ECLI:NL:RBDHA:2024:20951
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Toetsing van de maatregel van bewaring in het bestuursrechtelijke kader van de Vreemdelingenwet 2000
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 4 december 2024 uitspraak gedaan in een vervolgberoep van eiser tegen de maatregel van bewaring die door de minister van Asiel en Migratie was opgelegd op 3 januari 2024. De rechtbank heeft eerder deze maatregel al getoetst in verschillende uitspraken en heeft nu opnieuw de rechtmatigheid van de maatregel beoordeeld. Eiser heeft betoogd dat de minister onvoldoende zorgvuldig handelt bij zijn uitzetting, omdat er onduidelijkheid zou zijn over de personalia op de afgegeven laissez-passer. De rechtbank heeft echter vastgesteld dat de minister voldoende zorgvuldig heeft gehandeld en dat het aan eiser is om zijn identiteit te onderbouwen. De rechtbank concludeert dat er geen reden is om te twijfelen aan de rechtmatigheid van de maatregel van bewaring en verklaart het beroep ongegrond. Eiser heeft geen bewijs geleverd dat de minister onzorgvuldig heeft gehandeld, en de rechtbank wijst ook het verzoek om schadevergoeding af. De uitspraak is openbaar gemaakt en er staat geen rechtsmiddel open tegen deze beslissing.