ECLI:NL:RBDHA:2025:1017
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- D. Bruinse-Pot
- D.M. Abrahams
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van het beroep tegen de maatregel van bewaring en verzoek om schadevergoeding in het bestuursrecht
In deze uitspraak van de Rechtbank Den Haag op 23 januari 2025, wordt het beroep van eiser tegen de voortduren van de aan hem opgelegde maatregel van bewaring beoordeeld. Deze maatregel, opgelegd op 14 november 2024, is eerder getoetst in een uitspraak van 28 november 2024. De rechtbank heeft het vooronderzoek op 17 januari 2025 gesloten en bepaald dat de zaak niet op zitting wordt behandeld. Eiser betoogt dat er geen zicht op uitzetting naar Marokko is, aangezien er sinds 22 november 2024 een aanvraag om afgifte van een laissez-passer bij de Marokkaanse autoriteiten loopt. De rechtbank oordeelt echter dat er in het algemeen zicht op uitzetting naar Marokko is en dat de tijd die de Marokkaanse autoriteiten nodig hebben voor de afgifte van de lp redelijk is. De rechtbank concludeert dat er geen grond is om te oordelen dat de rechtmatigheidsvoorwaarden voor de maatregel van bewaring niet zijn voldaan. Het beroep wordt ongegrond verklaard en het verzoek om schadevergoeding wordt afgewezen. De uitspraak is gedaan door mr. D. Bruinse-Pot, rechter, in aanwezigheid van mr. D.M. Abrahams, griffier.