ECLI:NL:RBDHA:2025:216
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Vervolgberoep bewaring en zicht op uitzetting in vreemdelingenrechtelijke procedure
Op 9 januari 2025 heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in een zaak betreffende de voortduren van de maatregel van bewaring van een Tunesische eiser, die op 11 augustus 2024 door de minister van Asiel en Migratie was opgelegd. De eiser heeft beroep ingesteld tegen het voortduren van deze maatregel en verzocht om schadevergoeding. De rechtbank heeft het onderzoek op 6 januari 2025 gesloten zonder zitting. De eiser stelt dat er onvoldoende voortvarendheid is in de uitvoering van de uitzetting naar Tunesië en dat er geen zicht is op uitzetting binnen een redelijke termijn. De rechtbank heeft echter vastgesteld dat de gronden voor de bewaring nog steeds aanwezig zijn en dat de minister voldoende inspanningen levert om de uitzetting te realiseren. De rechtbank heeft geoordeeld dat het belang van de minister om de maatregel van bewaring voort te zetten zwaarder weegt dan het belang van de eiser om in vrijheid te worden gesteld. Het beroep van de eiser is ongegrond verklaard en het verzoek om schadevergoeding is afgewezen. De uitspraak is openbaar gemaakt en er staat geen rechtsmiddel open tegen deze beslissing.