ECLI:NL:RBDHA:2025:11470
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- S. Ketelaars - Mast
- Rechtspraak.nl
Bewaring en voortduren van de maatregel van bewaring in vreemdelingenzaken
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 27 juni 2025 uitspraak gedaan in een beroep tegen de maatregel van bewaring van een eiser van Syrische nationaliteit. De minister van Asiel en Migratie had op 17 april 2025 de maatregel van bewaring opgelegd, welke maatregel nog steeds van kracht was. Eiser heeft beroep ingesteld tegen het voortduren van deze maatregel en verzocht om schadevergoeding. Tijdens de zitting op 20 juni 2025, waar eiser via telehoren aanwezig was, heeft de rechtbank de zaak behandeld. De rechtbank heeft vastgesteld dat de maatregel van bewaring eerder rechtmatig was bevonden en dat de huidige beoordeling zich richtte op de periode na het sluiten van het vorige onderzoek op 2 mei 2025.
De rechtbank heeft overwogen dat er in het algemeen zicht op uitzetting naar Algerije en Marokko bestaat, en dat er geen aanwijzingen zijn dat de autoriteiten van deze landen geen laissez-passers voor eiser zullen afgeven. De rechtbank concludeert dat de minister voldoende voortvarend handelt in de uitzettingsprocedure van eiser, en dat er geen grond is om te oordelen dat de maatregel van bewaring onrechtmatig is. Het beroep van eiser is ongegrond verklaard en het verzoek om schadevergoeding is afgewezen. De rechtbank heeft geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling.