadastraal bekend gemeente [gemeente 2] , sectie [sectieletter] en nummer [kadestraal nummer] met hun bezoekers zelfstandig gebruik maken van de onbemande veerpont(verbinding) over de Ade, om te komen van en naar de ontsluitingsweg die toegang geeft tot naar hun perceel, gelegen te [woonplaats] in de [eiland] , nabij de [eiland] [huisnummer 1] , kadastraal bekend gemeente [gemeente 2] , sectie [sectieletter] met nummer [kadestraal nummer] en het omschreven gebruik van voertuigen op de veerpont toe te staan, op straffe van een dwangsom van € 500 per dag dat de maatschap of één van de gedaagden in gebreke blijven c.q. blijft aan dit gebruik toe te staan met een maximum van € 150.000;
III de maatschap c.s. hoofdelijk verbiedt handelingen te verrichten en maatregelen te treffen, die de toegang van de eigenaren van het perceel gelegen te [eiland] [huisnummer 1] te [woonplaats] , kadastraal bekend gemeente [gemeente 2] , sectie [sectieletter] en nummer [kadestraal nummer] met hun bezoekers tot de ontsluitingsweg en hun perceel met de veerpont verhinderen of bemoeilijken op straffe van een dwangsom van € 500,- per dag met een maximum van € 150.000,-;
IV voor recht te verklaren dat de maatschap verplicht is om het onder I tot en met III bepaalde woordelijk bij elke akte van vervreemding van de veerpont aan de nieuwe eigenaar op te leggen en dat de maatschap bij overtreding daarvan een direct aan [eiser] c.s. opeisbare boete verschuldigd is van € 150.000;
V de maatschap c.s. hoofdelijk veroordeelt om binnen zes weken na betekening van het vonnis mee te werken aan het verlijden van een akte tot het vestigen van de onder I tot en met III genoemde rechten met betrekking tot het gebruik van de veerpont en het dulden van dat gebruik tegen een nader door de rechtbank in goede justitie te bepalen vergoeding, te betalen door de eigenaren van het perceel gelegen te [eiland] [huisnummer 1] te [woonplaats] , kadastraal bekend gemeente [gemeente 2] , sectie [sectieletter] en nummer [kadestraal nummer] en in deze akte tevens het onder IV genoemde kettingbeding op te nemen, op straffe van een dwangsom van € 500 per dag dat de maatschap of één van gedaagden in gebreke blijft, met een maximum van € 150.000;
VI bepaalt dat, indien de maatschap c.s. in gebreke blijft aan het onder V genoemde te voldoen, het vonnis in de plaats treedt van de medewerking aan het verlijden van de onder V genoemde akte;
subsidiair:
VII voor recht verklaart dat [eiser] c.s. bevoegd zijn om met bezoekers gebruik te maken etc. (zie verder de tekst onder I);
VIII de maatschap c.s. veroordeelt te dulden dat [eiser] c.s. met hun bezoekers van [eiser] c.s. zelfstandig gebruik maken etc. (zie verder de tekst onder II);
IX de maatschap c.s. hoofdelijk verbiedt handelingen te verrichten en maatregelen te treffen, die de toegang van [eiser] c.s. tot de ontsluitingsweg etc. (zie verder de tekst onder III);
X voor recht te verklaart dat de onder VII tot en met IX genoemde rechten met betrekking tot het gebruik van de veerpont en het dulden van dat gebruik tegen een nader door uw rechtbank in goede justitie te bepalen vergoeden door [eiser] c.s., door [eiser] c.s. kunnen worden overgedragen aan hun rechtsopvolgers onder algemene en bijzondere titel;
XI voor recht verklaart dat de maatschap c.s. verplicht is om het onder VII tot en met X bepaalde woordelijk bij elke akte van vervreemding van de veerpont etc. (zie verder de tekst onder IV)
;
