ECLI:NL:RBDHA:2024:387
Rechtbank Den Haag
- Mondelinge uitspraak
- Rechtspraak.nl
Bewaring en voortduren van de maatregel van bewaring van een Ghanese vreemdeling
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 12 januari 2024 uitspraak gedaan over de voortduren van de maatregel van bewaring van een Ghanese vreemdeling, die op 25 oktober 2023 door de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid was opgelegd. De vreemdeling, bijgestaan door zijn gemachtigde, heeft beroep ingesteld tegen het voortduren van deze maatregel en verzocht om schadevergoeding. De rechtbank heeft de zaak behandeld via telehoren, waarbij de vreemdeling vanuit het detentiecentrum in Rotterdam aanwezig was.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de Staatssecretaris voldoende voortvarend aan de uitzetting werkt en dat er zicht op uitzetting naar Ghana bestaat. Dit blijkt uit de voortgangsrapportage en de gesprekken die de vreemdeling heeft gehad met de autoriteiten. De rechtbank heeft ook overwogen dat de vreemdeling niet actief meewerkt aan zijn terugkeer, wat zijn situatie bemoeilijkt. Daarnaast heeft de vreemdeling zijn medische klachten niet met bewijsstukken onderbouwd, waardoor de rechtbank niet kon concluderen dat hij detentieongeschikt is.
De rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard en het verzoek om schadevergoeding afgewezen. De uitspraak is openbaar gemaakt en er staat geen rechtsmiddel open tegen deze beslissing.