ECLI:NL:RBDHA:2024:21346
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing asielaanvraag van een niet-praktiserende moslim uit Afghanistan
In deze zaak heeft de rechtbank Den Haag op 17 december 2024 uitspraak gedaan in een asielprocedure. Eiser, een Afghaan, heeft beroep ingesteld tegen de afwijzing van zijn opvolgende asielaanvraag door de minister van Asiel en Migratie. Eiser had eerder asiel aangevraagd, maar deze aanvraag werd afgewezen. In zijn opvolgende aanvraag, ingediend op 27 februari 2022, stelde hij dat de situatie in Afghanistan was veranderd en dat hij een niet-praktiserende moslim was, wat hem in gevaar zou brengen bij terugkeer. De minister heeft de aanvraag afgewezen als kennelijk ongegrond, omdat de minister van mening was dat eiser niet aannemelijk had gemaakt dat hij een reëel risico op vervolging of ernstige schade liep bij terugkeer naar Afghanistan. De rechtbank heeft de afwijzing van de minister bevestigd en het beroep ongegrond verklaard. De rechtbank oordeelde dat eiser geen belang meer had bij zijn beroep tegen het niet tijdig nemen van een besluit, omdat de minister inmiddels een besluit had genomen. De rechtbank concludeerde dat de minister terecht had vastgesteld dat eiser niet tot een risicoprofiel behoorde en dat zijn vrees voor vervolging niet aannemelijk was gemaakt. Eiser moet onmiddellijk vertrekken en krijgt geen vergoeding van proceskosten.