XII de maatschap c.s. hoofdelijk veroordeelt om binnen zes weken na betekening van het vonnis mee te werken aan het verlijden van een akte tot het vestigen van de onder VII tot en met X genoemde rechten met betrekking tot het gebruik van de veerpont en het dulden van dat gebruik tegen een nader door de rechtbank in goede justitie te bepalen vergoeding te betalen door [eiser] c.s. en in deze akte tevens het onder XI genoemde kettingbeding op te nemen, op straffe van een dwangsom van € 500,- per dag dat de maatschap c.s. of één van gedaagden in gebreke blijft, met een maximum van € 150.000;
XIII bepaalt dat, indien de maatschap in gebreke blijft aan het onder XI genoemde te voldoen, dit vonnis in de plaats treedt van de medewerking aan het verlijden van de onder XI genoemde akte;
meer subsidiair:
XIV de maatschap c.s. veroordeelt tot nakoming van haar verplichtingen uit hoofde van de overdrachtsovereenkomst, inhoudende dat zij verplicht is tot het sluiten van een schriftelijke gebruiksovereenkomst met [eiser] c.s. met daarin in ieder geval de navolgende bepalingen:
a ) [eiser] c.s. zijn bevoegd om met bezoekers zelfstandig gebruik te maken van de onbemande veerpont(verbinding) over de Ade, van en naar de met een gevestigde erfdienstbaarheid van overpad te gebruiken ontsluitingsweg (met betonnen pad aansluiting gevend op de veerpont) naar hun perceel, gelegen te [woonplaats] in de [eiland] , nabij de [eiland] [huisnummer 1] , kadastraal bekend gemeente [gemeente 2] , sectie [sectieletter] met nummer [kadestraal nummer] ;
b) de maatschap c.s. dienen alle handelingen na te laten die het gebruik van de onder a) genoemde onbemande veerpont(verbinding) door [eiser] c.s. en haar bezoekers verhinderen dan wel bemoeilijken;
c) de maatschap c.s. dienen alle maatregelen te treffen zodat [eiser] c.s. en zijn bezoekers de onder a) genoemde onbemande veerpont(verbinding) kunnen gebruiken;
d) de schriftelijke gebruiksovereenkomst kan niet door de maatschap c.s. opgezegd, vernietigd of ontbonden worden;
e) de schriftelijke gebruiksovereenkomst wordt voor onbepaalde tijd aangegaan;
f) de door [eiser] c.s. voor het gebruik aan de maatschap te betalen vergoeding bedraagt € 1.000 exclusief btw per jaar;
g) de door [eiser] c.s. voor het gebruik aan de maatschap c.s. te betalen vergoeding kan niet door de maatschap c.s. worden geïndexeerd;
h) [eiser] c.s. zijn bevoegd om de rechten voortvloeiende uit de schriftelijke gebruiksovereenkomst aan haar rechtsopvolgers onder algemene of bijzondere titel over te dragen;
i) de maatschap c.s. zijn verplicht om de inhoud van de schriftelijke gebruiksovereenkomst bij elke akte van vervreemding van de onbemande veerpont(verbinding) aan de nieuwe eigenaar op te leggen en de maatschap c.s. zijn bij overtreding daarvan een direct aan [eiser] c.s. opeisbare boete verschuldigd van € 150.000;
primair en (meer) subsidiair:
XV de maatschap c.s. hoofdelijk gebiedt om tot voortzetting van onderhandelingen te komen en overeenstemming te bereiken over (a) de oprichting van een vereniging waarbij de eigenaren/bewoners van de percelen op het eiland als lid worden aangemerkt op basis van de concept oprichtingsakte van de vereniging [eiland] van 22 november 2019 alsmede (b) het vestigen van een pandrecht op de veerpont ten behoeve van de nog op te richten vereniging, dit met in achtneming van wat de rechtbank in goede justitie in dit vonnis vermeld althans voor de punten die volgens dit vonnis nog openstaan, op straffe van en dwangsom van € 500 per dag met een maximum van € 150.000;
XVI de maatschap c.s. hoofdelijk veroordeelt in de kosten van het geding, waaronder begrepen de nakosten, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 14 dagen na betekening van het te deze zake te wijzen vonnis tot aan de dag der algehele voldoening.